Er is persoonlijke, intellectuele, politieke en academische vrijheid. Tot de vrijheidsrechten behoren die op vrijheid van geweten, godsdienst, meningsuiting, vereniging en drukpers. Men is vrij in de keuze van geloof, opvoeding (ouderlijke macht), werk, partner voor een huwelijk, enzovoort.
Dit zijn onder andere het kiesrecht, vrijheid van meningsuiting, recht op privacy, godsdienstvrijheid en het discriminatieverbod. Sociale grondrechten: de economische, sociale en culturele rechten. Dit zijn onder andere het recht op huisvesting, sociale zekerheid, gezondheidszorg en onderwijs.
vrijheid (zn) : alleenrecht, autonomie, onafhankelijkheid, ongebondenheid, soevereiniteit, speelruimte, vrijdom, zelfstandigheid. vrijheid (zn) : prerogatief, privilege, toestemming, vergunning, voorrecht, vrijstelling.
Vrijheid is de mogelijkheid om naar eigen wil te handelen. In maatschappelijke zin behelst het de mogelijkheid van groepen en individuen om deel te nemen aan het maatschappelijke, economische en politieke verkeer.
Vrijheid is ook vrij zijn om te zijn wie je bent. De meest bekende voorbeelden hiervan zijn bijvoorbeeld vrijheid in seksuele oriëntatie, maar ook de vrijheid om af en toe iemand anders te spelen, zoals met carnaval, of juist om vrij te zijn om je kunstzinnig te uiten.
Je houdt van ontdekken, experimenteren en ervaren en je volgt bij voorkeur niet de gebaande paden. Je hebt een hekel aan sleur en het kan zijn dat je snel verveeld bent en vaak de neiging hebt om dingen saai te vinden. Mensen met vrijheid bovenaan in hun missie zijn vaak eigenwijs en volgen niet graag de kudde.
Die vrijheid slaat vooral op de mate waarin je je vrij voelt je werk te doen op een manier die bij jou past. Wanneer je die vrijheid voelt, blijf je dicht bij jezelf. Je benut je talenten en je deelt je werk in passend bij jouw ritme. Dit maakt dat de kans het grootst is dat je in flow komt in je werk.
Tot de vrijheidsrechten behoren die op vrijheid van geweten, godsdienst, meningsuiting, vereniging en drukpers. Men is vrij in de keuze van geloof, opvoeding (ouderlijke macht), werk, partner voor een huwelijk, enzovoort.
Van positieve vrijheid is volgens Berlin sprake als mensen 'meester over zichzelf zijn'. Daartegenover plaatst hij de negatieve vrijheidsopvatting: de afwezigheid van dwang door andere mensen.
Men zegt namelijk dat vrijheid zit in de ervaring van vrijheid. Vrijheid is het gevoel dat je iets vrij en graag doet, onvrijheid is het gevoel dat je iets onvrij en met tegenzin doet, de ervaring van gedwongenheid dus. In beide situaties word je echter bepaald door de neurobiologische processen in je brein.
In het eerste lid van artikel 15 is vastgelegd dat niemand zijn vrijheid mag worden ontnomen behalve in gevallen bij of krachtens de wet bepaald. Voor vrijheidsontneming anders dan op rechterlijk bevel garandeert het tweede lid de mogelijkheid de rechter te vragen in vrijheid gesteld te worden.
Alle Leden der Maatschappij zijn gelijk voor de Wet zonder eenig onderscheid van rang of geboorte. Het groote beginsel der Maatschappelijke Vrijheid bestaat daarin, dat de Wet gelijke Regten verzekere en gelijke Pligten oplegge aan alle Burgers, zonder onderscheid van rang of geboorte.
Eenieder heeft recht op vrijheid van meningsuiting. Dit recht omvat de vrijheid een mening te hebben en de vrijheid kennis te nemen en te geven van informatie of ideeën, zonder inmenging van enig openbaar gezag en ongeacht grenzen.
De meeste mensen in Nederland voelen zich vrij. Toch is in Nederland veel verboden of verplicht, en hebben wij weinig privacy. Wij Nederlanders worden overheerst door onze eigen, zelf-gekozen overheid, die de vrijheid van haar burgers beperkt.
Een plicht is een wettelijk 'nadeel': datgene dat aan een ander toebehoort en moet worden vervuld. Plichten kunnen van juridische of niet-juridische aard zijn. Een voorbeeld van een juridische plicht is een contract, terwijl dankbaarheid een niet-juridische plicht is.
Iedereen moet het recht hebben om zijn of haar religieuze of levensbeschouwelijke keuze te maken. Of om van geloof te kunnen veranderen of om niet te geloven. Daarbij maakt Nederland geen onderscheid tussen religieuze groeperingen.
Voorbeelden van beperkingen in het strafrecht zijn artikel 137c (verbod tot belediging van een groep wegens hun ras, godsdienst of levensovertuiging, seksuele gerichtheid of handicap), artikel 137d (verbod tot het in het openbaar aanzetten tot discriminatie, haat of geweld tegen leden van groepen), artikelen 131 en 132 ...
In het algemeen geldt dat de vrijheid van meningsuiting een paar beperkingen heeft. Je mag bijvoorbeeld niet zomaar bedrijfsgeheimen (zoals gegevens van klanten of een productieproces) of een militair plan van de overheid openbaar maken.
Vrijheid van meningsuiting is een voorwaarde voor een goed functionerende democratie en een vrije samenleving. Personen in het algemeen, en met name journalisten, moeten zich vrij kunnen uiten, zowel online als offline. Maar vrijheid van meningsuiting wordt wereldwijd bedreigd.
Vrijheid, gelijkwaardigheid en solidariteit zijn erg belangrijk in de Grondwet. Nederland heeft ook internationale mensen- rechtenverdragen ondertekend (zoals het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens), waar deze waarden in staan.