Tien om te zien Slangen gebruiken amper hun ogen maar scannen de omgeving met de receptoren op hun snuit. Hiermee kunnen ze warmte detecteren en zien ze alles door middel van een “warmtecamera”. Door de positie van hun ogen hebben ze in het midden van hun zicht een blinde vlek.
De zintuigen zijn heel belangrijk voor roofdieren zoals slangen. Ze nemen waar met hun ogen, maar kunnen niet zo goed zien. Er zijn enkele uitzonderingen die 's nachts jagen, te herkennen aan de relatief grote ogen. Slangen hebben geen uitwendige ooropeningen en kunnen niet horen.
Dagactieve soorten hebben in de regel kleinere ogen en een rondere pupil. Soorten die voornamelijk graven zijn soms zelfs vrijwel blind, maar soorten die in bomen leven hebben over het algemeen een beter gezichtsvermogen. Slechts enkele slangen hebben binoculair zicht en kunnen beide ogen richten op hetzelfde object.
Bidsprinkhaankreeften kunnen geen drie, geen vier, maar wel zestien verschillende kleuren onderscheiden! Anders dan bij ons, zien ze geen mengkleuren. Groefkopslangen (zoals ratelslangen) kunnen infrarood of warmte 'zien'. Zo kunnen ze zelfs in het pikdonker nog prooien detecteren.
Dieren die het allerbeste kunnen zien dat zijn de uilen. Ze kunnen net zo scherp zien als roofvogels. Dat kunnen ze bovendien ook 's nachts. Alleen uilen kunnen niet met hun ogen draaien.
' 'Dit is de quokka. Dit Australische dier is familie van de wallaby en kangoeroe maar, heeft ongeveer de grootte van een huiskat. Ze zien er ook extreem gelukkig uit altijd. '
Hij krijgt het predicaat 'vrolijkste dier ter wereld' toegedicht: de quokka. Deze wallaby – een klein soort kangoeroe – lacht namelijk altijd.
Jawel, je leest het goed: een slang mag dan geen uitwendige ooropeningen hebben, en zelfs geen middenoor of trommelvlies, toch kan ze je 'horen' naderen dankzij het gehoorbeentje of columella auris in haar kaak. Ze kan er wel enkel geluidstrillingen met een lage frequentie (100 tot 500 Hz) mee waarnemen.
Slangen knipperen niet
De grootste uitzondering met knipperen zijn de slangen. Zij kunnen namelijk niet hun ogen sluiten. De ogen van slangen kunnen niet uitdrogen. Dit komt doordat er een doorzichtig schub om hun ogen heen zit.
Bij slangen komt de ontlasting uit de darm en de urine uit de nieren samen in een ruimte. Die ruimte wordt de cloaca genoemd. Slangen poepen en plassen tegelijk. Dat komt uit één gat: de cloaca.
Een slang heeft ontzettend veel vijanden. Zo lusten grote vogels, wilde varkens, vossen en zelfs soortgenoten gerust een hapje van het reptiel. Een boze of bange slang sist daarom om roofdieren weg te jagen.
Slapen op vorstvrije plekken
Door hun grotendeels donkere lichaam warmen ringslangen bijvoorbeeld snel op in de zon. Het hoeft dus niet heet te zijn voor ze. De koude winters overleven de slangen door te overwinteren op vorstvrije plekken. Bijvoorbeeld diep weggekropen in dijken of in verlaten konijnenholen.
Kleinere dieren
Pythons staan er niet om bekend mensen te eten. Doorgaans eten ze kleinere dieren, bijvoorbeeld konijnen of vogels. Pythons van deze afmetingen kunnen in principe alles eten wat ze willen, maar mensen staan doorgaans niet op hun menu.
De gladde slang herkennen
De lichaamsschubben zijn glad. De grondkleur van de mannetjes is bruinrood, bij de vrouwtjes is die meer grijsachtig. Op de rug zijn er 2 rijen donkerbruine of zwarte vlekken die soms met elkaar verbonden zijn en een gebogen streep vormen.
Doordat ze infrarood kunnen zien, zien ze heel makkelijk warmbloedige dieren, zoals zoogdieren en vogels. Dus als je weer een mug hoort rondzoemen, dan weet je dat deze op zoek is naar een warm lichaam. Na al die jagende en bloeddrinkende dieren is het misschien niet verrassend dat ook de piranha infrarood kan zien.
Een slang voelt geen pijn, maar reageert mechanisch op pijnprikkels. Hij ervaart geen pijn zoals wij dit ervaren.
Met een goede verzorging kunnen koren- en rattenslangen 15 tot 25 jaar oud worden. Kijk voor de aankoop van een dier uit naar een dierenarts die ervaring heeft met reptielen. Een gezonde slang: voelt krachtig aan en is dus niet slap of gezwollen.
Ze gebruiken hun ogen amper. In plaats daarvan gebruiken ze receptoren op hun snuit om warmte waar te nemen. Slangen 'zien' de wereld daardoor als een hittemap.
Slangen zijn roofdieren. Ze worden zelf ook door roofdieren aangevallen. Roofvogels, vossen en krokodillen eten slangen of eieren van slangen. Slangen laten zich niet vaak zien.
Het is een uitstekende zwemmer en zwemt vaak met z'n kop boven het water. Zo is hij overdag op zoek naar een prooi, voornamelijk kikkers. Ook kan de slang prima onderduiken in het water, waarover later meer en je kunt hem uiteraard ook aantreffen op het land.
Het reukorgaan is het belangrijkste zintuig voor de slang. Hoewel slangen wel ademen door hun neusgaten, ruiken ze er niet mee. Slangen gebruiken namelijk hun tong om geurdeeltjes op te vangen. Als een slang zijn tong uitsteekt, blijven er geurdeeltjes aan plakken.
Dieren Behalve mensen zijn er ook veel dieren die hersenen hebben. Gewervelde dieren zoals honden, katten, vissen en vogels hebben bijvoorbeeld hersenen, maar ook krabben, insecten en inktvissen. Dieren zoals ringwormen, slakken, sponzen, anemonen en kwallen hebben geen hersenen.
Dit is de quokka, het gelukkigste dier op aarde.
De vis heeft een ingezakt "gezicht" met een dikke neus. De blobvis is bedreigd omwille van de intensieve sleepvisserij. Het dier is nu verkozen tot lelijkste dier ter wereld en krijgt daardoor de eer om voortaan als logo van de Ugly Animal Preservation Society door het leven te gaan.