Bij een sterk verhoogde hoeveelheid ureum in het bloed werken de nieren niet goed. Vaak betekent een verlaagde ureumwaarde niets, maar het kan ook zijn dat de lever niet goed werkt en de afbraak van eiwitten is verstoord.
Over het algemeen wordt een ureumgehalte van 15-20 mg/100g gezien als acceptabel. De omzetting van ammoniak naar ureum kost energie en dit belast de lever. Wanneer het ureumgehalte boven de 25 ligt is wordt de koe daarom extra belast, verder laat dit zien dat het voer niet efficiënt benut wordt.
Wanneer te veel ureum in je bloed ophoopt, spreken we van uremie. Uremie is een aandoening waarbij je nieren niet goed functioneren (nierinsufficiëntie) waarna zogenaamde vergiftiging van je bloed optreedt. We spreken ook wel van een niervergiftiging.
Ureum is een lichaamseigen stof die wordt gemaakt door de lever. Het is een reststof van de eiwitstofwisseling die via de nieren in de urine wordt afgevoerd. Ureum wordt daarnaast ook gebruikt in bepaalde processen in het lichaam. Dit komt doordat ureum de eigenschap heeft om water aan te trekken.
Om deze klachten te voorkomen en/of te verminderen moet de voeding een aangepaste hoeveelheid eiwit bevatten. Dat wil zeggen: • niet te weinig voldoende eiwit om bouwstoffen te leveren voor het lichaam. niet te veel niet zó veel dat het ureumgehalte in het bloed te hoog wordt.
Ureum, in concentraties beneden 6 gram per liter, zoals bij uremische patiënten gevonden worden, is vermoedelijk niet levensgevaarlijk.
Uit onderzoek blijkt dat het eten van te veel dierlijke eiwitten, zoals zuivel, vlees en kaas, nierstenen kan veroorzaken en klachten kan verergeren bij mensen waarbij de nieren al minder goed functioneren.
Het ureumgehalte in de melk is een indicator voor de stikstofbenutting van uw koeien. In combinatie met het eiwitgehalte geeft dit kengetal u op rantsoenbasis een indruk van de balans tussen eiwit en energie.
Uw voeding moet minder natrium, dus minder zout, gaan bevatten. In vrijwel alle voedingsmiddelen zit van nature zout. Een natriumvrije voeding bestaat dus niet; een natriumbeperkte (zoutarme) voeding wel. Natrium wordt door bijna iedereen in de vorm van keukenzout gebruikt om eten op smaak te brengen.
U kunt proberen nieuwe aanvallen te voorkomen door veel te drinken, zo'n 2 tot 3 liter per dag. Dit verlaagt de hoeveelheid urinezuur in het bloed. Heeft u meer dan 2 jichtaanvallen per jaar, of heeft u onderhuidse knobbels met urinezuur, dan kan de arts u allopurinol voorschrijven.
Een hogere kalium-inname is gunstig voor een betere controle van de bloeddruk en kan zelfs nierfunctieverlies tegengaan. Eiwit, niet te veel beperken. Het beperken van rood vlees in je voeding en het grotendeels vervangen van dierlijk eiwit door plantaardige eiwit kan je nieren helpen.
dranken zonder cafeine zoals zuivel (2 tot 4 glazen per dag, afhankelijk van leeftijd en geslacht) energiearme dranken om het ontstaan van overgewicht te voorkomen. dranken zonder oxalaat vanwege het risico op nierstenen. Drink dus geen sap, gemaakt van rabarber, bieten en spinazie.
De bepaling van ureum is zinvol bij een pati- ent met een verhoogde kans op prerenaal nierfalen, zoals bij decompensatio cordis, en had gebruikt kunnen wor- den als signaal om vroegtijdig prerenale nierfunctie- stoornissen op te sporen.
Conclusie. Er is simpelweg geen overtuigend bewijs dat een eiwitrijk voedingspatroon nierschade veroorzaakt bij gezonde mensen, integendeel. Wanneer je gezond bent en geen last hebt van nierproblemen is er geen enkele reden om je eiwitinname te beperken of minimaliseren, omdat dit nierschade zou kunnen veroorzaken.
Om vast te stellen hoe goed de nieren werken, vindt er als eerste onderzoek plaats van het bloed. Het bloed wordt met name onderzocht op kreatinine en ureum. Kreatinine is een afvalproduct van de spieren, ureum komt vrij bij de afbraak van eiwit. De nieren zuiveren deze stoffen uit het bloed.
Als de nieren goed functioneren varieert de hoeveel kreatinine bij mannen tussen de 60 en 110 µmol/l en bij vrouwen tussen de 50 en 100 µmol/l.
Gezonde voeding voor de nieren zijn vooral rode paprika, groene kool, bloemkool, knoflook of knoflookpoeder, ui, appels, cranberry, bosbessen, frambozen, aardbeien, kersen, (vette) vis, rode druiven en olijfolie. Nieren liggen aan de rugzijde van je lichaam, boven de taillelijn.
Zo heeft cafeïne een positief effect op je nieren, waardoor dagelijkse koffieconsumptie volgens nieuwe onderzoek gekoppeld kan worden aan een lager risico op een chronische nierziekte. Het consumeren van een beetje cafeïne kan het risico op overlijden voor nierziektepatiënten zelfs verlagen.
De nieren zijn belangrijke organen. Ze kunnen meten of het lichaam voldoende, te veel, of te weinig vocht heeft. Is er te veel vocht in het lichaam, dan maken ze veel urine en als er een tekort is, dan maken ze maar weinig urine aan. Veel drinken betekent dus ook veel plassen.
De werking van de nieren gaat steeds verder achteruit. Sommige mensen krijgen uiteindelijk nierfalen. De nieren werken dan minder dan 15%. Dan is dialyse of transplantatie nodig om in leven te blijven.
Van de nierpatiënten die starten met dialyse tussen hun 45e en 65e jaar, overlijdt de helft binnen vijf jaar. Dialyse kan namelijk maar beperkt de nierfunctie overnemen (PD: 5% tot 10%, HD: 10% tot 15%). Om te hoge ophoping van afvalstoffen tegen te gaan, zijn een dieet en medicatie noodzakelijk.
Eiwit. Bij de vertering van eiwit ontstaan afvalstoffen. Bij ernstige nierschade hopen die op in het bloed. U hebt dan een dieet met minder eiwitten nodig.