Een korte broek en kort wielershirt is voldoende. Je kunt er nog voor kiezen om er een dun zweetshirt onder te doen wat voor verkoeling zorgt maar dit is niet persé nodig. Verder trek je korte fietssokken aan, handschoentjes met korte vingers voor grip met zweethanden en natuurlijk je helm.
Tussen de 10 en 15 graden draag ik altijd beenstukken. Mijn bovenlijf heeft voldoende aan een thermo met lange mouwen en een dun fietsjack of een dunne thermo met een wat dikker jack. Je kunt ook kiezen voor een fietsshirt met armstukken en daarover heen een jasje met lange mouwen.
10-15 graden
Bij deze temperaturen adviseren wij om altijd arm- en beenstukken te dragen. Daarnaast kan je nu het lange mouwen fietsshirt over je wielershirt heen aantrekken. Ook is het aangenaam om een merino thermo ondershirt te dragen. Deze houdt de warmte beter vast tijdens de inspanning.
Voor extra warmte of verkoeling koop je een baselayer (zweetshirt) dat je onder je fietsshirt draagt. De langere achterkant beschermt je tegen opspattend water van de wielen en de kortere voorkant zit niet in de weg tijdens het fietsen. Door de zakjes achterop kun je makkelijk reserve materiaal of voeding meenemen.
Fietsshirts om mee te wielrennen moeten strak op het lichaam aansluiten en mogen niet gaan wapperen in de wind. Ze hebben een anatomische pasvorm en zijn zo gemaakt dat ze in de fietshouding lekker zitten. Aan de onderzijde en bij de mouwen zitten vaak elastische grippers die voorkomen dat het fietsshirt omhoog kruipt.
Een zweethemd (of zweetshirt) heeft als enige functie om het transpiratievocht zo snel mogelijk van de huid af te voeren. Deze thermoshirts zijn dus altijd zeer dun en gemaakt van een functioneel materiaal zoals polyester, polyamide of polypropyleen.
Tussen de 10 en 15 graden wordt het nog steeds aangeraden om een normale jas (of tussenjas) te dragen. Tussen de 15 en 20 graden kun je een dun vest zonder jas of gewoon een dunne jas (zoals een trenchcoat) aandoen. Vanaf de 20 graden is het tijd voor een korte broek en kan je je jas aan de kapstok laten hangen.
13 - 14 graden kleding: koude tussenseizoenen
Kies dan voor vesten, een comfy trui of een stijlvol shirt met lange mouwen. Wil je liever een jurkje dragen? Ga voor midi of maxi strakke jurkjes. In deze jurkjes blijf je beter warm.
Een ondershirt
Een goed ondershirt voert vocht af, houdt je warm en isoleert. In de zomer werkt een ondershirt juist verkoelend door te zorgen dat de warmte van je huid naar de volgende kledinglaag kan ontsnappen. Het zit bovendien prettiger op je huid dan de bretels van je broek en de rits van je shirt.
Twijfelweer met kleding bij het fietsen
Kies buiten een plek waar je ook kunt zien hoe hard te waait en uit welke richting. 14 graden zonder wind en met zon kan prima zijn voor een korte fietsbroek en bij 19 graden met een koude noordooster wind zonder zon is een lange fietsbroek vaak beter.
Een zweetshirt onder je fietsshirt zorgt dat het zweet wordt afgevoerd. Zo blijf je droog en krijg je het minder koud als je even stopt of een afdaling in gaat.
In de winter is het prettig om een fietsmuts of helmmuts te dragen onder de helm zodat het hoofd lekker warm blijft. Voor de echt koude dagen is er de balaclava die ook de hals, neus en mond beschermt tegen de kou. Wieleroutfits heeft een mooiassortiment headwear voor de sportieve fietser.
25-30 graden of warmer: wijde kleding
Bij temperaturen van 25 graden of meer kun je in strakke kleding flink gaan zweten, daarom kun je het beste lossere kleding dragen. Denk hierbij aan een A-lijn jurkje, plooirokken, laagjes rokken en wijdere shorts.
De fietsbroek moet overal goed aansluiten, maar niet knellen. Wanneer de fietsbroek te ruim is kan de zeem gaan schuiven en de stof gaan schuren. De bretels mogen een klein beetje te strak zitten als je rechtop staat, maar als je in de fietshouding staat of zit moeten ze strak maar comfortabel aansluiten.
Tussen 0 en 9 graden: (thermo)shirt, shirt met lange mouwen, lange hardloopbroek. Tussen 10 en 17 graden: shirt met korte of lange mouw, driekwart of korte broek. Warmer dan 17 graden: (mouwloos) topje of shirt, short of korte broek en evt. petje en/of zonnebril tegen de felle zon.
De meeste volwassenen vinden een temperatuur tussen de 17 en 19 graden prima om zonder jas - maar met trui - naar buiten te gaan. Bij veel kinderen ligt die temperatuur een stukje lager, omdat ze de hele tijd bewegen. Voor hen is 14, 15 of 16 graden vaak al ideaal om zonder jas naar buiten te gaan.
Tussen de 15 en 20 graden kan je ervoor kiezen om in plaats van een jas een dun vest te dragen. Vanaf de 20 graden kan jij prima een korte broek aan.
Eigenlijk is het vrij voor de hand liggend. Schaf een paar simpele en tijdloze 'basic' vestjes aan. Je zou dan in principe met dit weer (uitgaande van dat het minimaal 16 graden is) altijd een t-shirt kunnen dragen met daar overheen een basic vestje.
18-19 graden: nauwsluitende of langere kleding
Vanaf buitentemperaturen van 18 graden of meer kun je al prima een jurkje of rokje dragen. Draag het liefst een langere of strakkere variant, deze houden je lichaam beter warm. Kies bijvoorbeeld voor een strakke jurk of een leuke maxi rok.
De ideale jas voor temperaturen tussen de 10 en 15 graden zijn bijvoorbeeld (faux) leren jasjes of gewatteerde spijkerjacks. Een iets dunnere teddy coat is ook heel erg geschikt voor dit soort dagen en een langere dunne jas past ook heel goed.
Kies voor de winter voor ondershirts met lange mouwen. Hierdoor blijft je gehele lichaam warm, en niet alleen je torso. Voor warme omstandigheden (boven de 20 graden) zijn er de zogeheten 'extra cool' baselayers. Dankzij het ademend vermogen van deze ondershirts wordt het zweet nog beter afgevoerd.
De meeste wielrenners en mountainbikers dragen wielerkleding. Dat is niet zonder reden, want deze kleding is speciaal ontworpen om comfortabel in te fietsen. In een zogenaamde koersbroek zit een zeem waardoor je veel prettiger op het zadel zit.
In de lente en de zomer kun je vaak met twee laagjes werken. In de winter en herfst lukt het in de meeste gevallen met drie lagen. Hiervoor dien je dan echter wel specifieke kleding te hebben. Een zweetshirt kun je voor verschillende weertypen kopen.