Op dit moment is er helaas niet zo veel aan te doen. Straks, na de bevalling, kun je wel weer oefeningen door waarbij je je bekkenbodemspieren traint en zo het probleem verhelpt. Omdat je buik steeds dikker wordt, is er rond deze tijd niet zo veel ruimte meer over voor je navel. Die kan nu behoorlijk gaan uitpuilen.
Vanaf 37 weken controleren we je elke week totdat je bent bevallen. Bij iedere controle houden we nauwgezet het verloop van de zwangerschap in de gaten. De groei van je baarmoeder wordt gecontroleerd, we luisteren naar het hartje van de baby.
Normaal gesproken duurt een zwangerschap tussen de 37 en 42 weken. Ongeveer 7% bevalt voor de 37 weken. We spreken van een premature geboorte (te vroeg geboren) als de baby voor de 37e zwangerschapsweek geboren wordt. De bevalling zal dan altijd in het ziekenhuis plaatsvinden onder leiding van de gynaecoloog.
Het is nog niet bekend wat een bevalling precies doet beginnen. We weten wel dat het een samenspel is van hormonen en dat de placenta (moederkoek), de vliezen en je kindje een belangrijke rol hierbij hebben. Ook dat er een hormoonverandering is vlak voor de bevalling.
Als je lichaam klaar is voor de weeën, kan een orgasme de bevalling opwekken (eerder in de zwangerschap hoef je daar niet bang voor te zijn). Ook zoenen, knuffelen en het strelen of masseren van je tepels kan helpen. In sperma zit het hormoon prostaglandine, dat zorgt voor het verweken van de baarmoedermond.
Wandelen
Lekker in beweging blijven op een tempo dat bij je past, het hoofdje van de baby schommeltje mee en stimuleert de baarmoedermond en kan daarmee de bevalling natuurlijk opwekken.
Je kunt je grieperig of vaag gaan voelen. Ook kun je te maken krijgen met diarree, zuurbranden, misselijkheid door begin bevalling en overgeven. daarnaast kan diarree een teken zijn voor het begin van een bevalling. Last hebben van zware rugpijn is ook een symptoom van een naderende bevalling.
Vaak worden baby's kort voor de bevalling rustiger. Ze slapen veel en dan bewegen ze soms wat minder. Zo sparen ze energie voor de bevalling, want ook voor baby's is dat een hele inspanning.
Als je baarmoederhals nog 4 cm lang is, ben je nog helemaal niet verstreken.Als het 0 cm lang is, is je baarmoederhals helemaal verstreken. Je dokter of verloskundige zal regelmatig controleren hoeveel centimeter je al verstreken bent door middel van een vaginaal onderzoek.
Het komt regelmatig voor dat vrouwen al weken voor de bevalling last hebben van voorweeën. Deze voorweeën komen vooral 's nachts omdat de baarmoeder dan het meest actief is.
Grootste kans in week 40-41
In week 40-41, de week van de uitgerekende datum, heb je de meeste kans om te bevallen.
In 90% van de gevallen begint de bevalling met weeën, bij de rest breken eerst de vliezen. Zolang je niet zeker weet of je weeën hebt kun je ervan uitgaan dat de bevalling nog niet is begonnen. Weeën zul je namelijk ervaren als een pijn die opkomt en daarna weer weggaat.
Het is wel belangrijk dat de frequentie van de bewegingen van de baby ongeveer gelijk blijft: je hoort de baby nog steeds meerdere keren per dag te voelen bewegen. Als je je baby niet meer voelt bewegen op het moment dat je gewend bent, is het verstandig om contact met je verloskundige op te nemen.
Bevalling opwekken door te bewegen
Probeer bijvoorbeeld iedere dag een stukje te wandelen. Ook oefeningen als draaien met je heupen en een paar squats zijn een idee. Zo creëer je meer ruimte in je bekken en kan de zwaartekracht meehelpen.
Over het algemeen zeggen we dat je de eerste 10 dagen na je bevalling écht rust moet nemen.Wandel dan ook niet meer dan 5 minuten achter elkaar. Na een bevalling met een keizersnede kan het echt wel wat langer duren voordat jij weer achter een kinderwagen kan lopen. Schrik dus niet als dat pas na 2 weken is.
Het algemene advies is dat je weer mag beginnen met sporten (nog niet hardlopen!) na zes weken, als je een vaginale bevalling hebt gehad. Voor hardlopen na een keizersnede geldt acht weken.
neem iets ontspannends voor de nacht, een glas warme melk, een warm bad of twee paracetamol, kunnen helpen om toch een paar uur te slapen. Een rubberen kruik tegen je buik (stop hem in je onderbroek om hem op z'n plek te houden) tijdens het slapen kan de baarmoeder zo ontspannen dat je toch kunt slapen.
De verloskundige of gynaecoloog brengt haar vingers in je vagina en voelt aan je baarmoedermond. Dit wordt toucheren genoemd. Past er één vinger tussen, dan heb je één centimeter ontsluiting, met twee vingers zit je op drie centimeter ontsluiting, kan ze een V maken, dan is het vier centimeter, en zo verder.
Het voelt als een soort kramp in je onderbuik die langzaam opkomt, erger wordt en dan weer afzakt. Je kunt een wee vergelijken met een golf die aanspoelt op het strand. In het begin voel je de pijngolf aan komen rollen. Net voor de golf omslaat, is de pijn het hevigst.
De beweeglijkheid van jouw baby zegt iets over zijn conditie. Daarom is het belangrijk dat je het beweegpatroon van je baby goed leert kennen. Als je baby minder of anders beweegt dan je gewend bent, kan dit een signaal zijn dat er iets verandert in de conditie van je baby.
In Nederland wordt 7 tot 8 procent van alle baby's te vroeg geboren. Vaak weten we niet wat de vroegtijdige weeën of een vroeggeboorte heeft veroorzaakt. Jouw voorgeschiedenis speelt een rol bij de kans op vroeggeboorte.
Onder invloed van hormonen en onder druk van je baby wordt de baarmoedermond wat losser en weker. Hierdoor verlies je de slijmprop en kan je deze tegenkomen in je ondergoed of in het toilet. De slijmprop is te herkennen als een slierterige prop slijm van een paar centimeter, soms met wat bloed.
De meeste moeders merken dat een kindje indaalt door lichte pijn in de onderbuik, of steken die je in je vagina kan voelen. (genieten! ;)) Je verloskundige zal op het spreekuur met haar handen op je buik naar de indaling voelen, en je vertellen of een kindje al vast of nog beweeglijk in het bekken ligt.
Het begint met weeën
Het voelt als een soort kramp in je onderbuik. Het komt langzaam op en zwakt weer af. De weeën volgen elkaar steeds vaker en regelmatiger op. Bij begin weeën kan het af en toe een beetje “borrelen”, voelen als een harde buik of een kleine kramp.
Je kunt van het indalen last hebben door stekende pijn in je vagina, pijn in je liezen en een kramperig gevoel in je onderbuik (indallingsweeën) . Lopen gaat na het indalen soms wat lastiger. Je hebt het gevoel te 'waggelen'.