De grove motoriek is nu goed ontwikkeld. Hinkelen, met een bal overgooien, steppen, fietsen, springen en draaien zijn vaardigheden die kinderen op deze leeftijd veel oefenen. De fijne motoriek is nu zo ver dat je kind allerlei vormen tekent en soms zelfs al letters kan schrijven, meestal met dezelfde hand.
Nodig: losse kaartjes met daarop alle letters (met uitzondering van: q, x, y en c), de dubbelklanken: aa, ee, uu, oo en de twee teken klanken: eu, ui, au, ou, oe, ei, ie en ij. Begin met bijvoorbeeld enkele letters uit de naam van je kind. Herhaal deze dagelijks of zo vaak je kind behoefte heeft.
Je kind van 4 jaar:
kan tellen tot tien. herkent de cijfers 1 t/m 5. heeft besef van de begrippen meer-minder, veel-weinig, erbij-eraf, groter-kleiner, dikste-dunste, voor-naast-op. herkent groepjes van twee en drie zonder te tellen.
Je kind van 5 jaar kan:
tellen tot 20 en terug.
2 jaar. Als kinderen twee jaar oud zijn dan beginnen ze een besef te krijgen dat getallen staan voor hoeveelheden. Door het luisteren naar liedjes en verhaaltjes en het spelen met pratend speelgoed hebben ze al kennis gemaakt met getallen.
Hoeveel letters kennen eind groep 2
In de leerlijn taal staat benoemd dat je kind aan het eind van groep 2 16 letters kan herkennen en benoemen en 12 letters kan schrijven. Maak je geen zorgen als je kind nog geen andere letters dan die van zijn naam kan lezen en schrijven als het de overstap naar groep 3 maakt.
De meeste kinderen leren lezen in groep 3 van de basisschool. Eerst zijn dit korte, klankzuivere woordjes. Vanaf groep 4 neemt de gemiddelde lengte van woorden en zinnen toe en worden het taalgebruik en de verhaallijnen complexer. Daarnaast is er meer aandacht voor begrijpend lezen.
In groep 3 komen de eerste spellingregels aan bod. Een kleuter heeft nog geen handschrift aangeleerd. Langzaamaan ontwikkelt het kind de kleine motoriek (ook wel fijne motoriek genoemd), zodat het later in groep 3 echt kan leren schrijven.
Peuters leren kleuren gemiddeld identificeren rond de leeftijd van 2,5 jaar. Maar voordat ze verschillende kleuren kunnen leren herkennen, is het belangrijk dat ze zich bewust worden van het concept van kleur.
Kinderen van 5 jaar worden zich steeds bewuster van hun eigen 'ik'.Daarnaast ontwikkelen ze empathie, ze kunnen zich steeds beter inleven in anderen. Je kunt dit zien doordat ze bijvoorbeeld andere kinderen troosten. Tegelijkertijd zijn peuters nog erg egocentrisch, waardoor ze elkaar bijvoorbeeld duwen.
Taalontwikkeling kleuter en woordenschat 4-5 jaar:
Tussen de leeftijd van 4 en 5 jaar kan een kind al meer dan 2500 woorden kennen. Tegen de tijd dat ze 5 jaar zijn, begrijpen ze 3500 woorden en kunnen ze 3000 woorden zeggen.
Wanneer je kind plezier heeft in schrijven en zijn fijne motoriek ver genoeg ontwikkelt is , kan hij in groep 1 misschien al zijn naam schrijven.
Zo moet een kind in groep 3 eenvoudig logisch kunnen redeneren, veel informatie kunnen verwerken en opslaan in het geheugen en aandacht kunnen vasthouden. Ook moet het de Nederlandse taal voldoende beheersen om instructies te kunnen volgen en gedragsregels aan te leren.
In groep 2 leert je kind letters en korte woordjes lezen. Zo kan hij of zij met de letters die al bekend zijn nieuwe woordjes maken. Het herkennen van woordjes gaat ook steeds makkelijker. Op melkpakken, borden en brieven staan ineens letters die je kind kan herkennen.
AVI-niveau groep 3
Er zijn al AVI start boekjes voor kinderen in groep 2, die al interesse tonen in letters en leren lezen.
De voorbereiding op leren lezen en schrijven gebeurt in groep een en twee. In groep drie leert je kind eerst om letters te herkennen, en daarna om woordjes en eenvoudige zinnen te lezen. Kinderen leren lezen tussen vijf en acht jaar.
Een voordeel van een combinatiegroep 2/3 ten opzichte van een groep 3 is dat er in het lokaal zowel ruimte voor tafels en formeel leren als voor hoeken en spelend leren is. Bovendien hoeven hoeken niet veel ruimte in te nemen.
Waarin verschilt groep 2 van groep 1? In groep 1 ligt de nadruk nog meer op spelen, maar in groep 2 gaat de leerkracht gerichter werken naar groep 3. Het verschilt per school, maar op veel scholen wordt er gewerkt met zogenoemde werkkaarten of werkjes en kinderen besteden per week een bepaalde tijd aan die werkjes.
Slimme peuters/kleuters zijn nieuwsgierig, onderzoekend, kunnen goed onthouden en kunnen lastige denkproblemen aan. Ze zijn snel van begrip en stellen veel vragen. Slimme peuters houden van uitdagingen, kunnen reflecteren, hebben creatieve oplossingen en hebben leiderschapskwaliteiten.
Hij leert de relaties tussen begrippen en sorteert graag dingen. Dit legt een basis voor rekenen. Laat je kind bijvoorbeeld voorwerpen van groot naar klein neerzetten, zoals alle schoenen of speelgoedauto's. De tijd wordt ook interessant: jaargetijden, de week en het verschil tussen morgen en gisteren.
Puzzelen heeft vele cognitieve voordelen voor kinderen. Het kan helpen bij de ontwikkeling van de fijne motoriek, het probleemoplossend vermogen, het ruimtelijk inzicht en het herkennen van vormen en patronen. Daarnaast kan het ook de concentratie en het geduld van het kind vergroten.