Leerlingen met een vmbo-k diploma kunnen zich inschrijven voor een mbo-opleiding niveau 3 of 4. En leerlingen met een vmbo-b diploma kunnen een mbo-opleiding niveau 2 volgen. Leerlingen die het praktijkonderwijs afronden kunnen starten met een entree-opleiding aan het mbo, of aan het werk gaan.
Het vmbo kent vier leerwegen, de basisberoepsgerichte leerweg, de kaderberoepsgerichte leerweg, de gemengde leerweg en de theoretische leerweg. De leerwegen onderscheiden zich door de tijd die besteed wordt aan de avo-vakken en het beroepsgerichte programma.
Het belangrijkste verschil tussen basis- en kaderberoepsgericht is het niveau waarop de lesstof wordt aangeboden. Met de basisberoepsgerichte leerweg kun je naar niveau 2 van het mbo. De kaderberoepsgerichte leerweg geeft je toegang tot niveau 3 of 4 van het mbo.
Wat is vmbo-kader? Vmbo-kader is voor leerlingen die het liefst kennis opdoen in de praktijk. Deze leerweg bereidt de leerling voor op de vak- en middenkaderopleidingen in het mbo (niveau 3 en 4). Het verschil met de mavo is dat iets minder diep wordt ingegaan op de algemene vakken.
Deze opleiding duurt vier jaar en bereidt leerlingen in principe voor op het middelbaar beroepsonderwijs (mbo).
Je doet dan examen in 4 vakken èn een breed beroepsgericht deel. Indien jouw resultaten en interesses hier aanleiding toe geven, kun je vanuit kader/mavo na leerjaar 2 doorstromen naar één van onze mavo-richtingen: bijvoorbeeld Mavo Tech, Mavo Ondernemen of de Mavo Klassiek.
Leerlingen met een vmbo-diploma krijgen vanaf vandaag het recht om automatisch door te stromen naar de havo. Dit geldt voor leerlingen van de gemengde en theoretische leerweg. Er is één voorwaarde: ze moeten examen doen in zeven vakken in plaats van zes. Staatsecretaris Sander Dekker wijzigt hiervoor de wet.
Laag: Dit omvat onderwijs op het niveau van basisonderwijs, het vmbo, de eerste 3 leerjaren van havo/vwo of de assistentenopleiding (mbo-1). Middelbaar: Dit omvat de bovenbouw van havo/vwo, de basisberoepsopleiding (mbo-2), de vakopleiding (mbo-3) en de middenkader- en specialistenopleidingen (mbo-4).
vmbo beroepsgerichte (kader en basis) en vmbo tl-brugklasleerlingen zitten in één combinatieklas; er is een tweejarige brugperiode, dus pas na twee jaar maak je de keuze voor beroepsgericht (basis of kader) of voor theoretisch (tl); je krijgt cijfers op drie niveaus (basis, kader en tl);
Het laagste niveau van het voortgezet onderwijs is het praktijkonderwijs. Dit onderwijs is speciaal voor jongeren die het moeilijk vinden om een diploma te behalen in het 'reguliere' voortgezet onderwijs. Het halen van een diploma op vmbo niveau is voor veel praktijkonderwijs leerlingen te hoog gegrepen.
Je hebt een diploma vmbo kaderberoepsgerichte leerweg, vmbo theoretische leerweg, mavo, mavo-vbo of vmbo gemengde leerweg nodig. Ook een diploma van een vakopleiding, dus mbo niveau 3, is meestal voldoende vooropleiding voor een mbo-studie op niveau 4.
De Kader leerweg in het voortgezet onderwijs is een leerroute naar het MBO waarin je veel leert door middel van praktijkonderwijs, de zogenaamde leerhuizen. De Theoretische leerweg is een leerroute naar het MBO waarin je meer theorie krijgt en minder praktijkonderwijs.
Entree opleidingen (MBO Niveau 1)
Een entree opleiding duurt circa 1 jaar. Entree opleidingen zijn gericht op het voorbereiden op de arbeidsmarkt. Na het behalen van de entree opleiding krijg je een niveau 1 diploma. Niet voor alle opleidingen en op alle scholen worden entree opleiding aangeboden.
Instroomrecht van mbo naar hbo
Het diploma geeft recht op toelating tot een hbo-opleiding (art. 7.24 lid 2 WHW). Een student bepaalt zelf de opleidingsrichting. Dit betekent dat een student vrij is om een opleiding te kiezen, ongeacht de richting van de (bijna) afgeronde mbo-opleiding.
Leerlingen kunnen tussentijds opstromen naar een hoger niveau of afstromen naar een lager niveau. Hiervoor gelden de regels die de school hier zelf voor heeft opgesteld. Vanaf het derde leerjaar volgen leerlingen een speciaal vakkenpakket. Daardoor wordt het lastiger en meestal onmogelijk om nog te wisselen van niveau.
Het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (vmbo) duurt 4 jaar en heeft 4 leerwegen. Die verschillen van elkaar in niveau en hoeveelheid beroepsgericht en theoretisch onderwijs. Het vmbo maakt leerlingen klaar voor een opleiding in het mbo.
Wettelijk gezien is het diploma van vmbo-tl of vmbo-gl gelijk gesteld aan het overgangsbewijs van havo 3 naar havo 4. Leerlingen met een diploma van vmbo-tl of vmbo- gl zijn daarmee toelaatbaar tot het havo. Dat geldt sinds kort ook voor leerlingen van vmbo-tl uit leerjaar 3. Zij kunnen 'opstromen' naar havo 4.
Kaderberoepsgerichte leerweg
Deze leerweg bereidt je voor op de niveau 3 (vakopleidingen) en de niveau 4 (middenkaderopleidingen) in het mbo.
Binnen het VMBO is de theoretische leerweg het hoogste niveau. Hiermee kun je ook doorstromen naar MBO niveau 3 of 4.
Economie is bijvoorbeeld verplicht bij het profiel Economie & Ondernemen. Wiskunde is verplicht bij het profiel Media, Vormgeving & ICT en Mobiliteit & Transport.
Het vmbo kent nu vier leerwegen: twee beroepsgerichte (het oude vbo) de theoretische (oude mavo) en als nieuw element de gemengde leerweg. Deze variant blijkt het minst populair.
Je IQ ligt minder vast dan gedacht. Veranderingen in het volume van bepaalde hersengebiedjes tijdens je pubertijd kunnen je intelligentiescore flink omhoog krikken – of juist omlaag. Je intelligentie, uitgedrukt in IQ, verandert gedurende je leven nauwelijks.
Albert Einstein (1879-1955)
Einstein, de man achter de relativiteitstheorie, was notoir slecht in het onthouden van namen, getallen en data. Desondanks wordt zijn IQ geschat op 160, waarmee hij een genie was.