Pleonastisch, overtollig, overladen met gelijkbeduidende woorden en uitdrukkingen...
Een tautologie is een woordcombinatie waarin een begrip twee keer of meer wordt genoemd. Ze bestaat doorgaans uit twee of meer woorden van dezelfde woordsoort, vaak met en of of(te) ertussen. Voorbeelden zijn eenzaam en alleen, pracht en praal en niettemin toch.
Het verschil zit hem dus in de woordsoorten. Bij een pleonasme is er sprake van twee verschillende woordsoorten, waarbij het ene woord iets uitdrukt wat al in het andere woord besloten ligt. Bij een tautologie wordt hetzelfde gezegd met twee verschillende woorden van dezelfde woordsoort.
Bij een pleonasme herhaal je vaak een deel van de betekenis van een woord. Meestal gebeurt dit door een combinatie van een bijvoeglijk naamwoord met een zelfstandig naamwoord of een werkwoord. Voorbeelden hiervan zijn: ronde bal, omlaag vallen, weer hervatten, aanwezige bezoekers, valse voorwendsels.
Tautologie = Een tautologie is een combinatie van woorden die (bijna) hetzelfde uitdrukken en elkaar in principe kunnen vervangen. Men noemt dit ook wel dubbelop gebruik van woorden.
In veel gevallen (maar niet uitsluitend) bestaat een pleonasme uit een combinatie van een bijvoeglijk naamwoord en een zelfstandig naamwoord. Een voorbeeld van een pleonasme is witte sneeuw: de bepaling witte is veelal overbodig, omdat 'wit' in principe een inherente eigenschap van 'sneeuw' is.
Bij een pleonasme wordt een eigenschap die al onlosmakelijk aan een begrip verbonden is, ook benoemd door een ander woord. Voorbeelden van pleonasmen zijn een houten boomstam, gele boterbloemen, de hete zon en de uiterste limiet.
Bij het oxymoron (de klemtoon ligt op mo) gaat het om twee begrippen die op het eerste gezicht niet samen lijken te gaan, al worden ze wel zo gepresenteerd. Een bekend voorbeeld is 'Er viel een oorverdovende stilte. ' Dat is eigenlijk gek: oorverdovend hoort juist bij lawaai.
Nieuwe vorming van een tumor. Kan kwaadaardig of goedaardig zijn.
tautologie [herhaling met een andere uitdrukking] {1698} < latijn tautologia < grieks tautologia [het zeggen van hetzelfde], van tauto [hetzelfde] + -logia [het spreken], van legein [spreken].
Een bekend voorbeeld van tautologie, twee keer hetzelfde zeggen, is 'gratis en voor niets'. Al zijn werkzaamheden waren voor niets.
Het komt ook voor dat een begrip twee keer achter elkaar met verschillende woorden genoemd wordt, dit noemen we een tautologie.
Een contaminatie is een verhaspeling van twee woorden of uitdrukkingen met een verwante betekenis, waardoor een verkeerd nieuw woord of een verkeerde nieuwe uitdrukking ontstaat.
Een pleonasme ontstaat als je een bepaalde eigenschap nog eens extra omschrijft (dubbel). Voorbeelden: de witte sneeuw, gele zonnebloemen of de mondelinge bespreking. Een contaminatie ontstaat als je twee woorden of uitdrukkingen door elkaar haalt.
De hyperbool is een overdrijving. Hiermee kun je extra nadruk leggen op een gevoel of een emotie. Je moet een hyperbool niet letterlijk nemen; kijk maar eens naar de volgende voorbeelden: Ik lach me dood!
Een hyperbool is een stijlfiguur waarbij iets opzettelijk in grote mate wordt overdreven. Het beoogde effect is versterkend en vaak ironisch of komisch.
Een tautologie is het benadrukken van een woord met een ander woord dat (zo goed als) dezelfde betekenis heeft. Tautologieën komen voor als taalfout en als stijlfiguur. In dat geval is er vaak sprake van zogenaamd versteend gebruik.
Een pleonasme is een combinatie van twee woorden waarbij het ene woord de eigenschap van het andere woord herhaalt, bijvoorbeeld: ronde cirkel. Het bijvoeglijk naamwoord ronde heeft dezelfde betekenis of eigenschap als het zelfstandig naamwoord cirkel. Je gebruikt dus een woord dat overbodig is.
Twee woorden worden synoniemen genoemd als ze (ongeveer) dezelfde betekenis hebben.
Een litotes is een stijlfiguur waarbij men door middel van een ontkenning of een verkleinvorm iets schijnbaar verkleint of afzwakt, maar juist met de bedoeling het des te sterker te doen uitkomen.
Zeugma is een Grieks woord, dat 'juk' of 'verbinding' betekent. Het slaat op de verbinding van het ene woord met de twee andere. Andere voorbeelden: Ik nam een besluit en zij de benen.
Het zijn werkwoorden of zelfstandige naamwoorden die niet alleen handelingen beschrijven, maar ook de bijbehorende geluiden nabootsen door hun klank. Voorbeelden zijn: knerpen, zwiepen, kreunen, steunen, rinkelen, kraken, zoemen en toeteren. Natuurlijk gebruik je deze vorm van geluidsnabootsing meestal onbewust.
Eufemismen worden gebruikt ter vervanging van aanduidingen die men bedreigend, kwetsend, onfatsoenlijk, onaangenaam of in een andere zin te negatief vindt. Voorbeelden: zelfdoding of suïcide in plaats van zelfmoord, kleine mens in plaats van dwerg, niet erg slim in plaats van dom.
Bij contaminaties haal je twee uitdrukkingen of spreekwoorden door elkaar. Een bekend voorbeeld is 'als voetballer zijnde', wat 'als voetballer' of 'voetballer zijnde' moet zijn. Sommige contaminaties komen zo vaak voor dat ze inmiddels geaccepteerd worden volgens het Groene Boekje.
© CambiumNed
Eufemisme, understatement, litotes, hyperbool en prolepsis. Herhaling, tautologie en pleonasme. Enumeratie, woordspelingen, synoniemen, homoniemen en asymmetrie. Tegenstelling, paradox, oxymoron, ironie en retorische vraag.