Heb je niet veel ruimte in de tuin? Kies dan makkelijke groenten die de hoogte in groeien. Met gaas of een raster tegen de gevel of schutting op een zonnige plek, groeien komkommer, courgette of pompoen mooi omhoog. Zaai radijsjes het beste van maart tot augustus.
Plant dan een fruitboom want het loont zeker de moeite! Elk jaar opnieuw pluk je de vruchten en veel hoef je er helemaal niet voor te doen! Appels, peren, pruimen, kersen en krieken zijn prima beginnersbomen. Planten kan na het vallen van het blad, van november tot eind maart wanneer de bomen in rust zijn.
Groenten en fruit uit eigen tuin zijn niet alleen lekkerder, ze zijn op lange termijn ook goedkoper dan wat je in de winkel koopt. Daarnaast zijn je zelfgekweekte groenten veel kwaliteitsvoller, want ze zijn onbespoten, op het rijpste moment geplukt en vers uit je tuin naar je bord gebracht.
De fruitbomen die snel vruchten geven zijn appel- en pruimenbomen.
Leibomen die snel fruit afgeven
Appelbomen die op een vruchtbare bodem staan en voldoende zon krijgen, zullen immers al snel vrucht gaan dragen. Er zijn veel verschillende soorten appels maar doorgaans groeien de Elstar, Jonagold en Goudrenet vrij gemakkelijk. Je kunt daarnaast kiezen uit tal van andere appelrassen.
Maar alleen groenten en fruit kan problematisch worden. Je kunt een tekort krijgen aan calcium, jodium, ijzer, zink en vitamine B12. Ook krijg je dan te weinig eiwitten binnen. Dat laatste is schadelijk voor je spieren.
Kiemgroente. Is de honger naar vers groen heel groot dan kan je alvast aan de slag met verschillende kiemgroente. Dit kan je doen met erwten, radijsjes, waterkers, sojascheuten, mosterd, broccoli, basilicum, selder, prei, luzerne en racketsla.
In welk seizoen kun je zaaien? Zaaien kan eigenlijk het hele jaar door. In de winter zal het dan voornamelijk om binnenshuis/onder glas gaan, terwijl de lente (april/mei) en de zomer de seizoenen bij uitstek zijn om juist heel veel te zaaien (in de volle grond).
Zowat alle populaire tweejarigen zaaien zich in de zomer spontaan uit: vingerhoedskruid, stokrozen, judaspenning, muurbloemen, toorts, kruisdistel (Eryngium giganteum) en damastbloemen (Hesperis).
Afhankelijk van de soort die je kweekt kun je broccoli oogsten tussen de maanden juni en maart. De eerste oogstperiode vindt meestal na twee tot drie maanden plaats na het zaaien. Broccoli kun je overigens vaak meer dan één keer oogsten. Je oogst daarom altijd eerst de centrale knop.
Tussen eind maart tot mei zijn er veel soorten groenten en fruit die je goed kunt zaaien en oogsten. Denk aan aardbeien, aardappel, mais, asperges, bloemkool, bonen, broccoli, sla, courgette, prei, radijs, rode kool, tomaat en witte kool.
Veel gebruikte soorten groenblijvende bomen zijn onder andere: steeneiken (Quercus ilex), kurkeiken (Quercus suber), glansmispels (Photinia), groenblijvende tulpenbomen (Magnolia grandiflora), olijfwilgen (Elaeagnus ebbingei), schijnhulst (Osmanthus heterophyllus) en Portugese laurier (Prunus lusitanica).
Fruitbomen staan graag in de zon. Vooral perziken, pruimen, abrikozen en peren hebben veel zon nodig. Mispels, appels en krieken verdragen meer schaduw. Inheemse fruitstruiken (aalbes, kruisbes, braambes, framboos) groeien in de natuur onder bomen en verdragen daarom meer schaduw.
Een appelboom en een perenboom kunnen elkaar niet bestuiven. Bestuiving is wel van belang om fruit te kunnen plukken, want zonder bestuiving komen er na de bloei geen vruchten in de boom.
In het Nederlandse klimaat worden vooral appels, peren, kersen, bessen en aardbeien geteeld. Belangrijke teeltgebieden zijn de Betuwe, de Noordoostpolder, Zeeland, de Zuid-Hollandse eilanden, het rivierengebied van Gelderland en Overijssel, de Gelderse vallei, Limburg en Noord-Holland.
Het juiste moment
Fruitbomen kun je planten van november tot eind maart, wanneer ze in rust zijn. De beste periode is november, na het vallen van het blad.
Sommige soorten, zoals aardappelen en uien zijn al vrij goedkoop in de winkel. Het kweken hiervan zal je dus niet veel geld besparen. Maar bonen, (kers)tomaten, courgettes en diverse soorten sla zijn enorm productieve planten. Die leveren zelfs in een kleine ruimte een grote oogst op.
Het korte antwoord op de vraag: voor een moestuin van ongeveer 200 m2 heb je ongeveer 8 uur per week nodig. Maar eigenlijk kan je het niet zo kort en bondig beantwoorden, want hoeveel tijd je besteedt aan je moestuin hangt af van veel factoren, zoals de grondsituatie, beplanting, gewassen en je manier van tuinieren.