Dus: eet veel groente en fruit, neem één of liever twee keer in de week vette vis. Als je daar niet toe komt, neem dan bijvoorbeeld sardientjes. Eet niet te veel rood vlees, ook niet op het brood en als je barbecuet zorg dan dat je vlees niet aanbrandt. Varieer zoveel mogelijk en eet niet teveel.
De belangrijkste stoffen zijn carotenoïden, luteïne en zeaxanthine. Deze stoffen komen ook in de macula in het oog voor en hebben een beschermende werking tegen macula degeneratie, maar worden niet door het lichaam aangemaakt.
Een speciaal voedingssupplement kan soms helpen bij droge LMD. De bestanddelen uit deze voedingssupplementen, zoals zink, vitamine C en luteine, helpen schadelijke stoffen die in uw netvlies ontstaan, onschadelijk te maken. Voor meer informatie kunt u advies vragen aan uw oogarts.
In de macula vormen de carotenoïden luteïne en zeaxanthine samen het gele maculapigment, dat de gele vlek zijn kleur geeft. Naast een voeding met voldoende antioxidanten, spelen omega-3-vetzuren mogelijk ook een rol in de bescherming tegen het ontstaan en de progressie van LMD.
Ze adviseren 2 keer per week vette vis, zoals makreel, zalm, tonijn of sardientjes vanwege de omega-3 vetzuren. Daarnaast elke dag minimaal 200 gram fruit en 200 gram groente, met de nadruk op groene bladgroenten, rode, oranje en gele groenten en fruit.
Natte macula degeneratie is wel te behandelen, maar niet te genezen. Wel kunnen we ervoor zorgen dat uw zicht minder snel achteruitgaat. Dat doen we door te zorgen dat er minder snel nieuwe bloedvaatjes worden gevormd onder en in het netvlies. Zo is er minder kans op bloeding en lekkage van vocht uit die bloedvaatjes.
Omdat er in de macula zo veel kegeltjes bij elkaar liggen, ziet u met dit deel van het netvlies het scherpst. Het is de meest voorkomende oorzaak van slechtziendheid bij ouderen. Het leidt meestal niet tot blindheid.
Luteïne en zeaxanthine zijn belangrijke stoffen in het lichaam. Met name fruit- en groentesoorten, waaronder groene bladgroentes (b.v. spinazie), broccoli, spruitjes en maïs, zijn rijk aan luteïne en zeaxanthine. Er is nog geen aanbevolen dagelijkse hoeveelheid vastgesteld.
Oorzaak maculadegeneratie
Bij maculadegeneratie sterven de kegeltjes af. Hoe dat kan, is niet precies bekend. Wel weten we dat enkele risicofactoren een rol spelen, zoals erfelijkheid en roken. Deze vorm begint als kleine bleekgele afzettingen, drusen genoemd, zich ophopen in de gele vlek.
Zink. Voldoende zink is belangrijk voor het oog. Het beschermt onder meer tegen UV en het helpt om slecht nachtzicht te voorkomen. Zink zorgt ervoor dat vitamine A van de lever naar het netvlies komt om daar de omzetting naar melanine te maken (een beschermend pigment tegen vooral UV).
Voorkomen van maculadegeneratie
Denk hierbij aan bladgroenten, gekleurd voedsel, vis, eieren en schelpdieren. Met name antioxidanten zijn belangrijk om maculadegeneratie tegen te gaan. Ook niet roken en matig alcoholgebruik zijn belangrijk bij het voorkomen van maculadegeneratie.
Voedingsmiddelen met luteïne
Bronnen van luteïne zijn groene groenten zoals boerenkool, broccoli, spinazie, sperziebonen en spruitjes. Ook bevindt luteïne zich in mais en gele paprika en in de fruitsoorten mango, papaja en sinaasappel. Daarnaast bevat ei luteïne, dut zorgt voor de gele kleur van het eigeel.
Injecties bij de natte vorm van maculadegeneratie. Bij natte maculadegeneratie kan de oogarts een medicijn in uw oog injecteren, zoals bevacizumab, ranibizumab en aflibercept. Deze medicijnen remmen de groei van de bloedvaatjes. De middelen werken het beste in een vroeg stadium van de natte maculadegeneratie.
Maculadegeneratie doet geen pijn. Ook zijn uw ogen niet geïrriteerd.
Luteïne beschermt de ogen tegen oxidatieve stress en verlaagt de kans op oogaandoeningen zoals leeftijdsgerelateerde maculadegeneratie en cataract. Verhoging van de luteïne-inname kan zorgen voor verbetering van de gezichtsscherpte en scherper zien in het donker en gaat vermoeide ogen tegen (asthenopenie).
Als u slecht ziet of een oogaandoening heeft zoals staar, glaucoom of maculadegeneratie, kan dit risico's opleveren in het verkeer. U kunt bijvoorbeeld moeite hebben met diepte zien, verkeersborden lezen of gevaar zien aankomen.
Net daarom is een snelle diagnose ontzettend belangrijk. Aangepaste Low Vision hulpmiddelen en extra UV-bescherming van een aangepaste zonnebril bij fel zonlicht zijn altijd aangeraden om versnelde slijtage van het netvlies te voorkomen. Voor die visuele hulpmiddelen kan u rekenen op de expertise van Optiek Collette.
Als u een maculagat heeft, ziet u steeds slechter. U ziet in het midden een wazige vlek voor uw ogen. Of het beeld dat u ziet is vervormd. Rechte lijnen hebben dan een golfje of knik.
Oogartsen noemen maculadegeneratie ook wel LMD (leeftijdsgebonden maculadegeneratie). Maculadegeneratie is een aandoening van het centrale gedeelte van het netvlies, de gele vlek. U gaat steeds minder goed zien. Het begint meestal na het 50ste levensjaar.
Anders dan Luteine en Zeaxanthine
Astaxanthine heeft meer hydroxylgroepen dan zijn collega's luteïne en zeaxanthine, wat astaxanthine het vermogen geeft om zich te binden aan zowel hydrofiel als hydrofoob weefsel.
Astaxanthine is meer dan een antioxidant: het heeft onder meer een ontstekingsremmende en afweerversterkende werking, gaat dyspepsie tegen, bevordert het uithoudingsvermogen en spierherstel en helpt tegen vermoeide ogen; om er een paar te noemen.
De beginsymptomen. De beginsymptomen van de ziektes verschillen beduidend. Waar maculadegeneratie vrijwel direct klachten oplevert, gebeurt dit bij glaucoom erg geleidelijk. Zo subtiel dat het vaak niet eens opvalt.
De enige behandelmogelijkheid is een operatie. De meeste macula puckers worden niet geopereerd, omdat de klachten niet heel storend zijn en/of de afwijking stabiel lijkt te blijven (75% kans). Een operatie is ook best risicovol.
Vitamine B (vooral vitamine B1, B2, B6, B12 en foliumzuur) helpen oogziekten voorkomen. Ook ondersteunt vitamine B de werking van de oogspieren. Een tekort aan vitamine B kan zorgen voor gevoeligheid voor licht, oogontsteking en in het ergste geval een verhoogd risico op verlamming van de oogspieren.