Bij ernstig hartfalen kan uw hart al bij heel weinig inspanning niet meer zorgen voor genoeg zuurstof en voeding. De bloedvaten raken vol. Er kan vocht uit lekken. Dit gebeurt vooral naar de longen, buik, benen en enkels.
Patiënten overlijden dan aan snelle kamerritmen, kamerfibrilleren en trage hartritmen, die overgaan in asystolie (onvoldoende samentrekking van de hartspier).
De cardioloog en jij hebben gesproken over je hartfalen waarvoor geen behandeling meer mogelijk is. Dit noemen we terminaal hartfalen. Je hebt in overleg met de cardioloog besloten om in principe af te zien van verdere ziekenhuisopnames.
Hartfalen is een ernstige chronische aandoening die in de loop der tijd vaak verergert. Uiteindelijk kan het uw levensduur verkorten. De progressie van hartfalen is onvoorspelbaar en varieert van persoon tot persoon. In veel gevallen blijven de symptomen vrij lang (maanden of jaren) stabiel voordat deze verergeren.
Van de personen met een lichte vorm van chronisch hartfalen leeft ongeveer de helft nog minimaal 10 jaar. De helft van de patiënten met ernstig chronisch hartfalen of acuut hartfalen heeft een levensverwachting van minder dan 2 jaar.
Heeft u hartfalen in klasse 3 of 4, dan kunt u palliatieve zorg krijgen. Deze zorg heeft als doel uw leven draaglijker en comfortabeler te maken, door lijden te voorkomen en te verlichten.
Pijn als gevolg van hartproblemen voelt men gewoonlijk in de borst, maar het kan zich ook ergens tussen de bovenbuik en hals bevinden, inclusief de armen en schouders. U kunt deze pijn als onaangenaam ervaren, maar ook als drukkend, brandend of stekend.
Bij hartfalen is de pompfunctie minder goed: uw hart kan het bloed niet goed meer rondpompen. Organen krijgen hierdoor minder bloed, bijvoorbeeld de nieren. De nieren gaan als reactie zout en vocht vasthouden. U kunt hierdoor bijvoorbeeld dikkere buik of enkels krijgen.
Soms krijg je tegelijk of vlak na de diagnose te horen dat je ongeneeslijk ziek bent. Het komt ook voor dat je dit bericht na een langere tijd van behandelen krijgt. Na dit bericht kun je nog (enkele) weken of maanden leven, sommige patiënten leven nog jaren. Deze fase wordt de laatste levensfase genoemd.
Het NHG adviseert zeer terughoudend te zijn met de toepassing van morfine bij acuut hartfalen omdat er aanwijzingen zijn dat dit zou kunnen leiden tot een hogere mortaliteit en langdurige IC-opnames 2 3. Daarnaast kan het misselijkheid en bradypneu veroorzaken 1.
Artsen noemen een patiënt doorgaans terminaal wanneer ze verwachten dat die persoon minder dan drie maanden te leven heeft. Natuurlijk is dit soms ook langer dan drie maanden.
Eet ook geen snacks en kant-en-klare maaltijden met veel zout, zoals soep, pizza en chips. Kijk bij het Voedingscentrum hoe u minder zout kunt eten. Let op: gebruik geen zout-vervangers waar kalium in zit, zoals kaliumzout. Kaliumzout kan gevaarlijk zijn als u medicijnen tegen hartfalen gebruikt.
De cardioloog zal een echocardiografie verrichten om de knijpkracht (of pompfunctie) van het hart in beeld te brengen. Tevens zullen alle hartkleppen worden bekeken. Eventueel zal een hart-MRI moeten worden uitgevoerd om hartfalen aan te tonen en om meer te weten over de oorzaak van reeds aangetoond hartfalen.
De helft van alle patiënten (gemiddelde leeftijd 62 jaar) overschatte zijn levensverwachting met maar liefst 40 procent. Onderzoek wijst uit dat de mediane levensverwachting vijf jaar bedraagt (dan is nog 50% van alle patiënten in leven).
Als de hartkleppen niet goed functioneren, moet het hart extra hard werken om voldoende bloed rond te pompen. De niet goed functionerende hartklep kan vernauwd zijn of niet goed meer sluiten. Wanneer het hart te langzaam of te snel klopt (ritmestoornis), werkt het hart minder goed, waardoor hartfalen kan ontstaan.
Hartfalen ontwikkelt zich meestal langzaam na letsel aan het hart. Voorbeelden van letsel zijn onder andere een hartaanval, te veel spanning op het hart door een jarenlange, onbehandelde hoge bloeddruk of een zieke hartklep.
Als een hartspier te weinig zuurstof krijgt, kunt u pijn op de borst krijgen of hartkramp.
Systolisch falen: De linkerkamer heeft niet de kracht om genoeg bloed de circulatie in te duwen. Diastolisch falen: De linkerkamer kan niet normaal ontspannen omdat de spier stijver is geworden en het vullen verstoord is geraakt.
Andere klachten kunnen zijn: koude handen en voeten. ritmestoornissen. opgeblazen gevoel en een moeilijke stoelgang.
Hartfalen kan voorkomen in één harthelft of in beide harthelften: Indien de linker harthelft onvoldoende pompt, raken de bloedvaten van de longen overvol waardoor stuwing en vochtophoping ontstaan en kortademigheid en kriebelhoest kunnen optreden.
Palliatieve terminale zorg
Deze fase begint als de arts inschat dat je nog ongeveer 3 maanden te leven heeft. De laatste fase kan in werkelijkheid ook (veel) korter of langer duren.
Palliatieve zorg is niet hetzelfde als terminale zorg. Palliatieve zorg richt zich op het leven, niet op het sterven.Terminale zorg is het laatste stukje palliatieve zorg, niet lang voor het overlijden. Palliatieve zorg kan in principe maanden of zelfs jaren gegeven worden, terminale zorg niet.
Alleen in uitzonderlijke gevallen wordt het hart van iemand met hartfalen weer even krachtig als vanouds. De meeste mensen met hartfalen blijven de rest van hun leven onder medische behandeling.