Een valse spits is een speler die op papier als (diepe) spits staat opgesteld, maar in de praktijk niet veel die positie bezet. In tegenstelling tot een pure spits zal de valse spits veel zwerven, op zoek naar de bal. Door veel in de bal te komen, komt deze speler bijna als diepe middenvelder te spelen.
Bij het uitzakken van de valse negen worden de vleugelspitsen de meest vooruitgeschoven aanvallers binnen het systeem. Zij profiteren dan ook het meest van de ruimte die gecreëerd wordt door het uitzakken van de valse negen. De rol van de valse negen kan vergeleken worden met die van de schaduwspits.
De naam 'False Nine' is een beetje een verkeerde benaming, aangezien de speler op deze positie niet echt een traditionele spits is (het nummer 9). In plaats daarvan opereren ze als een meer teruggetrokken aanvaller, die vaak diep in het middenveld zakt.
Aan de kapstokspits wordt het spel als het ware opgehangen. Dit is vergelijkbaar met een normale kapstok, vandaar deze naam. De spits ontvangt een bal van achteruit en houdt deze vast tot dat zijn medespelers bijsluiten. Op die manier is de kapstokspits als het ware ook een verbindingsspeler.
Geen positie in het voetbal kent zoveel druk. De gevolgen van een fout van de keeper zijn groot en natuurlijk meteen zichtbaar. In veel gevallen levert een keepersfout een tegengoal op, en een keeper kan zich niet verschuilen achter een teamgenoot. Keepers bezetten de moeilijkste positie in het voetbal.
Nummer acht is niet zo iconisch of flitsend als zeven, negen of tien, maar het heeft toch een bepaalde waarde. Het shirt wordt meestal gedragen door scorende middenvelders die een balans vinden tussen het vermogen om regelmatig het net te vinden en tegelijkertijd kansen biedt aan hun teamgenoten.
Als spits heb je een combinatie van tempo, versnelling, kracht en behendigheid nodig om succesvol te zijn. Snelheid stelt je in staat om verdedigers te ontlopen en ruimte voor jezelf te creëren, maar kracht en behendigheid helpen je om fysieke gevechten te winnen en je evenwicht te bewaren.
Een valse spits is een speler die op papier als (diepe) spits staat opgesteld, maar in de praktijk niet veel die positie bezet. In tegenstelling tot een pure spits zal de valse spits veel zwerven, op zoek naar de bal. Door veel in de bal te komen, komt deze speler bijna als diepe middenvelder te spelen.
Onder Guardiola en latere managers speelde hij meestal in de rol van 'valse negen'; hij werd gepositioneerd als spits of enige spits , hij zwierf rond in het centrum, bewoog vaak diep het middenveld in en trok verdedigers met zich mee, om zo ruimte te creëren en te benutten voor passes, aanvallende loopacties van andere teamgenoten zonder de bal, ...
Een valse 10 is doorgaans ook een snelle, aanvallende, technische en creatieve speler, die ogenschijnlijk een diepere rol speelt dan een valse 9. Hij begint echter meestal op de positie van aanvallende middenvelder achter de spits, of af en toe als vleugelspeler, aangezien deze rol vaak wordt geïnterpreteerd door spelers die van nature in deze posities spelen.
Opgemerkt moet worden dat Griezmann ook in vergelijkbare rollen opereert, bijvoorbeeld als tweede spits en aanvallende middenvelder, afhankelijk van de tactische opstelling van het team waarvoor hij speelt. De stijl waarin hij het spel speelt, lijkt echter op die van een valse negen.
Een spits speelt ook een belangrijke rol in de opbouw. Tijdens het opbouwen is het maken van contact belangrijk. Contact met de medespelers, maar ook met de tegenstander. Tijdens het opbouwen, probeert een spits tussen of net achter de beide centrale verdedigers op te stellen en zich eigenlijk wat te verstoppen.
Nee, ze hebben gelijk, maar ze hebben ook ongelijk. Een striker is een gestolen auto, maar dan wel een auto met een hoge waarde, zoals de Lambo Ferrari, McLaren, Mercedes AMG, etc. Om als striker te worden beschouwd , is het voertuig gestolen en is het chassisnummer opnieuw geregistreerd als een nieuw voertuig. Het is dan moeilijker om te bewijzen dat het gestolen is .
Zij liepen in de spitsen van de lansen die de vijand hun toestak en maakten het gevecht voor degenen die hen volgden gemakkelijker.” De voorste linie beet dus bijna letterlijk het spits (van de lansen van de tegenstander) af.
Een middenvelder is een speler tussen de verdediging en de aanval in. Daarmee is hij als het ware de verbinding tussen deze twee linies. Dat betekent ook dat deze spelers zowel in het verdedigen als in het aanvallen bedreven moeten zijn. Denk daarbij bijvoorbeeld aan Frenkie de Jong.
De nummer 10 krijgt vaak een vrije rol van de trainer, zodat hij vrijuit kan spelen. Spelers met nummer 10 lezen het spel vaak uitstekend en kunnen een wedstrijd beslissen met een goal of steekpass.
Bij voetbal hebben de middenvelders een belangrijke, centrale positie op het veld. Een middenvelder moet afhankelijk van zijn positie meer verdedigen of aanvallen. Om deze taken goed te kunnen uitvoeren, heeft de middenvelder inzicht en overzicht nodig en moet hij of zij een groot loopvermogen hebben.
Het is belangrijk dat je in een luchtduel hoog genoeg kunt springen en fysiek sterk genoeg bent om je lichaam in de lucht te gebruiken. Daarnaast moet je een kopbal richting kunnen geven. Dit kun je verbeteren door met name op voorzetten, loopacties en explosiviteit te trainen.
Een goede spits zijn in het voetbal is synoniem met succes. Elke jongen of meisje droomt ervan om veel doelpunten te scoren en de belangrijkste speler van het team te zijn. Maar dit vereist veel training . Je moet weten hoe je moet bewegen en welke vereisten nodig zijn om een geweldige scorer te zijn.
Een goed nummer 9 bezit een combinatie van afrondingsvermogen, fysieke aanwezigheid, technische vaardigheden, voetbal-IQ en werktempo . Ze moeten klinisch zijn voor het doel, verdedigers kunnen afhouden en de visie hebben om kansen te creëren voor zichzelf en hun teamgenoten.
Vaak zijn de beste voetballers ook de aanvoerders en de beste voetballers willen (of eisen) vaak rugnummer 10, waardoor automatisch veel aanvoerders ook daadwerkelijk het gewilde rugnummer dragen.
Zowel nationaal en internationaal is 1:4:3:3 al lange tijd de meest gangbare formatie. Dat wil zeggen: een keeper, twee centrale verdedigers, twee backs, drie middenvelders, twee buitenspelers en een centrumspits. Tegelijkertijd kan dit uiteraard op veel verschillende manieren worden ingevuld.
Rugnummers in het voetbal zijn vaak gekoppeld aan de positie waarop een speler speelt. Een spits speelt bijvoorbeeld met nummer 9 en een linksbuiten met nummer 11.