Het klemtoonteken is het accent aigu (´). Een klemtoonteken geeft aan dat een woord met een sterke nadruk moet worden uitgesproken.
' Het nadrukteken is altijd een streepje van linksonder naar rechtsboven. Om een woord of lettergreep te benadrukken, gebruik je het nadrukteken of klemtoonteken ( ´ ). Dat teken ziet er net zo uit als het accent aigu, het accent dat bijvoorbeeld op café staat.
Klemtoon (of: accent) is de nadruk waarmee een woord of woorddeel wordt uitgesproken. Bij meerlettergrepige woorden ligt de hoofdklemtoon bij het gewone spreken in de meeste gevallen op een bepaalde lettergreep (bijvoorbeeld beklemtoonde lettergreep).
De É (onderkast é) is een in het Latijnse alfabet voorkomende letter. De letter wordt gevormd door het karakter E met een daarboven geplaatste accent aigu.
De correcte spelling is én. Voor het klemtoonteken gebruiken we het accent aigu (én).
Hoe heten de twee puntjes op een klinker, zoals in föhn en financiën? De puntjes op de o van föhn zijn een umlaut. De puntjes op de e van financiën zijn een trema. Een trema geeft het begin van een nieuwe lettergreep aan, bijvoorbeeld in financiën, coördinatie en reünie.
De Ë wordt in de meeste talen, waaronder het Nederlands, Afrikaans, Catalaans, en Frans, niet gebruikt voor een specifieke klankweergave, maar om aan te geven dat E niet met een voorgaande klinker een diftong vormt, maar met een hiaat alléén uit te spreken is.
De ç verandert de uitspraak van de letter 'c'. Je ziet de ç alleen staan voor de letters a,o of u. Bijvoorbeeld: leçon (les). De ç wordt dan uitgesproken als een s.
De Ï wordt in de meeste talen, waaronder het Nederlands, Afrikaans, Catalaans, en Frans, niet gebruikt voor een specifieke klankweergave, maar om aan te geven dat I niet met een voorgaande klinker een diftong vormt, maar met een hiaat alléén uit te spreken is.
Þ (hoofdletter Þ, kleine letter þ), thorn of þorn, is een letter in het Oudengelse en het IJslandse alfabet. Hij werd in de middeleeuwen ook gebruikt in Scandinavië, maar werd daar later vervangen door th. De letter heeft zijn oorsprong in een rune genaamd thorn in het Oudengels en thurs (reus) in Scandinavië.
De hoofdklemtoon ligt in Nederlandse woorden achteraan: in de meeste gevallen op de voorlaatste, in alle andere gevallen op de laatste of de voorvoorlaatste syllabe. Bijklemtoon is het duidelijkst op de eerste syllabe.
Juist bij een naam is het belangrijk dat de luisteraar goed hoort over wie u het hebt. Door die naam met een klemtoon te beginnen, kunt u bereiken dat de luisteraar even extra goed oplet. Misschien is deze aandachttrekkerij belangrijk genoeg geweest om alle conservatisme te overwinnen.
deel van het woord waar een klemtoon* op ligt. Bijvoorbeeld: in het woord voorstellen zijn voor en stel beklemtoond, waarbij voor de hoofdklemtoon draagt en stel een nevenklemtoon; len is onbeklemtoond.
Wees zéér spaarzaam met het gebruik van hoofdletters om een woord extra nadruk te geven. Maak het woord waar u nadruk op wilt leggen niet vet, onderstreep het niet en geef het geen andere kleur. Met behulp van extra streepjes kunt u een woord meer nadruk geven: on-ge-loof-lijk.
Streepje naar rechts (accent aigu)
Alt+E en daarna a maakt á. Alt+E en daarna e maakt é etc.
Koppelteken = Een koppelteken is een leesteken dat onderdelen van samenstellingen of samenkoppelingen met elkaar verbindt. Het heeft de vorm van het kortste liggende streepje en komt daarmee uiterlijk overeen met het afbreekstreepje en het...
Het accent circonflexe, of kortweg de of het circonflexe of circumflex (Latijn: circumflexus, rond, gebogen), is een dakvormig diakritisch teken op een klinker of een medeklinker.
Het teken wordt in het Nederlands op de letter e geplaatst als deze lang uitgesproken moet worden of op een of meer klinkers als de klemtoon op de betrokken lettergreep valt. Enkele voorbeelden zijn: café, René, hé!, vóórkomen. Wanneer het streepje andersom staat (zoals bij crème) praten we over het accent grave.
De 'ğ' spreek je niet uit. Het heeft zelf geen klank, maar het is van invloed op hoe de klinkers worden uitgesproken. Het verlengt namelijk de klank van de klinker die aan deze letter vooraf gaat. Een goed voorbeeld is het woord 'oğlu'.
Een cedille (in ç en ş, via Frans cédille uit Spaans cedilla, verkleinwoord van ceta, de letter 'z') is een diakritisch teken dat onder andere in de spelling van het Albanees, het Catalaans, het Frans, het Portugees en het Turks wordt gebruikt. De cedille is een haakje dat onder een medeklinker wordt geplaatst.
Het Franse woord voor vrouw is femme en het woord voor jongen is garçon. In het Frans is femme natuurlijk vrouwelijk, dus gebruik je hier vrouwelijke lidwoorden. Voor het Franse woord garçon gebruik je alleen mannelijke lidwoorden.
Volgens een artikel van Marc van Oostendorp uit 1997 is het de plaats in de mond waar de klanken gevormd worden. Alle g's worden gemaakt door de achterkant van de tong iets omhoog te brengen en zo de mondholte iets te vernauwen. De luchtstroom begint door die vernauwing te bewegen en te ruisen.
Hét is de juiste manier om het woord het in schrijftaal een klemtoon te geven. Hèt is een veel voorkomende, maar formeel foute, manier om hetzelfde te doen.
Met de zogenaamde dode toetsen op het pc toetsenbord kunt u zo'n accent of trema direct toevoegen aan een letter. Dode toetsen zijn de toetsen met de tekens ~, " of ^. Voor de dode toets-methode moet wel de indeling van uw toetsenbord goed zijn ingesteld.