2 Patroon van gezondheidsbeleving en -instandhouding Bij dit gezondheidspatroon is het van belang om gegevens te verzamelen over de manier waarop de zorgvrager zijn gezondheid ervaart en de wijze waarop hij voor zijn gezondheid zorgt, zowel op lichamelijk als op geestelijk gebied.
1. Patroon van gezondheidsbeleving en -instandhouding Wat de patiënt van zijn gezondheid en welzijn vindt en hoe hij voor zijn gezondheid zorgt. De wijze waarop de patiënt zijn gezondheid beleeft in relatie met zijn huidige en toekomstige activiteiten.
het? ontspanning.– Eten ... – Wassen ... – Mobiliteit in bed ... – Kleden ... – Verzorging uiterlijk ... – Algemene mobiliteit ... – Koken ... – Huishouden ... – Boodschappen doen ...
Het gaat om de ideeën van de eigen persoon. De beleving van de eigen vaardigheden, het zelfbeeld, de eigen identiteit, het gevoel van eigenwaarde en het algemene patroon van emoties. Ook de lichaamshouding, motoriek, het oogcontact, stem en spraakgebruik maken deel uit van dit patroon.
Het zelfbelevingspatroon betreft de wijze waarop iemand zichzelf ziet. Het gaat om de ideeën over de eigen persoon, de beleving van de eigen vaardigheden, zowel verstandelijk, gevoelsmatig als lichamelijk. Verder omvat het zelfbeeld het gevoel voor eigenwaarde en het algemeen patroon van emoties.
Het patroon van gezondheidsbeleving en -instandhouding kan aan verschillende gezondheidspatronen gekoppeld worden, zoals het activiteitenpatroon, het voedings- en stofwisselingspatroon en het stressverwerkingspatroon.
PES is de methode die in de opleiding tot verpleegkundige al wordt gebruikt om de problemen, ethiologie (oorzaken) en symptomen te beschrijven. De plus staat voor de HRIU en PRIU: alle mens-gerelateerde en omgevingsfactoren die van invloed kunnen zijn op het gebruik van een medisch hulpmiddel.
Gordon onderschrijft de principes van de verpleegkundige diagnostiek maar is in Nederland vooral bekend als assessmentinstrument. Ordening van NANDA diagnoses binnen de gezondheidspatronen is een toepassing voor de verpleegkundige praktijk.
Er wordt onderscheid gemaakt tussen drie verschillende soorten anamnese. Dit zijn algemene anamnese, speciale anamnese en tractus anamnese. Hieronder lees je meer over wat deze vormen van anamnese inhouden.
De gezondheidspatronen van Gordon zijn gebaseerd op 11 gezondheidspatronen. anamnese middels Gorden, casus hartfaal patient.
Tijdens een anamnesegesprek stelt de arts je allerlei vragen die belangrijk kunnen zijn bij het stellen van een diagnose of het kiezen van een behandeling. Als je bijvoorbeeld last hebt van rugpijn is het voor de arts relevant om te weten of je de afgelopen tijd zware arbeid hebt verricht.
Door het gebruik van de Gordon functionele gezondheidspatronen kunnen verpleegkundigen een holistisch beeld krijgen van de gezondheidstoestand van de patiënt en relevante informatie verzamelen over verschillende aspecten van zijn of haar functioneren.
Nanda-I: classificatie voor verpleegkundige diagnose ter ondersteuning van het klinisch redeneren. NIC (Nursing Intervention Classification): classificatie voor verpleegkundige interventies en activiteiten. NOC (Nursing Outcome Classification): classificatie voor verpleegkundige zorgresultaten/uitkomsten van zorg.
Het doel van de anamnese is om gegevens te verzamelen die je nodig hebt voor besluiten die je in de vervolgstappen van het verpleegkundig proces samen met de cliënt (en diens naasten) neemt.
Fase 1: Gegevens verzamelen bij de (Verpleegkundige anamnese) Fase 2: Verpleegkundige diagnose(n) of verpleegproblemen vaststellen. Fase 3: Vaststellen gewenste resultaten. Fase 4: Verpleegkundige interventies plannen in een verpleegplan.
Stap 1 Oriëntatie op de situatie/klinisch beeld: benoemen en beargumenteren. Stap 2 Klinische probleemstellingen: beredeneren kernproblemen op: somatisch, psychosociaal en ADL-gebied. Stap 3 Aanvullend klinisch onderzoek: meedenken met de arts. Stap 4 Klinisch beleid: beredeneren aanpak voor kernproblemen.
NANDA wordt gebruikt voor het verzamelen van gegevens en het stellen van een diagnose. Alle mogelijke verpleegkundige diagnoses zijn hierin opgenomen. Door het gebruik van dit systeem is zeker dat elke verpleegkundige hetzelfde bedoelt met een bepaalde diagnose.
Nic staat voor normatieve inventariscomponent. De nic is een onderdeel van het integrale (algehele) tarief dat dient als normatieve vergoeding voor investeringen in medische en overige inventaris en in computerapparatuur en -programmatuur.
Nanda, NIC en NOC ondersteunt verpleegkundigen bij het stellen van de verpleegkundige diagnose, het kiezen van juiste zorgdoelstelling en het inzetten van de meest geschikte verpleegkundige interventie. Het effect van interventies wordt inzichtelijk, zorgresultaten meetbaar en transparant.
Werken met de PES betekent dat er alleen handelend wordt opgetreden als er een kloppende definitie (P, van probleem) is, objectiveerbaar door kenmerken, of signalen (S), en veroorzaakt door een herkenbare factor (E, van etiologie). De mate waarin de E is te beïnvloeden bepaalt vervolgens de benodigde interventies.
Pre-employment screening is het verifiëren van relevante gegevens van een potentiële medewerker die betrekking hebben tot de uitoefening van de functie van de kandidaat. Zo heb je zekerheid over de gegevens die de kandidaat heeft aangeleverd en kan je beter geïnformeerde wervingsbeslissing maken gebaseerd op feiten.