Voor 65-plussers ligt een gezonde BMI tussen 23-28 kg/m². Bij ouderen spreken we van een ondergewicht en een toegenomen sterfterisico bij een BMI < 23 kg/m² met onvrijwillig gewichtsverlies. Overgewicht (BMI 28-33) bij 65-plussers gaat niet gepaard met een toegenomen risico, wel bij een BMI > 33 kg/m² (obesitas).
Een voorbeeld ter berekening. Die is van een vrouw van 175 cm. Neem je 175 – 100 dan hou je 75 kilo als bovengrens aan en ongeveer 18% van 75 is 13,5 kilo eraf als benedengrens. Zo mag deze vrouw dan tussen 61,5 en 75 kilo wegen.
BMI berekenen
Deel je lichaamsgewicht door het kwadraat van je lichaamslengte (lengte keer lengte). Bijvoorbeeld: voor iemand van 1,70 meter en 65 kilo geldt: 65 / (1,7 x 1,7) = 22,5.
Hier zie je een voorbeeld met het ideale gewicht van een persoon die 28 jaar oud is en 1m72 lang, afhankelijk van de lichaamsbouw. Lichaamstype “normaal”: [(172 – 100) + (28 / 10)] x 0,9 = 67,32. Het ideale gewicht is ongeveer 67 kilo.
Voor 65-plussers ligt een gezonde BMI tussen 23-28 kg/m². Bij ouderen spreken we van een ondergewicht en een toegenomen sterfterisico bij een BMI < 23 kg/m² met onvrijwillig gewichtsverlies. Overgewicht (BMI 28-33) bij 65-plussers gaat niet gepaard met een toegenomen risico, wel bij een BMI > 33 kg/m² (obesitas).
De reden dat afvallen moeilijker is als je ouder wordt
Vanaf je 30e verlies je geleidelijk steeds meer spiermassa. En jammer maar helaas: dit zet zich vervolgens om in vet. Hierdoor wordt je stofwisseling afgeremd en heb je steeds minder calorieën nodig. Verder speelt je hormoonhuishouding ook een rol.
Een gewicht schommelt van nature een beetje. De meeste mensen hebben een marge van ongeveer 1 tot 2 kilo. Die wisselingen komen voornamelijk door wisselingen in de hoeveelheid vocht in je lichaam. Als je een dag wat meer zout eet dan normaal, kun je meer vocht vasthouden en daardoor de volgende dag zwaarder zijn.
Een koolhydraatarm dieet is zeer effectief om snel af te vallen [2,3]. Uit onderzoek blijkt dat je 2 tot 3 keer sneller afvalt door minder koolhydraten te eten in plaats van minder vetten [4]. Daarnaast is koolhydraatarm eten effectief tegen ongewenst buikvet en een vette lever [5,6].
Vrouwen met een BMI tussen de 18,7 - 23,8 hebben een normaal gewicht. Mannen hebben een gezond BMI wanneer deze tussen de 20 en 25 valt (zie de BMI tabel).
Ondergewicht kan ernstige gevolgen hebben. Als je ondergewicht hebt, merk je dat je lichaam moeite krijgt om goed te functioneren. Je conditie gaat achteruit (lichamelijk, maar ook geestelijk) en je voelt je moe, lusteloos en mogelijk zelfs depressief. Daarnaast kun je last hebben van duizeligheid.
Afvallen op je buik werkt het beste als je een gezonde voedingspatroon aanhoudt, regelmatig gaat sporten en in je dagelijks leven veel beweegt. Eiwitrijke en vezelrijke voedingsmiddelen zorgen voor een verzadigd gevoel. Duursport, HIIT en krachtsport zijn heel effectief als je wilt afvallen op je buik.
Wie snel buikvet wil verbranden, combineert stressmanagement en een aangepast dieet best ook met voldoende beweging. Door extra te bewegen, verbruik je immers meer calorieën, waardoor je lichaam sneller vet zal verbranden.
Je stofwisseling verandert naarmate je ouder wordt. Je lichaam kan minder makkelijk al je voeding verteren. Je buik wordt dikker omdat je veel koolhydraten en bewerkte voedingsmiddelen eet. Je lichaam kan deze niet goed verwerken waardoor het zich gaat opslaan rond de buik.
De BMI wordt als volgt berekend: het aantal kilo´s gedeeld door het kwadraat van de lichaamslengte in meters. Iemand van 65 kilo met een lichaamslengte van 1,70 meter heeft een Quetelet Index van 65 :(1,70 x 1,70)=22,5. Bij een normaal gewicht wordt een BMI tussen de 19 en 25 gevonden.
Klein en groot
De meeste mensen zijn niet heel veel langer of korter dan het gemiddelde. Van de mannen heeft 42 procent een lengte die minder dan 5 centimeter afwijkt van het gemiddelde van 1,81 meter. Van de vrouwen heeft bijna de helft een lengte die minder dan 5 centimeter afwijkt van het gemiddelde van 1,67 meter.
Naarmate we ouder worden, hebben we minder energie (= voedsel) nodig. Dat verhoogt het risico op gewichtsverlies of zelfs ondervoeding. Bovendien kunnen er zo tekorten ontstaan aan bepaalde vitaminen en mineralen.