Oorzaken lerarentekort Dit zijn belangrijke oorzaken: Er komen niet genoeg leraren bij. Veel oudere leraren gaan met pensioen. Er is krapte op de arbeidsmarkt.
Gevolgen lerarentekort steeds zichtbaarder
De gevolgen van het lerarentekort zijn op de middelbare scholen pijnlijk zichtbaar. Veel uitval van lessen, klassen die leeg blijven, een zorgwekkende grote studieachterstand. In sommige gevallen kunnen bepaalde vakken überhaupt niet meer aangeboden worden.
Na 1 jaar houdt ongeveer 8 procent het voor gezien, na 3 jaar zo'n 15 procent. Redenen om te stoppen liggen op het persoonlijke vlak of hebben te maken met gezondheid. Andere redenen zijn werkdruk en stress, minder goede relaties met collega's en leidinggevenden, en gebrek aan doorgroeimogelijkheden.
Doordat leerkrachten vaak sterk ontwikkelde communicatieve vaardigheden, organisatieskills en creativiteit bezitten, ontdekken we in de meeste gevallen een hele resem van jobs buiten het onderwijs die hen goed passen.
Leerlingen krijgen door het lerarentekort niet het onderwijs dat ze zouden moeten krijgen, vindt bijna 90 procent van de deelnemende leraren. Het kennisniveau bij de kernvakken taal, spelling, rekenen en begrijpend lezen gaat achteruit, zegt ruim 90 procent.
De laatste arbeidsmarktramingen (december 2021) gaan uit van een verwacht tekort van ongeveer 2.500 in 2030. Dit zal vooral te zien zijn bij de tekortvakken wiskunde, natuurkunde, Duits, Frans, scheikunde, klassieke talen, techniek en informatica.
“Enerzijds is er het vergrijzende lerarenkorps en anderzijds de bevolkingsgroei - waardoor er meer leerkrachten nodig zijn. Een andere oorzaak vinden we in de huidige algemene krapte op de arbeidsmarkt. Daarnaast zien we dat de lerarenopleiding aan populariteit heeft ingeboet.
De belangrijkste redenen voor beginnende leraren – in zowel primair als voortgezet onderwijs – om te stoppen, liggen op het persoonlijke vlak of hebben te maken met het beroep en de school. Persoonlijke problemen en ziekte kunnen aanleiding zijn om uit het onderwijs te stappen.
Stresserende elementen zoals een moeilijke relatie met ouders kunnen een grote invloed hebben op het welbevinden van een – zelfs ervaren – leraar. Als die op zulke moeilijke momenten denkt dat hij zijn job kan kwijtraken, wordt het lerarentekort alleen maar groter.
Een leraar in het primair onderwijs (po) verdient tussen € 3.800 en € 7.900 per maand. Dat is inclusief onder andere vakantiegeld en een eindejaarsuitkering. Dit volgt uit de cao primair onderwijs (cao po).
In Luxemburg kan je in het onderwijs veruit het meest verdienen. Daar heeft een leerkracht in het hoger secundair namelijk een maximum jaarsalaris van maar liefst 94.262 euro. Ook als starter in het basisonderwijs heb je er het hoogste loon: 47.926 euro.
Een beginnend docent verdient gemiddeld tussen de €3.500 en €3.900 bruto per maand. Dit komt neer op een uurtarief van ongeveer €25 tot €28. Een universitair hoofddocent verdient gemiddeld €5.200 tot €6.600 bruto per maand, wat neerkomt op een uurtarief van ongeveer €38 tot €48.
De aanpak van het lerarentekort vraagt inzet van alle betrokkenen. Daarom werken schoolbesturen, scholen, lerarenopleidingen, gemeenten en het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap samen.
Groei je op in armoede of spreken je ouders geen Nederlands, dan heeft dit vaak invloed op je schoolresultaten. Ook onderadvisering creëert ongelijke kansen. Leraren blijken de capaciteiten van kinderen uit kansarme milieus vaker te onderschatten dan van kinderen met rijke, universitair geschoolde ouders.
Zeker!Je kunt leraar worden zonder dat je hier een diploma voor hebt. Je kunt namelijk voor een bepaalde duur gastlessen geven of specifiek vakinhoudelijke lessen verzorgen. Daarbij is lesgeven met een aanstelling wanneer je de correcte vooropleiding hebt en als ervaren zij-instromer ook mogelijk.
Krijgt een leerkracht op beide evaluatiemomenten een onvoldoende, dan kan hij een jaar na het eerste functioneringsgesprek ontslagen worden. De minimale termijn voor ontslag van een slecht presterende leerkracht zakt hierdoor van drie à vier jaar naar één jaar.
Netto verdient een startende leerkracht in het kleuter, lager en secundair onderwijs 1.663,67 euro. Na 10 jaar is dat gestegen tot 1.950,07 euro. Wie 20 jaar op de teller heeft, krijgt een nettoloon van 2.241,48 euro. Anders is het voor leerkrachten met een masterdiploma in het secundair onderwijs.
In 2025 wordt in het voortgezet onderwijs een extra tekort aan leraren verwacht van ruim 1.260 fte. Met name de tekortvakken wiskunde, natuurkunde, scheikunde, klassieke talen, Duits, Frans en Nederlands lijden onder het tekort.
De Randstad krijgt de grootste tekorten. Daar stijgt het aantal leerlingen nog, terwijl in andere regio's het aantal leerlingen naar verwachting afneemt. De tekorten zijn het grootst bij wis-, natuur- en scheikunde, informatica, klassieke talen, Frans, Duits en Nederlands.
Vandaag vallen volgens de officiële lijst van de VDAB de volgende vakken onder knelpuntvakken: Nederlands, Nederlands voor nieuwkomers, Frans, Engels, Duits, Latijn, wiskunde, elektriciteit, mechanica, bouw, hout, aardrijkskunde, biologie, chemie, economie, fysica, informatica, natuurwetenschappen, Project Algemene ...
Scholen in Nieuw-West en Noord kampen met de grootste tekorten. Daar komen scholen meer dan 12 procent aan leerkrachten in het voortgezet onderwijs tekort, terwijl er in Centrum geen tekorten zijn. Ook binnen onderwijsniveaus zijn tekorten ongelijk verdeeld. Het grootste tekort zit bij de vmbo-bk klassen.
Peter Tabichi (36), een leraar wetenschappen op het platteland in Kenia, heeft de Global Teacher Prize 2019 gewonnen. Dat komt neer op de titel van beste leerkracht ter wereld.
Tekort leraren 2022: 9.700 fulltime banen
Uit de laatste meting van oktober 2022 (gepubliceerd december 2022) blijkt dat het landelijk tekort voor leraren 9,5 procent van de werkgelegenheid van leraren bedraagt, oftewel 9.700 fulltime banen.