Lavandula angustifolia 'Munstead' of Lavendel Lavandula angustifolia 'Munstead' is de sterkste variant van de lavendels. Het is een aanrader met zijn sterke geur en mooie blauwe bloemen.
Van alle lavendelsoorten past echte lavendel (Lavandula angustifolia), ook wel gewone lavendel, het best bij ons klimaat. Deze soort is goed winterhard en verdraagt nattigheid het best. Echte lavendel bloeit rijk en groeit – met een beetje inspanning – uit tot mooie, volle, paarse bossen tot 50 centimeter hoogte.
De verschillende lavendel soorten
Lavendel Stoechas Anouk of Franse lavendel en kuiflavendel is een heerlijk geurende lavendel die straalt in zijn originele paarse kleur. Van de beide soorten bloeit de lavendel Angustifolia het langst.
Lavendelwit. Lavendel staat al lang niet meer alleen voor lavendelblauw: je hebt donkerpaarse, witte en roze lavendel. In een witte border staat de indrukwekkende Lavandula angustifolia 'Alba' erg mooi, heb je maar een klein tuintje kies dan de dwergvorm 'Nana alba', met sneeuwwitte bloemen.
De maanden maart tot juni zijn wat dat betreft zeer geschikt. De grond begint dan 'lentegewijs' op te warmen waardoor de planten snel zullen inwortelen en aan het groeien gaan. Wil u echter in de zomermaanden lavendel aanplanten dan is dit uiteraard ook geen enkel probleem.
Een lavendelplant is een sterke plant die wel 15 tot 30 jaar oud kan worden. Ook in barre omstandigheden zoals bij droogte, kalkachtige of stenige grond en in de felle zon.
De plantafstand van lavendel hangt af van de grootte van de soort lavendel. Een dwergsoort zoals de 'Hidcote' plant je best 35 cm van elkaar.Grotere soorten zoals 'Munstead' plant je wat verder van elkaar, op een afstand van 40-45 cm. Plant je lavendel in pot, zorg dan voor goede afwatering.
Stap 2: wel kalk, geen mest en water
Mesten moet u juist niet doen. Dan legt uw lavendel namelijk het loodje. Ook water geven is niet nodig en verstandig, tenzij het lange tijd tropisch warm is. Natuurlijk moet lavendel in potten wel af en toe een gietertje krijgen.
Lavandula Angustifolia Hidcote:
Dit is veruit de meest verkochte lavendel soort, de Lavandula Angustifolia Hidcote is populair vanwege zijn rijkelijke, donkerpaarse bloemenpracht en zijn compacte groei.
Wat zon betreft is de volle zon de meest ideale standplaats voor jouw Lavendel. Maar halfschaduw of een schaduw standplaats is ook geen enkel probleem. Wel moet je rekening houden met het feit dat jouw Lavendel minder uitbloeit zoals die dat wel doet in de volle zon. Ook zal de Lavendel minder bloemen bevatten.
Soorten wintergroene lavendel
Twee populaire soorten zijn de Lavandel Angustifolia, ook wel bekend als Engelse lavendel, en de Lavandula stoechas, ook wel bekend als Franse lavendel. Beide soorten zijn wintergroen en hebben de kenmerkende lavendelgeur en prachtige paarse bloemen.
Goed om te weten, zet de plant nooit te diep. De kluit van de plant zegt eigenlijk al precies hoe diep je haar kunt planten. Houd daarom deze diepte aan en graaf een gat dat twee keer zo breed is als de kluit van de plant.
Lavendel
Wanneer je deze geurstof inademt, heeft dit effect op je centrale zenuwstelsel en krijgen de hersenen kalmerende signalen binnen. Mensen houden dus ontzettend van lavendel. Vliegen, muggen, wespen, mieren, motten en slakken blijven liever weg van de plant.
Snoei en voed je planten twee keer per jaar en je lavendel ziet er veel mooier uit. Door het snoeien krijg je een compacte en volle plant. Doe je dit niet: dan krijg je met de tijd lavendel waarbij de kale takken van binnen en aan de onderkant goed zichtbaar zijn. Minder mooi en niet nodig.
Lavendel is een mediterrane heester die zonder snoei gemakkelijk 'verhout' aan de onderkant. Dat betekent dat de takken uitdrogen na de bloei en er geen nieuw groen meer aan kan groeien. De plant gaat op deze takken dus niet meer uitlopen, hij valt een beetje uiteen en wordt in zijn basis minder mooi.
Verzorgingssnoei voor een tweede bloei
Met een correcte snoeibeurt in de zomer kan je je lavendel niet alleen energie besparen, maar kan je ook een tweede bloei stimuleren.
Wij adviseren om de lavendel tweemaal per jaar te snoeien. De eerste keer na de bloei, waarbij je alleen de uitgebloeide bloemtakken wegsnoeit. De tweede keer na de winter (begin maart), waarbij de 1-jarige scheuten van vorig jaar tot bijna op het oude hout teruggesnoeid mogen worden.
Niet gesnoeide lavendel zal snel verwilderen en de groei zal zich verplaatsen van de binnenzijde van de plant naar de buitenzijde. De plant groeit dan enkel nog aan de toppen terwijl de rest van de twijgen sterk gaat verhouten en kaal wordt.
Lavendel mag je (bijna) nooit water geven. Zelfs in droge periodes in de zomer vindt de plant zelf nog zijn water. Enkel bij nieuwe aanplantingen moet je water geven in droge lentes en zomers. Lavendel zal zelden afsterven vanwege te weinig water, echter wel bij teveel water.
Gewone tuingrond is doorgaans prima. Bemeste tuinaarde is meuk en dat moet je zeker niet gebruiken. Ook geen gewone potgrond. Dit houdt water vast en kan er toe leiden dat de lavendel in natte periodes last krijgt van de wortels.
Tip: gooi de uitgebloeide bloemen van de lavendel niet weg.Deze kan je laten drogen en bijvoorbeeld in een linnen zakje in je kleerkast leggen voor een heerlijke geur. Lees meer over hoe bloemen drogen.
Het voorkomen dat lavendel verhout is vrij simpel. Zorg dat je zowel in het voorjaar als het najaar de lavendel snoeit. Doe je dit niet dan zullen er van het hart van de plant geen jonge scheuten groeien waardoor deze van onder gaat verhouten en uit elkaar zal vallen.
De hoofdsnoei valt eind maart/begin april nog voordat lavendel gaat groeien. Knip terug tot boven jonge scheutjes. Snoei de plant niet helemaal kaal, of te ver in het oude hout, u loopt dan het risico dat de takken niet meer uitlopen.
De lavendel heeft niet heel veel water nodig. Lavendel in pot kun je het beste, als het niet geregend heeft, 2x per week water geven. Wanneer de lavendel in de tuin staat geef je hem alleen water als het erg warm en droog is. Let wel op dat je bij aanplanten in het begin ruim water geeft.