Levensbeschouwelijk onderwijs geeft leerlingen de ruimte om op zoek te gaan naar jezelf, te twijfelen over bepaalde aspecten van het leven en om levenservaringen te delen. Identiteitsontwikkeling is een belangrijk functie van het onderwijs en levensbeschouwelijk onderwijs kan hierin en grote rol spelen.
Een levensbeschouwing is een visie op het leven: wat het leven betekent, wat de waarde ervan is en hoe het geleefd moet worden. Een levensbeschouwing gaat nauw samen met spiritualiteit, gedachten en gevoelens over wat de zin van het leven is.
Een levensbeschouwing kan voortvloeien uit religieuze oriëntaties, culturele tradities, maar kan ook een persoonlijke seculiere opvatting over het leven zijn. Het is een persoonlijke ervaring die niet per se een oorsprong heeft in religie. Een voorbeeld hiervan is het humanisme.
Er kan een onderscheid worden gemaakt tussen religieuze levensbeschouwingen en seculiere levensbeschouwingen.
Het vak levensbeschouwing op de basisschool gaat over je persoonlijke visie op het leven: over wat jij mooi en waardevol vindt, en waar jij boos of verdrietig van wordt. Kwintessens helpt scholen om dit vak vorm te geven.
Juist kennis over en van verschillende religies en levensbeschouwingen, over verschillende waarden, gebruiken en tradities, kunnen zorgen voor meer acceptatie, respect en dialoog met anderen. Dit is een van de redenen waarom levensbeschouwelijk onderwijs belangrijk is.
Officiële scholen
Die scholen moeten je kind tot zijn 18de de keuze aanbieden tussen de erkende godsdiensten: de katholieke, de orthodoxe, de protestantse, de anglicaanse, de joodse en de islamitische godsdienst.
Als moslim moet je leven volgens de Vijf Zuilen. De eerste is de Sjahada of geloofsbelijdenis. De tweede is de Salat of het gebed. De derde is de Zakat of liefdadigheid.
Het bepaalt dan ook hoe je in het leven staat. Iedereen heeft dus een levensbeschouwing. Een godsdienst is eveneens een levensbeschouwing. Maar dan één die concreet is ingevuld in het licht van de God(en) waarin men gelooft.
levensbeschouwing (zn) : filosofie, levensvisie, wereldbeschouwing.
Het jodendom is in veel opzichten bijzonder. Het is een van de eerste en oudste religies met één God en de enige godsdienst die ook een volk is.
Een kruisje, hoofddoek, baard, keppeltje, … Het zijn maar enkele van de symbolen waarmee mensen hun geloof tonen of een religieuze of levensbeschouwelijke verplichting nakomen. Dat botst soms met personen die zo'n symbolen net willen verbieden – bijvoorbeeld omwille van de neutraliteit.
Onderwerpen als levensbeschouwing, feesten en rituelen, bijgeloof, religieuze geneeswijzen, ethische kwesties als moderne voortplanting, euthanasie en discriminatie komen aan bod. Je krijgt later in je beroep zeker te maken met moreel gevoelige kwesties.
Religie: het verlangen naar het transcendente.Godsdienst: een bepaalde geloofstraditie die mensen verbindt in hun verhouding tot God. Geloof: antwoord op godsopenbaring.
Het hindoeïsme heeft niet één enkele stichter, dus het is moeilijk te zeggen wanneer het precies is ontstaan. Het wordt echter vaak gezien als de oudste religie ter wereld, omdat het hindoeïsme is gebaseerd op geschriften die bijna 4000 jaar oud zijn.
Rationeel. Een filosoof zal op de bestaat-Godvraag en andere levensvragen alleen antwoorden op rationele gronden accepteren. Bij levensbeschouwing worden echter ook minder rationele redeneringen geaccepteerd, je argumenten kunnen ook gebaseerd zijn op een gevoel of een (niet bewezen) overtuiging.
Jouw levensbeschouwing kan voortvloeien uit religieuze oriëntaties, culturele tradities maar kan ook een persoonlijke seculiere opvatting over het leven zijn. Als sociaal professional kan je te maken krijgen met cliënten bij wie religie en levensbeschouwing een belangrijke rol spelen.
In Rusland wonen, in absolute getallen, de meeste moslims. De grootste groei komt de komende jaren op rekening van West-Europa.
Zowel wereldwijd als in Nederland is de islam de snelstgroeiende religie. Steeds meer mensen bekeren zich tot dit geloof.
Een fijne manier om te leren: Lees alles goed door en je moet het niet zozeer leren als wel begrijpen. Na het meerdere keren goed en aandachtig doorgenomen te hebben, ga je deze stof aan iemand uitleggen in je eigen woorden. Dus niet in de termen die de lesstof gebruikt, nee in eigen bewoordingen.
Help leerlingen bij het verwoorden en verbeelden
Leer leerlingen om uitdrukking te geven aan levensbeschouwelijke identiteit en ervaringen. Leer de leerlingen daarnaast om woorden te geven aan dingen die moeilijk te verwoorden zijn zoals pijn, verdriet, hoop en inspiratie.
Waar het ene kind opgroeit in een weelde aan bezittingen, leidt een ander kind een bestaan met minder. Wat iemand nodig heeft om geluk in zijn bestaan te ervaren, hangt dus sterk af van iemand zijn levensbeschouwing.