Het kabinet en de aangesloten partijen hebben met elkaar afgesproken de pensioenleeftijd tot en met 2024 langzaam te laten stijgen: In 2020 en 2021 is de AOW-leeftijd 66 jaar + 4 maanden. In 2022 is de AOW-leeftijd 66 jaar + 7 maanden. In 2023 is de AOW-leeftijd 66 jaar + 10 maanden.
In veel pensioenregelingen kunt u al voordat u de standaard pensioengerechtigde leeftijd bereikt, stoppen met werken. Maar doordat uw pensioen eerder ingaat, wordt de uitkering een stuk lager. U moet namelijk langer rondkomen met uw pensioengeld. Ook heeft u minder jaren waarin u het pensioen opbouwt.
Ieder jaar dat je eerder stopt met werken, heb je een netto-jaarinkomen nodig. Stel jouw inkomen is nu €36.000,- bruto per jaar inclusief vakantiegeld. Netto hou je hier ongeveer €24.000,- aan over. Als je drie jaar eerder wilt stoppen met werken, dan heb je dus €72.000,- nodig.
Het CBS maakte vorige week bekend dat de gemiddelde pensioenleeftijd van werknemers in 2022 65 jaar en 8 maanden was. Dat is 3 maanden meer dan het gemiddelde waarmee werknemers in 2021 met pensioen gingen.
Eerder stoppen met werken kost tussen de 6 en 8 procent van je pensioen voor ieder jaar dat je eerder met pensioen gaat.
Als je eerder stopt met werken, bouw je geen ouderdomspensioen en ook geen partnerpensioen meer op. Het bedrag dat je partner als uitkering ontvangt nadat jij komt te overlijden, ligt daarom lager dan wanneer je blijft werken.
Ongeveer 1 op elke 5 werkende mensen haalt in zijn of haar huidige baan het pensioen niet.
Stel, u bouwt gedurende uw hele werkzame leven (zo'n 40 jaar) elk jaar 1,65% van uw pensioengrondslag aan pensioen op. Dan krijgt u als u met pensioen gaat een uitkering van 40 x 1,65% = 66% van uw gemiddelde pensioengrondslag. Het percentage van 1,65% kan echter variëren, dus deze 66% is geen gegeven.
U heeft recht op een algemene bijstandsuitkering als u voldoet aan de voorwaarden. En u niet genoeg inkomen of vermogen heeft om van te leven. En u ook niet in aanmerking komt voor een andere vorm van hulp of uitkering.
Kies je ervoor om te stoppen met werken, dan kan je pensioen vanaf je 62e vervroegd laten uitkeren. De eerste twee jaar van je pensionering (tussen je 60e en 62e) voorzie je dus volledig in je eigen levensonderhoud, bijvoorbeeld met spaargeld.
Na de AOW-leeftijd betaal je minder sociale premies en belastingen. Hierdoor hou je netto meer over van het bruto-inkomen. Eerder of later stoppen met werken kan ook gevolgen hebben voor bijvoorbeeld je netto hypotheeklasten of het recht op zorg- of huurtoeslag.
Je krijgt per maand een uitkering uitbetaald. Dit maandbedrag is gemaximeerd op 1.847 euro bruto per maand. Als je laatstverdiende salaris minder is dan 1847euro bruto per maand, krijg je dat bedrag.
De IOW (Inkomensvoorziening Oudere Werklozen) regelt dat minder kansrijke werkzoekenden vanaf 60 jaar na de WW niet in de bijstand terechtkomen, maar tot hun pensioen een IOW-uitkering krijgen. Die ligt net als de bijstand op 70% van het minimumloon, maar omdat er geen vermogens- en partnertoets is, is hij gunstiger.
Een richtlijn die vaak wordt gebruikt voor 'genoeg pensioen' is 70% van het laatstverdiende bruto-inkomen. Dit betekent dat je 70% van het (bruto) inkomen dat je ontvangt als je met pensioen gaat nodig hebt voor je pensioen. Het is heel makkelijk te checken hoe je er zelf voor staat.
Een minimumpensioen van meer dan 1.500 euro netto
Dankzij deze nieuwe verhoging van 2,6% stijgt het minimumpensioen tot 1.500 euro netto voor een alleenstaande met een volledige loopbaan van 45 jaar.
Rekening houdend met de AOW, aanvullend pensioen, inkomen uit vermogen en overig aanvullend inkomen komt het gemiddeld netto pensioen in 2021/2022 uit op €2200,- – €2500,- per maand. Voor alleenstaanden ligt dit bedrag iets lager; gemiddeld tussen de €1400,- en €1700,-.
Uw pensioeninkomen wordt lager. Stel dat u twee jaar eerder met pensioen gaat, dan bouwt u ook twee jaar minder pensioen op. Ieder jaar dat u eerder stopt met werken, kost u ongeveer 6 tot 8% van uw verwachte pensioen.
De Sociale Verzekeringsbank (SVB) keerde in het tweede kwartaal van 2023 AOW (Algemene Ouderdomswet) uit aan in totaal 3.558.871 gerechtigden. Dat zijn ruim 12 duizend meer gerechtigden dan in het tweede kwartaal van 2022.
Alle gewerkte perioden tellen altijd mee voor uw pensioen.
Voor uw pensioen mag u dus zo lang werken als u wilt én als uw werkgever het toestaat. Belangrijk: perioden waarin u opzeg-, verbrekings- en ontslagvergoedingen ontvangt, worden beschouwd als gewerkte perioden.
In 2022 was de levensverwachting. (Het gemiddeld aantal nog te verwachten levensjaren op een bepaalde leeftijd. ) bij geboorte 80,1 jaar voor mannen en 83,1 jaar voor vrouwen. De resterende levensverwachting op 65-jarige leeftijd was 19,0 jaar voor mannen en 21,2 voor vrouwen.
Op elk moment van je carrière kan je stoppen met werken. Maar vroeger stoppen dan op het wettelijk bepaalde moment, heeft gevolgen voor je pensioenuitkering. Bovendien krijg je die uitkering pas als je een bepaalde leeftijd hebt bereikt en een bepaald aantal jaren hebt gewerkt. Dat ligt vast in de pensioenstelsels.
Doorwerken na pensioen en belasting
Je moet gewoon inkomstenbelasting betalen over je inkomsten. Wel betaal je vanaf je AOW-gerechtigde leeftijd over de eerste belastingschijf een lager belastingtarief (2021: 19,20% tot € 35.942). Dit komt doordat je geen AOW-premie meer betaalt.
Tot €57.000 geen belasting
In 2022 was dit nog € 50.650. Voor partners geldt een dubbele vrijstelling: €114.000 in 2023. Boven deze bedragen ga je belasting over je vermogen betalen.