De belangrijkste regels van het bestuursrecht staan in de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De Awb vermeldt hoe de overheid besluiten moet voorbereiden en bekendmaken. Ook staat hierin binnen welke termijn de overheid een besluit moet nemen.
Het vreemdelingenrecht, belastingrecht, milieurecht en het ruimtelijk bestuursrecht zijn voorbeelden van onderwerpen die in speciale (bijzondere) bestuursrechtelijke wetten worden geregeld. Je kunt recht onderscheiden in privaatrecht en publiekrecht. Privaatrecht regelt de relatie tussen burgers onderling.
De Awb beoogt voor die onderwerpen die op veel terreinen van bestuursrechtelijke wetgeving een rol spelen, een algemene regeling te treffen. Er komt dan een geheel van algemene regels tot stand die steeds van toepassing zijn, zodat de bijzondere wetgever niet meer in de daar geregelde onderwerpen behoeft te voorzien.
In de Nederlandse Grondwet van 1983 werd daarom bepaald dat er een algemene wet bestuursrecht moest worden vastgesteld (art.107 lid 2: “de wet stelt algemene regels van bestuursrecht vast”). Daarmee is de Algemene wet bestuursrecht een organieke wet: de Grondwet geeft opdracht tot het vaststellen van deze wet.
Het Nederlandse bestuursrecht is vanuit de historie versnipperd, divers en bureaucratisch. Daarom heeft de Nederlandse overheid in 1983 besloten dat een Algemene Wet Bestuursrecht moest worden opgesteld. Deze wet beschrijft kaders die alle overheden moeten hanteren bij het besturen.
De Awb bevat algemene regels over de verhouding tussen bestuursorganen en belanghebbenden bij het voorbereiden, nemen en toepassen van besluiten. De Awb is daarom ook voor de toepassing van de Archiefwet 1995 van belang.
De belangrijkste regels van het bestuursrecht staan in de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De Awb vermeldt hoe de overheid besluiten moet voorbereiden en bekendmaken. Ook staat hierin binnen welke termijn de overheid een besluit moet nemen.
Het bestuursorgaan neemt het besluit uiterlijk zes maanden na ontvangst van de aanvraag. (Zie artikel 3:18, lid 1, Awb.) Het bestuursorgaan kan deze termijn verlengen.
Een beschikking is een besluit welke specifiek gericht is op een zaak of op een persoon en kan daarnaast op aanvraag worden afgedragen door een bestuursorgaan. Een afwijzing is op zichzelf een beschikking als er sprake is van een aanvraag die wordt afgewezen.
In een wet staan verbindende voorschriften. Dat betekent dat er in grote lijnen uitgelegd wordt welke regels er voor een bepaald onderwerp gelden. De Eerste en Tweede Kamer moeten een wetsvoorstel goedkeuren. Een besluit is een gedetailleerdere beschrijving van de wet.
Wie beleidsregels kunnen maken
Alleen bestuursorganen kunnen beleidsregels vaststellen. Bestuursorganen kunnen beleidsregels vaststellen over: hun eigen bevoegdheden. onder hun verantwoordelijkheid uitgeoefende bevoegdheden.
Artikel 4:83 Awb bepaalt dat een bestuursorgaan dat beleidsregels vaststelt, aangeeft over welke bevoegdheid die regels gaan. Artikel 4:84 Awb verplicht het bestuursorgaan om volgens de beleidsregels te handelen.
Alle privaatrechtelijke beslissingen (verkoop, verhuur en dergelijke) zijn geen besluiten in de zin van de Awb.
De rechtspraak is opgedeeld in 3 rechtsgebieden: civiel recht, strafrecht en bestuursrecht.
Bestuursrecht wordt ook wel administratief recht genoemd.
In het bestuursrecht staan besluiten van de overheid centraal. Bijvoorbeeld een besluit waarbij een bestuursorgaan een uitkering toekent, exploitatievergunning intrekt of handhavend optreedt.
Een meer algemene definitie luidt dat onder een algemeen verbindend voorschrift moet worden verstaan, een naar buiten werkende voor de daarbij betrokken personen bindende regel, uitgaande van het bevoegd gezag, dat de bevoegdheid daartoe aan de wet ontleent.
Het heeft interne werking dus hoe de bestuursorganen met de ruimte om kunnen gaan en dat kunnen ze opstellen in interne regels en dat zijn beleidsregels, een beij besluit vastgestelde regel. Is niet hetzelfde als een avv maar is wel een besluit.
Voorbeelden van besluiten van algemene strekking zijn een verordening of een bestemmingsplan.
Ingevolge artikel 1:1, eerste lid, aanhef en onder b, van de Awb is een orgaan van een privaatrechtelijke rechtspersoon een bestuursorgaan als dat orgaan met openbaar gezag is bekleed.
Intrekking van een besluit of intrekking van een vergunning door de overheid is mogelijk. Maar er dient wel een goede grond voor intrekking van een vergunning te zijn. Ook kan de een bestuursorgaan een besluit gedeeltelijk intrekken. Het intrekken van een besluit of vergunning komt niet veel voor.
Op grond van artikel 1:2, eerste lid van de Algemene wet bestuursrecht kunnen alleen belanghebbenden bezwaar maken tegen een besluit. Een belanghebbende is iemand die direct belang heeft bij de beslissing, bijvoorbeeld de gebruiker (de rechtspersoon).
Algemeen. Een vergunning is een beschikking die bepaalde activiteiten of handelingen toestaat, die zonder deze beschikking niet zijn toegestaan.
Met «wettelijk voorschrift» worden niet alleen formele wetten bedoeld, maar ook regels gesteld door organen die aan Grondwet of wet regelgevende bevoegdheid kunnen ontlenen. In dergelijke gevallen zal derhalve ook bij gemeentelijke of provinciale verordening van de hoofdregel van de Awb kunnen worden afgeweken.
Bestuursorganen van de staat zijn onder andere: regering, minister, staatssecretaris; bij een Mulderfeit: de officier van justitie. Bestuursorganen van de provincie zijn (art. 6 Provinciewet): de commissaris van de Koning (CvdK), Provinciale Staten (P.S.) en het college van Gedeputeerde Staten (G.S.).