ontbranden (ww) : afgaan, in brand raken, ontvlammen, ontvonken, vlam vatten, vuur vatten. aangaan (ww) : ontbranden, ontvlammen, ontvonken, vlam vatten.
Vlam = Een vlam is de kleinste vorm van vuur, een brandende kaars is daar een goed voorbeeld van. Als een vlam zich vermenigvuldigt en het begint te flakkeren, dan is er sprake van vuur.
begrijpen:
(begrepen), verstaan. als trefwoord met bijbehorende synoniemen: begrijpen (ww) : aanvoelen, afleiden, beseffen, bevatten, doorhebben, doorzien, expliciteren, interpreteren, inzien, kunnen plaatsen, opmaken, opvatten, snappen, vatten, verstaan, voelen, volgen.
begrijpen, beseffen, bespeuren, doorhebben, erkennen, onderkennen, snappen, vatten, verstaan, weten, zich realiseren, zien. horen (ww) : begrijpen, bemerken, bevatten, capteren, opmerken, opvangen, te horen krijgen, vatten, vernemen, verstaan, waarnemen.
ter hand nemen (ww) : beginnen, ondernemen, opvatten.
Temperatuur. De temperatuur van een vlam varieert, meestal is dat tussen de 300° en (bijvoorbeeld bij een autogeenbrander) 3100° Celsius. Als materie zo heet wordt dat het begint te gloeien, dan ontstaan er gassen die vervolgens kunnen oxideren.
Vuur is een bijeffect van brand. De vlammen die je ziet zijn een heet gas dat voornamelijk bestaat uit zuurstof- en stikstofmoleculen in de lucht en de koolstofdioxide en waterdamp die gevormd worden bij de brand. De kleur van de vlam hangt af van de temperatuur van het gas.
Het blauw net onder het wit is het heetst. Rnd 1200 celsius.
Het blauwe deel is het heetst, daarna het witte deel en het gele deel van de vlam is het minst warm. Niet alleen de temperatuur kan de kleur van de vlam bepalen, de brandstof kan de kleur ook veranderen.
De temperatuur van een magma of lava hangt af van zijn samenstelling, en kan variëren tussen iets minder dan 600 °C en 1250 °C. Basaltisch magma/lava is de meest voorkomende soort en kent ook de hoogste temperaturen: ongeveer 1000 - 1250 °C. Magma's met een andere samenstelling zijn iets minder heet.
Om lichtgroene vlammen te maken gebruik je borax. Om groene vlammen te maken gebruik je aluin. Om oranje vlammen te maken gebruik je natriumchloride. Om paarse vlammen te maken gebruik kaliumchloride.
In de gele lichtgevende zone is de temperatuur van de vlam ongeveer 1200°C. De kaars dankt haar toepassing als lichtbron aan de onvolledige verbranding van het kaarsvet in deze zone.
Wanneer de luchttoevoer geopend wordt, krijg je een ontzettend hete, blauwe vlam. De moleculen in het aardgas reageren dan met zoveel zuurstofmoleculen als mogelijk is. Dat is een volledige verbranding. Er ontstaat koolstofdioxide (CO₂) en water, maar geen roet.
Wanneer je een kaarsje aansteekt en er een lamp op richt, zul je zien dat het vlammetje geen schaduw geeft, maar de kaars wel. Licht heeft geen schaduw. Sterker nog, donker of duisternis is eigenlijk 'slechts' de afwezigheid van licht. Steek je een lamp aan, dan is het donker weg.
Een te lange lont heeft als gevolg dat je een wild wapperende vlam krijgt en je kaars sneller opbrandt. Dat zou jammer zijn natuurlijk. Na een paar uur branden is het mogelijk dat je lont terug langer is geworden, in dat geval kan je voor je de kaars opnieuw aansteekt de lont best even trimmen.
Een fornuisglasvlam varieert in temperatuur gemiddeld tussen 250 - 320 graden ceslsius. Genoeg om water te koken, onvoldoende om ijzer of staal te smelten. Daarvoor zijn Hoogoven temperaturen nodig.
Vuur ontstaat als er een brandbare stof, zuurstof en een ontstekingsbron in de juiste verhouding en hoeveelheid aanwezig zijn. Deze drie elementen vormen samen de vuurdriehoek. Bij het stoken van een houtkachel is hout de brandstof, regel je zelf de zuurstof en is het aanmaakblokje de ontstekingsbron.
'Dat neemt niet weg dat een oranje vlam altijd reden voor waakzaamheid is. ' Branders zijn keurig afgestemd om de samenstelling van ons gas en de gasdruk. Daarom branden pitten zo mooi blauw.
De hitte die vrijkomt bij een brand gaat alle voorstelling te boven: ze kan oplopen tot 1 200 °C. Dat overleeft geen mens. Al vanaf een temperatuur van 65 °C functioneert het lichaam niet meer. Bij een brand speelt de tijd in uw nadeel.
kleine blauwe vlam: Bedoeld om kleine hoeveelheden water of kleine voorwerpen te verwarmen. grote blauwe vlam: Bedoeld om grotere hoeveelheden water of grotere voorwerpen te verwarmen. ruisende blauwe vlam: Alleen bedoeld als je echt hele hoge temperaturen nodig hebt.
Het licht van het vuur wordt over het algemeen veroorzaakt door zeer hete gloeiende roetdeeltjes en geeft een karakteristiek vlamspectrum. De bruine gedeeltes van het vuur worden veroorzaakt door niet meer gloeiend roet dat een gedeelte van het licht van de vlam erachter absorbeert.
Vuurwerk dankt zijn mooie kleurtjes aan de verschillende metaalzouten die door verhitting bepaalde vlamkleuren veroorzaken. Zo krijg je een groene kleur bij boraten, kleurt een vlam met koper blauwgroen, levert strontiumchloride een rode kleur op en geeft kalium een paarse vlam.
Het geel van een vlam zijn gloeiende koolstofdeeltjes. Die zijn er alleen als er geen volledige verbranding is. Het blauw of soms beetje groen is de kleur van de volledige verbranding van koolwaterstoffen, waar nog een kleine verontreiniging van metalen in zit.