De normaalwaarde (of referentiewaarde) is in de geneeskunde meestal niet een waarde, maar een interval, waarbinnen bij een bepaald onderzoek de uitkomst van dat onderzoek 'hoort te vallen'. De meeste waarden die kunnen worden gemeten hebben een bepaalde waarschijnlijkheid van voorkomen.
Normen zijn ongeschreven regels over hoe je je hoort te gedragen. Waarden zijn de achterliggende idealen die als waardevol worden aangeduid; dingen die je belangrijk vindt, als persoon of als groep.
pH. Normale pH van ochtendurine is 5-7, licht zuur tot neutraal. De urine is na een maaltijd vaak basisch, rond een pH van 8, dit komt door een grotere productie van maagsap na de maaltijd. Een zuurdere urine (pH <5) wijst op diarree of diabetes mellitus.
NormaalNormaal bedraagt het percentage basofiele granulocyten slechts 0% -2% van het totaal aantal witte bloedcellen. Dit komt overeen met een hoeveelheid van 0 - 0,2x10ˆ9 cellen per liter.
Veel basofielen en mestcellen laten de inhoud van hun korrels vrijkomen, waardoor vele bloedvaten verwijden en gaan lekken, zodat het bloedvolume kleiner wordt. De persoon verkeert dan in een circulatoire shock. De gladde spiercellen van de bronchiën trekken ook samen, waardoor ernstige benauwdheid ontstaat.
Nadat het bloed is afgenomen, worden de buisjes met bloed in een laboratorium onderzocht en vergeleken met een aantal standaard bloedwaarden. Dit houdt in dat er gekeken wordt of bestanddelen in je bloed binnen vastgestelde grenzen vallen. Als dit niet zo is, dan spreek je van afwijkende bloedwaarden.
De normaalwaarde van leukocyten in urine is 0-10 leukocyten per microliter urine. Verhoogde waarden kunnen wijzen op urineweginfecties, nier-infecties, blaasontstekingen, SOA's of andere aandoeningen.
Bij een basische ochtendurine, een pH hoger dan 7, kan er sprake zijn van een urineweginfectie. De aanwezigheid van bacteriën in de urine maakt deze basisch.
Een norm of standaard is een document met erkende afspraken, specificaties of criteria over een product, een dienst of een methode. Standaarden kunnen vastgelegd worden binnen een bedrijf of organisatie, binnen een consortium van organisaties of door erkende standaardisatieorganisaties.
Voorbeelden van waarden zijn gelijkheid, trouw, vrijheid, vriendschap, zelfstandigheid, saamhorigheid, rechtvaardigheid, tolerantie, solidariteit. Meer voorbeelden van normen en waarden die met elkaar verbonden zijn zie je hieronder.
Waarden zijn de idealen, motieven of achterliggende ideeën die in een samenleving of groep als nastrevenswaardig en waardevol worden beschouwd. Normen zijn de concrete richtlijnen voor het handelen, hoe men zich hoort te gedragen. Op die manier sturen normen ons sociaal handelen.
Een te hoge bloedsuiker is niet direct gevaarlijk voor je gezondheid, maar kan op de lange termijn veel schade aanrichten. Komt je bloedsuiker op nuchtere maag boven 6,9 mmol/l en op niet nuchtere maag boven 11 mmol/l? Dan kan het gevaarlijk worden en heb je misschien wel diabetes type 2.
Een CEA-waarde hoger dan 5 kán een aanwijzing zijn voor kanker. CEA is een zogenaamde tumormarker. Het kan ook iets zeggen over de grootte van een tumor en of er wel of geen uitzaaiingen zijn. Maar een verhoogde CEA-waarde kan ook wijzen op bijvoorbeeld een darm- of leverontsteking.
Een normaal aantal leukocyten is 4.2- 10.6 (x 109/l). Bij minder dan 1.0 x 109/l is er een verhoogd risico op infecties. Als er minder dan 0,5 x 109/l neutrofielen zijn, spreekt men van een 'neutropenie' ofwel een 'dip'. Dit kan bijvoorbeeld ontstaan door het gebruik van chemotherapie.
De normale niveaus van leukocyten in de urine zijn 0 tot 5 leukocyten per veld. Er kunnen hogere hoeveelheden zijn bij vrouwen, afhankelijk van hun leeftijd en menstruatiecyclus. Wanneer er meer dan 5 leukocyten per veld zijn, wordt het monster geïdentificeerd als "pyurie", wat beschrijft dat er hoge niveaus van leukocyten in de urine zijn .
Van bacteriurie spreekt men wanneer in een urinemonster meer dan 105 bacteriën per cc worden aangetroffen. Bij minder dan 103 per cc wordt de urine als normaal beschouwd.
De arts kan je urine laten onderzoeken.Zo komt de arts erachter of je een infectie hebt of dat er kankercellen in je urine zitten. Je levert een potje met urine in. Een patholoog bekijkt je urine onder een microscoop.
Eiwitten horen niet in de urine thuis. Gewoonlijk zorgen de nieren er voor dat eiwitten in het bloed blijven. Maar bij nierschade kunnen deze eiwitten weglekken via de urine.
Ze houden het vochtgehalte in je lichaam op peil. Wanneer je teveel vocht in je lichaam hebt (bijvoorbeeld doordat je veel hebt gedronken) zorgen je nieren ervoor dat je dat teveel aan vocht kwijtraakt door meer urine te maken. Je moet dan vaker plassen en je plas ziet lichter van kleur.
CRP verhoogd
Een verhoogde CRP waarde brengt de aanwezigheid van een ontsteking in beeld. Oorzaak van de ontsteking kan bijvoorbeeld een hart- en vaatziekte, brandwonden, acute infectie, reumatoïde artritis , bacteriële infecties of blindedarmontsteking.
Klachten bij acute leukemie vinden hun oorsprong in de grote hoeveelheid onrijpe witte bloedcellen in het beenmerg. Hierdoor is er ook minder plaats voor de vorming van rode bloedcellen en bloedplaatjes en zal er een tekort aan gezonde witte bloedcellen, rode bloedcellen en bloedplaatjes ontstaan.