'De hel, dat zijn de anderen'De ander ziet je altijd als een bepaald persoon met bepaalde eigenschappen, terwijl de keuze juist de mogelijkheid biedt om jezelf opnieuw te bepalen. Volgens Sartre is dit de reden waarom de anderen altijd een last zijn: ze maken je tot object.
Het existentialisme, waar Sartre een van de belangrijkste aanhangers van was, stelt dat het bestaan (de existentie) van de mens voorafgaat aan het wezen (de essentie) van de mens. Het wezen komt tot stand door de keuzes die je maakt. In het maken van die keuzes, kun je jezelf bepalen.
Sartres mensbeeld Sartre is atheïstisch en pessimistisch. In zijn opvatting is het bestaan een mislukking. De mens staat alleen in een zinloze wereld en hij kan alleen door zijn eigen creativiteit het leven een klein beetje zin geven. De mens moet zichzelf maken tot wie hij is en is dus veroordeeld tot vrijheid.
Volgens u wordt de term 'vrijheid' vaak misbruikt.
Maar dat is helemaal niet wat Sartre bedoelt met vrijheid. Hij benadrukt dat vrijheid geen eenrichtingsverkeer is, maar juist gaat over verantwoordelijkheid nemen voor je leven.
Het existentialisme is een 20e-eeuwse filosofische en literaire stroming die individuele vrijheid, verantwoordelijkheid en subjectiviteit vooropstelt. Het existentialisme beschouwt iedere persoon als een uniek wezen, verantwoordelijk voor eigen daden en eigen lot.
In de klassieke wijsbegeerte betekent existentie bestaan. Het woord staat daar tegenover essentie of wezen. Men kan spreken van de existentie en van de essentie der zijnden.
De 'relatie met het Bestaan' is een voorbeeld van gedeelde denkbeelden op basis van existentiële kennis. Houdt verband met info die mensen delen over hoe de wereld is opgebouwd en hoe hij werkt. Het is het resultaat van ervaring en wetenschappelijk onderzoek. Omvat de manier waarop mensen denken, hun waarden en normen.
Bij Aristoteles hoort Visser daarom niet één, maar twee wijzen van vrijheid: niet alleen die van telos of omgeving, maar ook die van de psuchè of ziel. Voor Aristoteles is de ziel het principe van het van zichzelf uit bewegen. In deze zin zijn zowel dieren als mensen bezield.
Vrijheid betekent bij Kant: autonomie, letterlijk: zelf-wetgeving. De mens handelt moreel wanneer hij handelt overeenkomstig de morele wet die hij zelf in zich draagt: de categorische imperatief. De morele autonomie komt bij hem vóór alles. Uiteindelijk is ook het kennen daaraan ondergeschikt.
Vrijheid van gedachte (met raakvlakken aan vrijheid van geweten waarbij ze niet hetzelfde zijn), is de politieke vrijheid van een individu om een eigen gedachte of standpunt te hebben of te overwegen, dat losstaat van wat anderen denken.
Daarmee toont Nietzsche zich een representant van het postromantisch expressivisme, dat een vitaal, creatief bestaan voorstaat. De mens is een scheppend schepsel dat zichzelf in de loop van zijn leven een eigen vorm kan geven. 'In de mens zijn schepsel en schepper verenigd.
Socrates ziet men wel als 'de bron van wijsheid'. Hij was de eerste die de mens centraal stelde als onderwerp van de westerse filosofie. Hij spoorde mensen aan om zelf na te denken en niet domweg op het oordeel van anderen af te gaan.
Volgens Kierkegaard is de mens echt zichzelf wanneer hij een enkeling is. Daarom wordt hij door velen gezien als de grondlegger van het existentialisme, dat later met Sartre en De Beauvoir vooral bekend zal worden als de stroming die de mens doemt tot vrijheid.
Het existentialisme vindt zijn oorsprong in de theorie van Jean-Paul Sartre: 'L'existence précède l'essence', 'existentie gaat vooraf aan essentie'. Dit wil zeggen dat een mens eerst bestaat en zich daarna pas definieert door middel van zijn eigen daden en keuzes.
Filosoof en schrijfster Simone de Beauvoir is jarenlang de partner van Jean-Paul Sartre.
En hieronder vindt u onze top 10 grote filosofen uit de geschiedenis: denkers die ons collectief bewustzijn hebben beïnvloed: Aristoteles, Immanuel Kant, Plato, de apostel Paulus, Rene Descartes, Karl Popper, Confucius, Thomas van Aquino, Epicurus, Socrates.
God is niet iets, want God is volgens Kant's criteria geen werkelijkheid en niet waarneembaar. Volgens Kant is een zogenaamd godsbewijs volgens de zuivere rede onmogelijk. Dat belet hem overigens niet te geloven. God is volgens Kant's kennistheorie geen begrip, maar een idee.
Kant argumenteerde dat de mens de wereld in eerste instantie leert kennen door dingen en fenomenen in zijn leefomgeving te bekijken en te ervaren. Het aangeboren menselijke verstand zorgt vervolgens voor een specifieke interpretatie van deze waargenomen werkelijkheid.
Vrijheid definieert volgens Plato de essentie en de unieke status van de mens. Alleen de mens is in staat zich los te ma- ken uit de eindige werkelijkheid, uit de 'grot', en op te stijgen tot de oneindige werkehjkheid der eeuwige ideeën.
In zijn biologische studies merkte Aristoteles iets op: alles in de natuur leek een doel te hebben. Een goed leven, dacht hij, is daarom een leven waarin je je natuurlijke doel nastreeft. Aristoteles geeft het voorbeeld van een oog: de finale oorzaak van een oog – de functie – is om te zien.
Men zegt namelijk dat vrijheid zit in de ervaring van vrijheid. Vrijheid is het gevoel dat je iets vrij en graag doet, onvrijheid is het gevoel dat je iets onvrij en met tegenzin doet, de ervaring van gedwongenheid dus. In beide situaties word je echter bepaald door de neurobiologische processen in je brein.
Een existentiële crisis is een staat van paniek of een gevoel van intens mentaal onbehagen over levensvragen. Het komt vooral voor in culturen waar basale overlevingsbehoeften vervuld zijn.
Bij existentiële eenzaamheid gaat het meer over zingeving dan over je sociale contacten. Het wordt omschreven als een verloren en zwervend gevoel, geen eigen plek of rol in het leven kennen, een gevoel van zinloosheid.
Existentiële levensvragen gaan over het bestaan.Het heeft te maken met jouw zijn, wie je bent maar ook met de betekenis van het leven, en de diepere gronden van het bestaan. Het gaat over sterfelijkheid en eindigheid. Soms ook over eeuwigheid, een bestaan hierna (hiernamaals), over doel en zin.