Als strippen niet werkt; Wanneer je niet bent bevallen na het strippen, is het mogelijk om het strippen na 2 dagen nogmaals te herhalen tot je bevallen bent of 42 weken zwanger bent. Dan word je overgedragen aan de gynaecoloog om de bevalling in te leiden.
Als het strippen niet heeft gewerkt, dan kunnen we proberen (in overleg met het ziekenhuis) om de vliezen te breken. Het breken van de vliezen kan ervoor zorgen dat je weeën krijgt en dus gaat bevallen. Hiervoor moeten er echter wel: voldoende ontsluiting zijn (minimaal 2 cm)
Als je baarmoedermond er klaar voor is, dit noemen we rijp zijn, en je hebt al minimaal 1 cm ontsluiting dan kunnen we strippen. Dit houdt in dat we met 1 vinger in de baarmoedermond de vliezen aan de binnenkant van de baarmoedermond een beetje los woelen.
Als er geen ontsluiting is, kunnen we niet bij de vliezen, maar wel masseren we dan de baarmoedermond. Bij het strippen komen er hormonen (prostaglandines) vrij. Deze zijn betrokken bij het rijpen van de baarmoedermond en bij het op gang komen van de bevalling.
Strippen: hoeveel kans op bevallen? Het strippen van je baarmoedermond kan helpen om je bevalling op gang te brengen. Toch begint niet bij iedere vrouw na het strippen de bevalling. Bij ongeveer een derde van de vrouwen brengt het de bevalling op gang.
Wanneer je niet bent bevallen na het strippen, is het mogelijk om het strippen na 2 dagen nogmaals te herhalen tot je bevallen bent of 42 weken zwanger bent. Vanaf 42 weken wordt je overgedragen aan de gynaecoloog om de bevalling in te leiden.
Binnen 24 uur na het strippen kan er een effect optreden zoals echte weeën, menstruatieachtige krampen, meer harde buiken of voorweeën. Bij ongeveer een derde van de zwangeren die gestript zijn komt de bevalling op gang, een derde krijgt voorweeën en/of harde buiken en bij een derde gebeurt er helemaal niets.
Oorzaken van het niet vorderen van de ontsluiting:
onvoldoende weeënactiviteit. De weeën zijn niet sterk genoeg, of komen niet vaak genoeg; het voorliggende deel (hoofdje of stuit) drukken niet goed om de ontsluitingsring (bijvoorbeeld bij niet ingedaald hoofd) wanverhouding tussen het hoofdje en het bekken.
Hoe kan ik weten of mijn baarmoederhals al verstreken is? Als je al pijnlijke en regelmatige weeën gehad hebt, mag je ervan uitgaan dat je baarmoederhals al wat ontsloten en verstreken is. Je dokter zal dit voor jou ook kunnen bevestigen wanneer je op controle gaat en hij een vaginaal onderzoek doet.
Dit is natuurlijk een schatting, maar soms is het helemaal niet nodig om gestructureerd te gaan voelen naar je ontsluiting. Aan de sterkte van je weeën en aan de verandering in je houding kunnen we al veel aflezen. En ook zelf zou je dit kunnen opmerken.
Het is vrij normaal dat je bij een tweede, door de voorweeën, al een week of wat rondloopt met bijvoorbeeld 2-3 centimeter ontsluiting. De baarmoedermond is dan ook al verweekt en verstreken, dus als je bevalling echt gaat beginnen heb je het eerste stuk eigenlijk al gehad.
Het is goed om te weten dat je zelf als zwangere vrouw mag bepalen of je gestript wil worden of niet. Het besluit doe je altijd samen met een verloskundige nadat je de 41 weken zwangerschap voorbij bent. De voornaamste reden dat vrouwen voor strippen kiezen, is omdat ze liever niet de 42 weken zwangerschap passeren.
Als het strippen het gewenste effect heeft, krijg je binnen 20 uur weeën. De verloskundige kan je nog een tweede keer strippen als het de eerste keer geen effect had.
Je kunt al weken van tevoren 2-3 cm ontsluiting hebben zonder dat je echt weeën hebt, vaak heb je wel last gehad van voorweeën. Als de bevalling dan echt begint heb je al een voorsprong en hoef je die eerste 4 cm, die bij het eerste kindje soms zo lang duren, niet meer te gaan.
Wanneer je langer dan 42 weken zwanger bent, heet dit in medische termen serotien zijn. 5 op de 100 zwangere vrouwen wordt serotien. Als je langer dan 42 weken zwanger bent, neemt de gynaecoloog de zorg voor jou en je baby over van de verloskundige. De gynaecoloog zal je adviseren om de bevalling in te leiden.
Bewegen is altijd goed, zowel in de zwangerschap als tijdens de bevalling. Tijdens de bevalling kan bewegen er zelfs voor zorgen dat de bevalling sneller gaat. Ga om de bevalling op te wekken wandelen, fietsen of zet een feel good muziekje op en ga lekker dansen. Ook heel goed voor de gelukshormonen!
Je uitgerekende datum is verkeerd berekend. Je bent eerder van een serotien kindje bevallen. Er is sprake van genetische aanleg voor serotiniteit. Je kindje heeft een aangeboren afwijking die de kans op serotiniteit vergroot, zoals bepaalde stofwisselingsziektes.
Als je baarmoedermond bij het inwendig onderzoek onrijp is, kan de inleiding enkele dagen duren. Als de inleiding start met het breken van de vliezen, dan wordt je baby vaak binnen 24 uur geboren.
Bevalling opwekken door te vrijen
Als je een orgasme hebt, komt er oxytocine vrij. Dit hormoon heb je nodig voor de bevalling. Door dit hormoon trekt je baarmoeder samen en dat kan net dat extra zetje zijn voor de weeën.
In zeer zeldzame gevallen kan de bevalling worden ingeleid voor het 'persoonlijk comfort', met andere woorden: op verzoek van de patiënte, om niet-medische redenen. Zwangerschapsuitputting, angst dat de gynaecoloog-verloskundige of vroedvrouw er op de dag zelf niet zal zijn, familiale problemen enz.
De adrenaline concentratie zal namelijk stijgen bij, onder andere; pijn, stress, angst en onrust. Dus ook wanneer de omgeving als niet rustig en/of veilig genoeg ervaren wordt. Dat is dan ook de reden dat de meeste bevallingen 's avonds of 's nachts starten.
Na het strippen is het vaak even afwachten wat het gaat doen. Soms merk je meteen een verandering, maar het kan ook een paar dagen duren voordat de echte weeën beginnen. Het is ook mogelijk dat strippen helemaal geen effect heeft. In dat geval zal er uiteindelijk over worden gegaan tot het inleiden van je bevalling.
Elke vrouw heeft ook een andere gevoeligheid van de vagina. Het grootste deel van de vrouwen geeft aan het strippen gevoelig te vinden, maar niet echt pijnlijk. Altijd geldt: doet het je teveel pijn, dan stoppen we het strippen!
De verloskundige kan met haar vingers meten in hoeverre de ontsluiting is gevorderd. Het voelen van de baarmoedermond. Naarmate de bevalling vordert, wordt de baarmoeder weker en de baarmoederhals korter. Hierdoor kan de verloskundige een inschatting maken van de vordering van de bevalling.