Uw ex-partner betaalt de kinderalimentatie of partneralimentatie niet. Dan kunt u hulp vragen aan het Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen (LBIO). Het LBIO kan de alimentatie voor u innen.
Uw ex partner kan tot 12 maanden gevangenisstraf krijgen als hij weigert de (kinder-)alimentatie te betalen. De rechter dient altijd te toetsen of het een proportionele straf is die hij uw ex partner oplegt. Het gaat dus niet om het plegen van een criminele daad, maar om het niet betalen van achterstallige alimentatie.
Je mag tijdens de scheiding afzien van partneralimentatie. Maak hierover duidelijke en heldere afspraken en leg deze vast in het echtscheidingsconvenant. Je mag ook een ander bedrag dan de officiële partneralimentatieberekening nemen. Maak ook in dat geval duidelijke en heldere afspraken.
De niet-verzorgende ouder is verplicht om financieel voor de kinderen te blijven zorgen. Dit heet een onderhoudsplicht of alimentatieplicht. Het bedrag dat voor het onderhoud van de kinderen wordt betaald heet de kinderalimentatie. De hoogte hiervan is onder andere afhankelijk van de omgangsregeling.
Het LBIO kan zelf beslag leggen op een inkomen, zoals een uitkering of loon. Lukt dit niet, dan kunnen we een deurwaarder inschakelen. Ook als we beslag leggen of een deurwaarder inschakelen, betaalt u als alimentatiegerechtigde niets. U kunt hier een verzoek tot overname van de inning indienen.
Nee, dat is in Nederland expliciet verboden. Je kan niet afzien van partneralimentatie, ook niet in huwelijks voorwaarden. Je kan er wel afspraken over maken in het zicht van een echtscheiding. Ook dan moet die afspraak wel redelijk zijn.
Gaat uw ex-partner akkoord met minder alimentatie? Dan kunt u samen nieuwe afspraken maken. Of een nieuwe berekening laten maken door het LBIO (Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdrage). Schrijf de nieuwe afspraken op in een ouderschapsplan of een andere overeenkomst.
De partneralimentatie eindigt als: Een van ex-partners komt te overlijden; De alimentatieontvanger gaat hertrouwen, samenwonen, of een geregistreerd partnerschap aangaat; De alimentatieontvanger zelf genoeg inkomen heeft of de alimentatiebetaler de alimentatie niet meer kan betalen.
In een gemiddeld gezin met twee kinderen en een modaal inkomen kost een kind volgens het NIBUD per maand ongeveer € 400,-. Op basis van het TREMA-rapport komt de alimentatie dan per kind uit op € 140,- per maand. Meestal liggen de bedragen voor kinderalimentatie tussen € 100,- en € 500,- per kind per maand.
Minimale hoogte kinderalimentatie
Het minimum aan kinderalimentatie is 25 euro per kind per maand. Dit bedrag kan alleen worden toegepast als de betaler een minimum inkomen heeft.
Kinderalimentatie is niet preferent aan het aflossen van schulden. Ondanks dat het onderhouden van kinderen een wettelijke plicht is en in de onderlinge verhouding van onderhoudsplichten prioriteit heeft, heeft het geen voorrang op het aflossen van de schulden bij andere schuldeisers.
Afspraken alimentatie sinds 1 januari 2020
De partneralimentatie bedraagt maximaal 5 jaar. Of korter, als het huwelijk of geregistreerd partnerschap minder dan 10 jaar duurde. Dan ontvangt uw ex-partner alimentatie voor de helft van de tijd dat het huwelijk of partnerschap duurde.
Samenwonen heeft namelijk geen invloed op de kinderalimentatie. Ga je trouwen of is er sprake van een geregistreerd partnerschap, dan is het een ander verhaal. Staan de kinderen ook bij jou ingeschreven, dan is de nieuwe partner ook officieel stiefouder en heeft daarmee ook een eigen onderhoudsplicht naar de kinderen.
Wanneer je recht hebt op alimentatie of onderhoudsgeld, maar die niet betaald krijgt door je (ex-)echtgenoot of ouder, dan kan je beroep doen op de DAVO (Dienst Alimentatiebevorderingen). De DAVO zal dan een deel van de alimentatie betalen in plaats van je (ex-)echtgenoot of je ouder.
Tot hoe lang kan ik achterstallige alimentatie terugvorderen? Als de alimentatie is bekrachtigd door de rechtbank dan kun je, met terugwerkende kracht, tot vijf jaar terugvorderen. Het LBIO kan tot zes maanden terugvorderen.
Vorderingen tot betaling van alimentatie verjaren naarmate de tijd verloopt. Over het algemeen geldt een verjaringstermijn van vijf jaren. Alimentatie-achterstanden kunnen dus met terugwerkende kracht tot vijf jaar alsnog worden geclaimd. Pas daarna verjaart de vordering van partneralimentatie.
Uw ex-partner betaalt de kinderalimentatie of partneralimentatie niet. Dan kunt u hulp vragen aan het Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen (LBIO). Het LBIO kan de alimentatie voor u innen.
De overheid maakt in november bekend hoeveel procent meer u betaalt in het volgende jaar. Sinds 1 januari 2022 is dat 1,9%.
Mogelijk zijn jullie eerder al uit elkaar gegaan en kwam later pas de kinderalimentatie ter sprake. De rechter kiest er in een dergelijk geval vaak voor om de ingangsdatum vast te stellen op de datum van indiening. Normaliter is het dus niet mogelijk om de kinderalimentatie met terugwerkende kracht te ontvangen.
De ex-partner die in de echtelijke woning woont kan op grond van art. 3:178 lid 1 BW de rechter verzoeken de woning voor maximaal drie jaar onverdeeld te laten.
Heeft u bijstand en krijgt u partneralimentatie en/of kinderalimentatie? Dan geldt deze alimentatie als inkomen. De gemeente houdt hiermee dan rekening bij het vaststellen van uw bijstandsuitkering.
De hoogte van de kinderalimentatie is afhankelijk van jouw inkomen, dat van je ex-partner en van het inkomen toen jullie samen waren. Als er iets verandert in jullie situatie kan dit leiden tot aanpassing van de kinderalimentatie. Ook veranderingen van overheidsregels kunnen gevolgen hebben.
Gaat de ex meer verdienen, dan wordt de draagkracht groter en kan de alimentatie misschien worden verhoogd. Al met al is iedere verandering die invloed heeft op de draagkracht van één van de twee een reden voor een aanpassing van de alimentatie.
Alimentatie voor de kinderen berekenen is maatwerk
In het ene gezin is er 100 € per kind verschuldigd, terwijl in het andere gezin 400 € per kind een correct bedrag is. Iedere situatie is uniek.
U kunt via de rechter vragen om een zogenaamde 'machtiging tegeldemaking' ex artikel 3:174 BW. Met deze machtiging kunt u zonder de medewerking van de ander, zelf de woning verkopen. Meestal wordt deze machtiging via een kort geding gevorderd, zodat u snel verder kunt.