Bijna alle kinderen maken fases door waarin ze minder goed slapen. Ze hebben last van nachtmerries, worden 'zomaar' wakker 's nachts of willen 's avonds niet gaan slapen. Dat is heel normaal en meestal niets om je zorgen over te maken.
Slaap! Voor dreumes en peuter is het vervolg op het succesvolle debuut en de bestseller van Susanne Willekes, de eerste gecertificeerde kinderslaapcoach van Nederland. Waar haar eerste boek zich richtte op hoe je je baby kan laten doorslapen, komen nu de kinderen van 1 tot 4 jaar aan bod.
Slaapregressie 4 maanden: omrollen. Slaapregressie 8 maanden: zitten en kruipen. Slaapregressie 12 maanden: beginnen met lopen. Slaapregressie 18 maanden: zelfstandig lopen.
Vaak ligt stress, angst of aangeleerd 'onhandig' slaapgedrag ten grondslag of bijvoorbeeld wakker worden door bedplassen. Het kind heeft overdag nauwelijks of geen klachten door het slaapprobleem. Slapen, eten, drinken, poepen en plassen zijn basisbehoeften in een mensenleven.
Nachtangst kan ontstaan vanaf de leeftijd van 18 maanden tot je kindje een jaar of 6 is. Maar meestal begint het rond de leeftijd van 3 jaar. Nachtangsten kunnen ontstaan als de overgang van de lichte slaapfase naar een wat diepere slaapfase niet helemaal soepel verloopt.
Tijdens een slaapregressie zal je meestal een aantal veranderingen zien in het gedrag en de gewoontes van je baby, zoals: Meer honger en frequenter eten. Regelmatig wakker worden 's nachts. Korte dutjes of zelfs weigeren om te slapen overdag.
Spreek met jezelf (en je partner) af, hoe lang jullie het kind laten huilen. Een richtlijn is minimaal 3 tot maximaal 10/15 minuten.
Sommige baby's huilen zichzelf vaak in slaap, ook als ze 's nachts even wakker worden. Dat kan erbij horen. Is het alleen wat gepruttel, dan kun je het even aankijken. Als het echt huilen wordt, probeer je baby dan in bed te troosten met wat aaien en door er naast te zitten.
Dit gebeurt vaak weer als je baby ongeveer 6 maanden oud is. De meeste baby's slapen dan acht uur per nacht achter elkaar, bijvoorbeeld van 23.00 uur tot 7.00 uur. Over het algemeen zijn nachtvoedingen dan niet meer nodig. Vanaf ongeveer 9 maanden kan je baby van 19.00 uur tot 7.00 uur doorslapen.
Slaaptijden dreumesen en peuters
Wanneer je dreumes ongeveer 1,5 jaar oud is, kan hij of zij het ochtenddutje overslaan, om 's middags 1 lang slaapje te doen, die ongeveer 1 tot 3 uur duurt. Peuters gaan gewoonlijk tussen 19:00 en 20:00 naar bed en worden tussen 6:00 en 8:00 uur weer wakker.
Handig is het wel om het middagslaapje af te bouwen zodra je kindje 4 jaar wordt, zodat hij er geen behoefte meer aan heeft zodra hij naar de basisschool gaat. Het beste begin je hier al mee een aantal maanden voordat je kind 4 jaar wordt.
Wat de oorzaak is voor nachtangst is onbekend. Er lijkt een erfelijke aanleg mee te spelen. Kinderen die aan nachtangst lijden hebben vaak een ouder die hier ook last van heeft gehad. De overgang naar de diepe slaap lijkt niet goed te verlopen bij mensen met nachtangst.
Een kindje krijgt overdag heel wat indrukken te verwerken. Ook dat kan ervoor zorgen dat hij 's nachts niet doorslaapt. Je merkt dat kinderen ook bij de zogenaamde 'sprongetjes' minder goed slapen. Telkens ze iets nieuw leren (bijvoorbeeld rollen, zitten, staan, kruipen, …) kan dit resulteren in onrustige nachten.
Wat zijn hazenslaapjes? Hazenslaapjes, ze worden ook wel korte dutjes of catnaps genoemd. Het zijn slaapjes van ongeveer 45 minuten of minder. Na dit hazenslaapje wordt je baby wakker en heeft hij de aandacht van papa of mama nodig.
Kindjes van 1,5 tot 2,5 jaar hebben een gemiddelde slaapbehoefte van 11 uur in de nacht en 2 uur overdag verdeeld over 1 of 2 slaapjes. Een mooi schema zou daarom kunnen zijn: Tussen 6:00 en 7:30 start van de dag.
Ria Blom beschrijft twee methodes in haar boek Regelmaat en Inbakeren. In beide methoden komt dus het aanbrengen van regelmaat naar voren. Regelmaat wil zeggen dat je dingen iedere keer in dezelfde volgorde goed. Daarnaast is eenduidigheid belangrijk: zorg dat je dingen iedere keer op dezelfde plek doet.
Hazenslaapjes zijn slaapjes van maximaal 45 à 50 minuten. Zo lang duurt één slaapcyclus van een baby. Na zo'n cyclus wordt een baby een beetje wakker en het idee is dat hij daarna weer in slaap dommelt.
Je hanteert een volgorde van bijvoorbeeld slapen-voeden-wakker-slapen-wakker-slapen-voeden-enzovoort. Bij de 2e keer wakker leg je dan je kindje in de box om zich alleen! te vermaken. Zodra hij dan weer begint te jengelen, leg je hem weer in zijn bed om vervolgens weer een cyclus (of langer) te slapen.