Deze ganzen zijn dus niet op trek tussen winter- en zomerverblijfplaats, maar zijn aan het forenzen tussen dagbesteding en nachtverblijf. Slaaptrek heet dat. Vogels kunnen zich oriënteren op hemellichamen. Als het bewolkt is zijn maan, planeten en sterren niet te zien, en toch vinden vogels hun weg in de nacht.
'Er komen constant indringers overvliegen en dan moeten die paren daarop reageren. Ze maken dan een hoop herrie om aan te geven dat het hún plek is en dat die andere ganzen moeten doorvliegen. Dat moet wel agressief overkomen en dus maakt het veel geluid', legt Majoor uit.
In het klassieke patroon van de vogeltrek vliegen grote zwermen ganzen in de lente vanuit het zuiden van de VS naar het noorden, waar ze op vaste plekken in het hoge noorden van het continent neerstrijken om er te paren en hun jongen uit te broeden.
Ganzen vliegen tijdens de vogeltrek in V-formatie omdat het energie bespaart ten opzichte van het achter elkaar vliegen.
De vogels overwinteren vooral op boerenland, meren, uiterwaarden en grote natte natuurgebieden.
De ganzen foerageren overdag op de (boeren)graslanden en slapen 's nachts veelal op grote open wateren.
De kolgans verblijft 's zomers in Noord-Rusland op de toendra. In de winter trekken ze naar Denemarken en verder tot aan Bretagne. In Nederland zien we grote concentraties in het Deltagebied, Flevoland en Friesland. De kleine rietgans leeft 's zomers van hetzelfde menu als de kolgans maar dan in Finland en Lapland.
De drie dappere vogels hebben eind augustus 2009 de vlucht gemaakt van het midden van Zweden naar tropisch Afrika, dicht bij de evenaar. Daarbij legden ze 6170, 6800 en 4620 kilometer in één keer af. En dat in heel korte tijd: 72, 84 en 48 uur.
Ganzen verjagen kan gebeuren met behulp van een vogel afweerpistool(VAP), laser of het plaatsen van linten. Vaak hebben deze ganzen verjaagmethoden een kortstondig resultaat. Maar zo kan men soms net een schadegevoelige periode van gewassen overbruggen met deze werende middelen.
Tijdens het vliegen praten de ganzen met elkaar. De achterste ganzen moedigen de voorste aan om op snelheid te blijven. Een gans kan snelheden tot maximaal 46 kilometer per uur halen. Ganzen zijn monogaam: paren blijven hun hele leven bij elkaar.
Je kan ze bijna africhten als waakhonden, zo sterk is hun territoriumgevoel. Bij wilde ganzen, zoals de grauwe gans, is agressief gedrag vaak gebonden aan het verdedigen van hun jongen. Wilde ganzen die niet in de broedperiode zitten vliegen meestal weg in een bedreigende situatie.
Communiceren in het donker
'Het is niet dat ze nu meer lawaai maken, maar het is vooral de massa', zegt Dijksterhuis. 'Ze vliegen in het donker en kunnen elkaar niet goed zien. Al kunnen vogels veel beter zien dan mensen. Ze houden contact door te gakken.
Ganzen slapen het liefst gezamenlijk op rustig en open water. Als je als gans in een grote groep zit, ben je veiliger. De kans dat een roofvijand tijdig wordt opgemerkt is namelijk veel groter. Een andere reden is dat er op slaapplaatsen informatie kan worden uitgewisseld over goede foerageergebieden.
Deze ganzen leggen de 3000 km lange reis in slechts 5 dagen af. Dat ze zo snel kunnen, was een grote verrassing voor ons.
Gedomesticeerde ganzen kan je over het algemeen gemakkelijk hanteren en onderzoeken hoewel dit stress veroorzaakt. Ze kunnen zich verdedigen door te flapperen met hun vleugels, uit te halen met hun poten of door te bijten.
Huisvesting. Ganzen zijn groepsdieren en mogen daarom nooit alleen worden gehouden. Als u niet meer dan twee dieren wilt houden kunt u kiezen uit een koppel (gans en gent) of twee ganzen (vrouwtjes). Wilt u meer dieren dan is een trio (gent met twee ganzen) een mogelijkheid.
De jacht op ganzen is barbaars.
De natuurlijke vijand van de gans, de vos, wordt in Nederland intensief bejaagd. Vossen zijn geduchte predatoren van ganzenlegsels, kuikens en (soms) volwassen grauwe ganzen.
Niet alleen ganzen, maar ook vele andere trekvogels zijn inmiddels aan hun vlucht naar het zuiden begonnen. Vele soorten vogels vliegen naar Afrika, maar ook Zuid- en West-Europa zijn geliefd.
Dat komt door een combinatie van factoren. In Nederland is een landschap ontstaan waar de ganzen zich zeer thuis voelen: landbouwgebieden met rijke graslanden, afgewisseld met natuurgebieden als broedplaats en als slaapplaats. Ook de wetgeving is in de loop van de tijd gewijzigd, ganzen kregen een betere bescherming.
Ieder najaar vliegen er grote groepen ganzen vanuit het poolgebied naar ons land om hier te overwinteren. Nederland is een belangrijke bestemming voor ze: overdag is er voldoende voedsel te vinden in de graslanden en 's-nachts bieden meren en rivieren een veilige slaapplaats.
Groenvoer zoals sla, andijvie, witlof en gemaaid gras mag je altijd bijgeven. Tijdens de winterperiode kan je een graanmengsel bijgeven zodat de ganzen wat extra vet krijgen. Ganzen die aan de leg zijn, geef je best schelpengrit bij om aan de calciumbehoefte te voldoen. Voor ganzenkuikens is er opfokvoer op de markt.
Denk maar aan ganzen die een alarmhouding aannemen (kop omhoog, hals smal en lang). Of een fuut die zich groot maakt, door de veren op te zetten, wanneer een belager te dicht bij het nest komt. Verschillende vogels communiceren ook met hun mooie, opvallende kleuren, om vrouwtjes te imponeren.