Oudere baby's hebben vaak in de gaten dat ze een afnemende toeschietreflex kunnen prikkelen door aan de tepel te trekken. Wanneer de melkstroom minder wordt, gaan ze met de tepel in de mond hun hoofd naar achteren heen en weer bewegen, om de melk weer op gang te brengen.
Maar bij een uitgeruste baby zijn hongersignalen meestal wel goed te zien. Bij een (over)vermoeide baby kan dit een stuk lastiger zijn. Een baby die goed gedronken heeft, kan van vermoeidheid toch hongersignalen laten zien zoals zoeken met de neus en lippen of sabbelen op zijn handjes.
Hoe weet ik of mijn kind last heeft van tepel-speenverwarring? De baby weet niet wat hij met de borst aan moet: hij kauwt erop, pakt hem vast, steekt zijn tong niet meer uit om de melk te laten toeschieten en wordt al snel erg onrustig. Hij huilt, lijkt de borst weg te duwen, raakt overstuur en overstrekt zich.
Een baby moet 20 (7 of 10, of 15) minuten aan elke borst gevoed worden. Niet waar! Belangrijk is dat we het verschil maken tussen 'aan de borst liggen' en 'uit de borst drinken'. Enkele voorbeelden: Een baby die 15 Ã 20 minuten aan een kant effectief drinkt, wil de tweede kant misschien helemaal niet meer.
Onze onderzoeken onder baby's in de leeftijd van een tot zes maanden die uitsluitend borstvoeding kregen, toonden aan dat ze doorgaans tussen de vier en dertien keer per dag aan de borst dronken, waarbij een voedingssessie tussen de twaalf minuten en bijna een uur duurde.
Door de spanning in de borst is het voor baby's vaak lastiger om de borst aan te happen. Er ontstaan sneller tepelproblemen, en een minder goede aanhap- en drinktechniek. Vervolgens kan de snelle melkstroom voor de baby moeilijk bij te houden zijn. De baby kan ''gulzig'' drinken en zich verslikken.
Te snel drinken kan leiden tot krampjes. Bovendien leert je baby niet meer om goed naar zijn/haar eigen verzadigingssignalen te luisteren en kan je baby wellicht minder goed aanvoelen wanneer hij/zij vol zit. Ook kan het zijn dat de zuigbehoefte na zo'n korte voeding nog niet bevredigd is.
Als je te weinig melk of een vertraagde toeschietreflex hebt, kan je kind ook onrustig aan de borst drinken. Als je kind onrustig aan de borst drinkt, minder plast (en in de eerste weken minder poept), bijna niet tevreden is en/of minder goed gaat groeien, dan kan het zijn dat je melkproductie niet meer voldoende is.
Signalen van oververmoeidheid bij baby:
Vreemd genoeg zijn oververmoeide baby's vaak overactief: ze maaien met armpjes en beentjes en ze lijken om steeds meer aandacht en prikkels te vragen: als je met ze rondloopt kijken ze geïnteresseerd rond en stopt het huilen.
Baby's die op verzoek mogen drinken, drinken tussen de één en drie nachtvoedingen per nacht (bij zes maanden). Gemiddeld drinkt een baby 20% van zijn dagelijkse hoeveelheid melk gedurende de nacht.
Het geluid en de bewegingen hebben vaak een rustgevend effect op je baby. Ook een manier om je baby te kalmeren: geef je baby een massage. Dat geeft je baby een gevoel van geborgenheid. Laat je baby met zijn buik op je arm liggen en tik je baby zachtjes op z'n billen.
Tijdens de regeldagen worden vraag en aanbod opnieuw op elkaar afgestemd. Meestal valt de vraag van je baby naar meer voedingen samen met een groeispurt. Regeldagen komen over het algemeen vooral voor wanneer je baby 9-10 dagen oud is, 3 weken oud is, 3 maanden oud is en 6 maanden oud is.
Vaak gaat een overproductie gepaard met een sterke melkstroom. De baby kan veel lucht binnenkrijgen, zich verslikken en kokhalzen tijdens de voeding. Ook kan er sprake zijn van een onbalans in de lactose-vetverhouding, waardoor de baby meer last kan krijgen van krampen en waterig groene ontlasting heeft.
Mijn baby boert niet, is dit normaal? Het is normaal als je baby niet altijd boert na zijn voeding. Niet iedere baby hoeft te boeren, en niet iedere baby heeft het nodig na iedere voeding. Je kleine boert namelijk alleen als hij (veel) lucht hapt of inslikt tijdens het drinken.
Te veel voeding, dit zijn de signalen
Je baby onrustig drinkt en zich vaak verslikt. Er regelmatig melk terug komt via de mond van je baby. Je baby buikkrampen heeft en veel huilt. Je baby huilt omdat hij nog wil zuigen.
Geen manipulatie totdat je baby minstens 18 maanden oud is!
Laat het voor eens en voor altijd worden gezegd: de hersenen van peuters zijn niet genoeg ontwikkeld om te manipuleren, tenminste voor de eerste 18 maanden. Als een baby huilt en zoekt naar de borst van zijn moeder, wilt hij drinken.
Als je baby veel spuugt, kun je de melk voor je baby verdikken. Verdikte melk kan minder makkelijk weer omhoog komen. Het spugen kan dan minder worden. Bespreek het met het consultatiebureau als je de melk wilt gaan verdikken.
Spugen bij baby's wordt ook wel 'een mondje teruggeven' genoemd. Veel moeders maken zich daar zorgen over, ze zijn bang dat de baby niet voldoende voeding binnenkrijgt. Maar in principe is het onschuldig. De melk stroomt bij een baby gemakkelijk terug de slokdarm in.
Baby's van 8 - 12 weken
U kunt starten met een slaapritueel zodat het duidelijk is dat de dag overgaat in de nacht en dat het tijd is om te gaan slapen. Borstvoeding geeft u op verzoek of om de drie tot vier uur. Ook bij flesvoeding kunt u kiezen voor voeden op verzoek of ongeveer om de drie tot vier uur.
Als je baby honger heeft, geeft hij verschillende subtiele tekens vooraleer hij gaat huilen: hij likt aan zijn lipjes, draait zijn hoofdje en zoekt de borst, hij brengt de handjes naar zijn mondje en likt aan zijn handjes, hij balt zijn vuistjes.
Pasgeboren baby's tot en met 4 weken mogen 3 tot 4 uur slapen zonder voeding. Tussen de 4 en 12 weken kun je jouw baby gerust door laten slapen als hij of zij geen signalen afgeeft of vanzelf wakker wordt. Tussen de 12 en 24 weken heeft een kindje 5 tot 7 uur rust nodig na elke voedingsbeurt.
Bij het avondeten is het belangrijk dat je weer denkt aan voldoende afwisseling in je eten: aardappels/rijst/pasta en dergelijke maar ook variatie in groente en de eiwitbron. Belangrijk is dat je voldoende afwisselt in wat je eet en dat je zorgt dat je voldoende voedingsstoffen binnenkrijgt.