Bij deze test wordt het zuurstofgehalte, het koolzuurgasgehalte, de zuurtegraad en de zuurstofsaturatie bepaald uit een staal arterieel bloed. De arts prikt hiervoor in een slagader ter hoogte van de pols.
Met dit onderzoek meten we het zuurstofgehalte, koolzuurgehalte en zuurgraad uit het bloed om te controleren hoe de longen functioneren. De longfunctieanalist neemt bloed af meestal vanuit de pols. Deze prik kan iets gevoeliger zijn dan de normale bloedafname vanuit de elleboogplooi.
Doel van het onderzoek is het meten van uw bloedgassen, zoals de aanwezige hoeveelheid zuurstof en koolzuur in het bloed.
Veneus bloed (uit de aders) brengt de koolstofdioxide,die ontstaat bij zuurstofgebruik door de organen, weer terug naar de longen. Bloedgassen verschillen in de slagaders daardoor sterk van bloedgassen in de aders. Voor de meting van bloedgassen wordt bij voorkeur gebruik gemaakt van een monster uit de slagader.
Bloedgasanalyse is een bloedonderzoek. Bij dit onderzoek meet de arts hoeveel zuurstof en koolzuurgas er in uw bloed zit. De arts meet ook hoe zuur uw bloed is. Aan deze getallen ziet de arts hoe goed uw longen werken.
Een pH-waarde van 7 wil dus zeggen dat de vloeistof neutraal is. De normale pH-waarden van het bloed schommelen tussen 7,35 en 7,45.
Bij een bloedgasanalyse wordt de hoeveelheid zuurstof, koolzuur en de zuurgraad van het bloed gemeten. Deze waarden zeggen iets over de werking van de longen. Daarvoor is het nodig om bloed uit uw slagader te onderzoeken. Bloed uit de slagader transporteert namelijk zuurstof van de longen naar de organen.
De zuurstofsaturatie is een goede parameter van weefselperfusie. De zuurstofsaturatie geeft weer hoeveel zuurstof er werkelijk in de weefsels aanwezig is.
Wat is acidose? De betekenis van acidose is een te hoog zuurgehalte van je bloed. Het tegenovergestelde, een te hoge basiciteit, noem je alkalose.
Toenemende PO2 in de erythrocyten doet hemoglobine-saturatie toenemen, dalende PO2 heeft hemoglobine-desaturatie als gevolg. Zuurstof lost slechts weinig op in bloed.
De polsslagader is gelegen aan de binnenzijde van de pols aan de duimkant, tussen het spaakbeen en de twee pezen die zorgen voor het buigen van de vingers. De slagader is doorgaans niet te zien, de oppervlakkige vaten die je ziet lopen zijn aders.
Bloedafname gebeurt door een holle naald door de huid in een bloedvat te steken. Daarbij raken zowel de huid als de aderwand geperforeerd. Soms lekt er bloed uit de beschadigde ader, om zich onder de huid op te hopen, resulterend in een bloeduitstorting ofwel blauwe plek.
Te lange stuwing kan leiden tot hemolyse en bijmenging van weefsel vocht. Vraag de patiënt een vuist te maken. die immuun gecompromitteerd is; dit dient de behandelend arts aan te geven. Ook bij afname van bloedkweken dient er gedesinfecteerd te worden.
Met een arterieel bloedgas (Astrup) kun je de samenstelling van het bloed bepalen. Het meet de pH, O2, CO2, HCO3, BE en O2-sat. Een arterieel bloedgas prik je in de pols of lies; een pijnlijke prik voor de patiënt.
Bloedgassen worden bepaald om de verhouding zuurstof (O2) en koolstofdioxide (CO2) in het bloed te bepalen en het zuur-base-evenwicht te controleren.
Een bloedgasonderzoek meet de hoeveelheid zuurstof, koolzuur en zuurgraad van het bloed. De waarden laten zien hoe goed de longen zuurstof aan het bloed toevoegen en kooldioxide uit het bloed verwijderen. De meting vindt altijd plaats met bloed uit de slagader.
Hoe merk je dat je te zuur bent? Zuren die je niet kwijt kunt, worden opgeslagen in je lichaam, vooral in bindweefsel. Cellulitis, huidklachten, candida-infecties, hoofdpijnen, stramme spieren en gewrichten zijn typische kenmerken van verzuring.
Bij ketoacidose 'verzuurt' het bloed. Dit gebeurt als er te weinig insuline beschikbaar is om glucose in het bloed om te zetten in energie voor het lichaam. Het lichaam gaat dan over op de verbranding van vetten die in het lichaam zijn opgeslagen.
Een gemiddeld verzuurd lichaam kan last hebben van vermoeidheid, gewrichtspijnen, haaruitval, weinig energie en huidongemakken. Een sterk verzuurd lijf gaat een stapje verder. Je kunt dan kampen met aandoeningen zoals jicht, artrose, fibromyalgie en eczeem,” aldus Peter-Ernst.
Is de waarde 90% of lager, dan heb je een tekort. Dit heet desaturatie. Te weinig zuurstof in het bloed kan leiden tot klachten als benauwdheid, moeheid, verwardheid en onrust. Neem contact op met je huisarts als je deze symptomen ervaart.
De saturatie kan gedurende de dag schommelen. Deze veranderingen kunnen komen door de beschikbare zuurstof of door inspanningen. In sommige gevallen kan dit lager zijn dan de norm. Een zuurstofsaturatie lager dan 90% SpO2 is vaak al alarmerend.
In de medische wereld wordt een waarde van 95% of hoger (SpO2) gezien als een normale waarden voor een gezond persoon. Bij waarden van 90% of lager is er sprake van een alarmerende situatie en dient direct contact te worden opgenomen met een medisch specialist.
H+ = waterstof-ion of proton. HCO3- = scheikundige term voor bicarbonaat. Acidose = het bloed is te zuur. Alkalose = het bloed is te basisch.
Een andere theorie stelt dat lage PCO2 niveaus door hyperventileren lichaamssensaties geven waar de patiënt bang voor is. Door deze angst gaat hij nog meer hyperventileren en krijgt daardoor meer symptomen en wordt nog angstiger. Een vicieuze cirkel is gevormd.
Een verhoogde of verlaagde hoeveelheid bicarbonaat in het bloed betekent dat er problemen zijn bij het in stand houden van het zuur-base evenwicht of dat er iets mis is met de elektrolytenbalans. Beide problemen kunnen veroorzaakt worden door heel veel verschillende ziekten.