Klik in het taakvenster Afbeeldingen bewerken onder Bewerken met deze hulpmiddelen op Draaien en spiegelen. Voer een van de volgende handelingen uit: Klik op Linksom draaien of Rechtsom draaien. Als u meerdere keren op een optie klikt, draait de afbeelding verder in dezelfde richting.
Als u een afbeelding heel iets wilt verplaatsen, selecteert u de afbeelding en drukt u op een pijltoets terwijl u Ctrl ingedrukt houdt. U kunt verschillende objecten tegelijkertijd verplaatsen door ze eerst te groeperen: Selecteer het eerste object. Houd Ctrl ingedrukt en selecteer de andere objecten.
klik met de rechtermuisknop op Standaard en selecteer Nieuw... Nu wordt een nieuw pagina-opmaakprofiel aangemaakt gebaseerd op Standaard. vul bij Naam een duidelijke naam (bijvoorbeeld Liggend) in. zet op het tabblad Pagina de Uitlijning op Liggend en klik vervolgens op Ok.
Open de betreffende app en controleer of de functie Automatisch roteren (indien aanwezig) in de app-instellingen is ingeschakeld. Als de app de functie Automatisch roteren ondersteunt, werk de app dan bij naar de nieuwste versie en probeer het opnieuw. Bepaalde apps ondersteunen de functie Automatisch roteren niet.
Allereerst, zoek naar je Settings app en open hem.Druk vervolgens op Display onder de Device header, en haal het vinkje weg naast Auto-rotate screen om de schermrotatie instelling uit te schakelen. Om hem weer in te schakelen kun je teruggaan en het vakje weer aanvinken.
Klik op de werkbalk boven de editor op Omkeren.Klik op Horizontaal kantelen om naar een kant te kantelen of op verticaal kantelen om naar boven te kantelen.
Selecteer in de werkruimte Bewerken de laag of de selectie die u wilt roteren. Kies Afbeelding > Roteren > Laag vrij roteren of Selectie vrij roteren.
Het symbool van het rotatieslot ziet eruit als een hangslot met een ronde pijl eromheen. Is het slot geactiveerd, dan is het symbool wit met rood. Je kunt erop tikken om het rotatieslot aan en uit te zetten. Als het rotatieslot actief is, zullen apps en foto's niet reageren op ronddraaien van de iPhone.
Veeg vanaf de onderkant van het scherm omhoog om het bedieningspaneel te openen. Tik op de knop 'Staanderichtingsslot' om te controleren of deze is uitgeschakeld. Draai je iPhone of iPod touch een kwartslag naar links of rechts.
De schermstand wijzigen in de desktopmodus
Gebruik Windows-instellingen om de schermstand te wijzigen. Zoek in Windows naar Instellingen en open deze functie. Klik in het menu Instellingen op Systeem. Klik op het vervolgkeuzemenu onder Afdrukstand en selecteer een optie in de lijst.
Klik op Start en vervolgens op Instellingen.In het venster dat verschijnt klik je op Systeem en vervolgens op Beeldscherm.Bij schermstand kiest u dan vervolgens voor “liggend“.
Direct kun je vanuit het bedieningspaneel de rotatievergrendeling raadplegen. Dit heeft als voordeel dat je het scherm staand of liggend vast kunt zetten zodat deze niet automatisch meebeweegt wanneer je het toestel 90º draait.
Het beeld op je iPad kan kantelen (roteren), zodat je apps zoals Safari en Berichten staand of liggend kunt weergeven.
Veeg daarna met je vinger onder in de grijze balk naar rechts. Door op het rotatie-icoon links te drukken kun je de schermrotatie inschakelen. Door nogmaals op het rotatie-icoon links te drukken kun je de schermrotatie vastzetten. De iPad kan vanaf iOs 4.2 ook multitasken (meerdere apps tegelijk draaien).
Verschillende afdrukstanden gebruiken in hetzelfde document
Klik op Pagina-indeling > startpictogram dialoogvenster Pagina-instelling .Klik in het dialoogvenster Pagina-instelling onder Afdrukstand op Staand of Liggend.
Verschillende afdrukstanden in één Google-document
Open op je computer een document in Google Documenten. klik met de rechtermuisknop op de tekst of afbeelding.Selecteer Pagina naar liggende stand draaien of Pagina naar staande stand draaien.
Overal waar je van paginastand wilt wisselen, dus waar je een liggende pagina toe wilt voegen of juist een staande pagina bij liggende pagina's, moet je een sectie-einde toevoegen. Ga nu naar de pagina die je wilt laten liggen en kies op tabblad Pagina-indeling bij het onderdeel Pagina-instelling voor Afdrukstand.