Een oefenbroek trek je net als een gewone onderbroek makkelijk aan en uit.Je kind kan dit ook makkelijker zelf doen.Dit geeft je kleine zelfvertrouwen en kan helpen bij het zindelijk worden. Maken je kind bewuster.
Een oefenbroekje, ook wel trainersbroekje of zindelijkheidsbroekje maakt de brug tussen luier en onderbroek. In de zindelijkheidsfase is het aan te raden om je kindje een oefenbroekje aan te doen. Een oefenbroekje is erg praktisch voor kleine ongelukjes als kindjes zindelijk worden.
Hoeveel oefenbroekjes heb je nodig? Een oefenbroekje kan tot maximaal twee plasjes absorberen. Een oefenbroekje is daarnaast snel gewassen en weer droog. Het aantal oefenbroekjes dat je nodig hebt hangt dus af van het stadium van zindelijk worden waarin jouw kind zich bevindt.
Luierbroekjes stimuleren de motorische ontwikkeling van je baby. Dit komt doordat je baby zelf mee moet doen om de luier omhoog te kunnen trekken. Zijn beentjes strekken, zijn heupjes kantelen, enzovoorts. Als hij wat ouder is, kan hij zelfs het broekje zelf ophijsen.
Lichamelijk zou een kind van anderhalf jaar al klaar zijn om te beginnen met zindelijk worden. De meeste kinderen krijgen pas interesse voor zindelijkheid tussen de twee en de drie jaar. Rond de drie jaar zijn de meeste kinderen overdag zindelijk.
Heerlijk om geen luiers meer te hoeven verschonen, maar toch zien veel ouders er tegenop: zindelijkheidstraining. Toch kunnen kinderen al vroeg zindelijk worden, vertelt psycholoog Debby Mendelsohn in een podcast van Ouders van Nu.
Laat je peuter niet te lang op het potje zitten. Enkele minuten is voldoende. Geef complimentjes, bijvoorbeeld als je kind tegen je gezegd heeft dat het naar de wc moet, iets gedaan heeft of het heeft geprobeerd.
Doordat je kind het verschonen van een luierbroekje als prettiger ervaart dan het verschonen van een gewone luier, zie je er als ouder minder tegenop om de luier te verschonen. En mama's opgelet: uit onderzoek blijkt dat veel papa's eerder geneigd zijn om een luier te verschonen als hun kind een luierbroekje draagt!
Het verschil tussen de luiers en de luierbroekjes is voornamelijk een functionele kwestie: Luiers moet u "bevestigen" Luierbroekjes moeten "aangetrokken" worden.
Bij angst voor poepen kunt u structuur bieden door na ieder eetmoment het kind minimaal vijf minuten op de wc te laten zitten. Op deze manier wordt het normaal. Als uw kind wel aangeeft dat het moet poepen maar het niet durft op de wc kunt u afspreken dat het dan tijdelijk een luier om mag tijdens het poepen.
Verschonen als het echt nodig is
Verschoon 's nachts alleen als het echt nodig is. Heeft je baby een kwetsbare huid en luieruitslag, dan is dat wel een reden om ook 's nachts een schone luier te geven. In de warme zomermaanden hebben baby's sneller geïrriteerde billetjes. Ook dan is vaker verschonen fijn.
Ververs de luier bij elke voeding - zowel overdag als 's nachts - en zeker na iedere ontlasting. Maak de billetjes schoon met water en een zeep of waslotion voor baby's bij zichtbaar vuil. Droog de billetjes goed af, maar wrijf niet te hard.
Tip 2: Zorg voor genoeg luiers in huis
circa 8 tot 10 keer moet verschonen. Dat is ook logisch als je bedenkt dat jouw kleintje iedere 3 uur te eten krijgt. Als je dan berekent hoeveel luiers je nodig hebt in de eerste week na je bevalling, reken dan op circa 10 luiers x 7 dagen = 70 luiers per week!
Baby-Dry™ Night Pants lijn
De Pampers® Baby-Dry™ Night Pants zijn beschikbaar in maat 4,5 en 6 en bieden extra bescherming gedurende de hele nacht dankzij de sterker absorberende kern. Luierbroekjes kan je al vanaf 8 maanden gebruiken, ze zorgen ook voor een betere mentale en fysieke ontwikkeling van je kindje.
In tegenstelling tot het verschonen van luiers met een plakstrip, is het aantrekken van een luierbroekje toch heel wat eenvoudiger: Doe het luierbroekje aan zoals een (onder)broek. Til het omhoog tot het comfortabel zit voor je kleine kapoen. Missie geslaagd!
Je voelt de inco bij de eerste plas al zwaarder worden en daardoor is het gevoel ook anders. Hoe meer je plast, hoe harder en zwaarder de inco lijkt te worden.
Je kunt het potje introduceren door je kind er na een maaltijd of na een slaapje op te zetten (of op de wc met wc-brilverkleiner). Op deze momenten is de kans het grootst dat een kind moet plassen en/of poepen. Terwijl je kind op het potje zit, lees je bijvoorbeeld een verhaaltje voor.
De meeste kinderen worden zindelijk overdag tussen de 2 en 3 jaar, en tussen de 4 of 5 jaar gebeurt dat ook 's nachts. Maar maak je niet druk als het wat langer duurt: ieder kind ontwikkelt zich op zijn of haar eigen tempo.
Laat uw kind elke dag op vaste tijden enkele minuten op het potje zitten zonder luier. Goede momenten zijn: als uw kind wakker wordt, als er signalen zijn/uw kind aangeeft dat het nodig moet, na het eten of drinken of bij weggaan of thuiskomen. Vertel iets leuks terwijl u uw kind op het potje zet.
Zet 'm gewoon neer op een handige plek, in de badkamer of naast de wc, en laat je kind het potje zelf ontdekken. Het is wel belangrijk dat je kind het leuk vindt om op het plaspotje te gaan zitten. Leg daarom niet de nadruk op het plaspotje, door te zeggen: 'Je gaat nu op het potje'. Maar maak er iets gezelligs van.