Als een lichtstraal door die trillende lucht gaat, wordt het licht ietwat gebroken. Het resultaat is een fonkelende ster. Het licht van een ster die laag boven de horizon staat, moet een langere weg door de dampkring afleggen. Daarom zullen die sterren meer flikkeren.
Warme lucht stijgt op, koelere lucht daalt. En omdat de zon niet altijd overal op aarde schijnt, zijn er altijd temperatuurverschillen in de dampkring. De lucht met alle sterlichtverstorende deeltjes is dus altijd in beweging. Het lijkt wel of de ene ster soms harder knippert dan de ander.
Als je op een heldere nacht naar de sterren kijkt zie je dat sommige sterren lijken te knipperen. Schijn bedriegt. Het knipperen ontstaat wanneer de lichtstraal tussen de ster en je ogen wordt onderbroken, bijvoorbeeld door een hoge luchtvochtigheid of stof en andere kleine deeltjes.
Net als de zon, die trouwens ook een ster is, komen de sterren op in het oosten en klimmen ze over het zuiden heen om uiteindelijk onder te gaan in het westen. Maar laat je niet vangen… Eigenlijk is het de aarde die onder de sterren door draait, waardoor het lijkt alsof het de sterren zijn die bewegen...
Scintillatie in de astronomie (ook bekend als atmosferische scintillatie) is het fonkelen van de sterren dat wordt veroorzaakt door instabiliteit van de dampkring van de Aarde (seeing). Luchtdeeltjes zijn constant in beweging door temperatuurverschillen. Hierdoor lijkt op een warme dag de horizon te trillen.
Een meteoor, in de volksmond ook wel vallende ster genoemd, is een lichtflitsje aan de hemel. Zo'n lichtflitsje duurt in de regel tussen een fractie van een seconde en een paar seconden. Meteoren kunnen nagloeiende sporen achterlaten.
Omdat het licht van de planeten niet volledig wordt geblokkeerd voor ons zicht en ze niet twinkelen . Sterren daarentegen zijn puntgrote objecten en twinkelen door atmosferische breking van licht.
Deze schijnbare stersporen zijn in feite niet te wijten aan de bewegende sterren, maar aan de rotatiebeweging van de Aarde . Omdat de Aarde roteert met een as die in de richting van de Poolster wijst, lijken sterren van oost naar west te bewegen aan de hemel.
Wens doen bij vallende sterren
Soms werden sterren ook als de ziel zelf gezien. Als een ster valt dan wordt er op aarde een baby geboren. De ster is dan de ziel die van de hemel naar de aarde reist. Van de oude Grieken stamt ook het populaire bijgeloof om een wens te doen als men een vallende ster ziet af.
Waarom lijkt Sirius te twinkelen? We zien Sirius door onze atmosfeer, die turbulent is. Kleine verschillen in de hoeveelheid lucht elke fractie van een seconde tussen ons en Sirius veroorzaken het twinkelen. In de luchtloze ruimte twinkelen sterren nooit.
Waarom knippert Sirius? Voordat het licht van Sirius jouw ogen bereikt, reist het door de atmosfeer van de aarde en die is altijd in beweging. Het licht van Sirius botst met allerlei luchtmoleculen en stof- en vochtdeeltjes, waardoor de ster lijkt te knipperen.
Nee.Het twinkelen van de sterren wordt veroorzaakt door turbulentie in de atmosfeer, die groter is als het warm is of als er veel vocht in zit . De bewegende lucht breekt en vervormt het licht van de ster, waardoor het lijkt alsof het van kleur, helderheid of vorm verandert. Het heeft niets te maken met de ster zelf.
Als een lichtstraal door die trillende lucht gaat, wordt het licht ietwat gebroken.Het resultaat is een fonkelende ster. Het licht van een ster die laag boven de horizon staat, moet een langere weg door de dampkring afleggen. Daarom zullen die sterren meer flikkeren.
Sirius heeft een opvallende blauwwitte kleur, veroorzaakt door de hoge oppervlaktetemperatuur van bijna 10.000 graden. Maar vaak zie je de ster heftig flonkeren en van kleur verschieten.
'Het heeft eenvoudigweg te maken met de turbulentie in de atmosfeer die wordt veroorzaakt door temperatuursverschillen. ' 'De flikkering die je waarneemt, is een gevolg van afbuiging van het licht in die turbulente lucht. Warme lucht is ijler dan koude lucht en geeft een lichtjes andere brekingsindex.
Omdat een vallende ster een tastbaar symbool was van de goden die op dat moment naar beneden keken, geloofde men dat een wens of verzoek dat werd gedaan bij het zien van de ster, eerder werd gehoord en ingewilligd . In de jaren 1830 werd het idee van wensen doen bij sterren nog prominenter in moderne overtuigingen.
Elke nacht is er een aantal meteoren te zien, meestal zo'n zes tot vijftien per uur. Soms echter zijn er veel meer te zien, als de aarde door een stofwolk in de ruimte trekt.
Als je het geluk hebt om een vallende ster te zien, sluit dan je ogen voordat je een wens doet. Zeg dan: " Sterrenlicht, heldere ster, eerste ster die ik vanavond zie: ik wens dat ik mag, ik wens dat ik mag, deze wens die ik vanavond wens, mag vervullen." Er gaan geruchten dat dit oude rijmpje je wens laat uitkomen.
Conclusie: de sterren lijken te fonkelen omdat we ze door de laag van de atmosfeer waarnemen.Door de verstoring ervan breekt het licht meerdere keren, wat lijkt op flikkeren. De zon en de planeten schijnen stabieler omdat ze dichter bij de aarde staan, zodat hun licht minder door de lucht wordt vervormd.
Dus waarom lijken sterren kleur te hebben, en dan nog wel in verschillende tinten? Het korte antwoord is dat de temperatuur van een heet object de vorm en positie van het uitgezonden spectrum bepaalt . Over het algemeen pieken koelere objecten op rodere golflengtes, en hetere objecten pieken op blauwere golflengtes.
De sterrenbeelden die je 's nachts kunt zien, zijn afhankelijk van de tijd van het jaar. De aarde draait elk jaar een keer om de zon. Ons zicht op de ruimte door de nachtelijke hemel verandert terwijl we eromheen draaien. De nachtelijke hemel ziet er dus elke nacht iets anders uit , omdat de aarde zich op een andere plek in zijn baan bevindt .
Maar hoe weet je of je een planeet of een ster ziet? Sterren knipperen, planeten niet. Sterren staan namelijk verder weg, dus hun licht legt een langere weg af.Door de vele verstoringen in die dampkring fonkelen ze.
Als zodanig lijkt een lichtbundel die van een ster komt veel kleiner dan een lichtbundel van een nabije planeet. De kleinere lichtbundel van de ster wordt merkbaarder gebogen in de atmosfeer, wat zorgt voor twinkeling, terwijl de lichtbundel van een planeet helemaal niet lijkt te bewegen . Dit is waarom sterren twinkelen en planeten niet.
Dat komt door de sluitertijd van onze camera's. Als je ruimtefoto's bekijkt van astronauten, hemellichamen en raketten die in het licht baden, zie je meestal geen sterren op de achtergrond. De oorzaak hiervan is gelegen in de werking van de camera.