We vinden adders vooral in de vochtige heide- en veengebieden. Grote populaties zijn te vinden in het Bargerveen en Dwingelderveld. Maar in de meeste heide- en veengebieden van enige omvang zijn ze aan te treffen.
De adder komt voor op de hoge zandgronden van Nederland met uitzondering van de duinen. Er zijn momenteel nog twee grote min of meer aaneengesloten leefgebieden van de adder, gelegen in Friesland en Drenthe en op de Veluwe. Daarnaast is de soort nog aanwezig in Overijssel en Limburg (Meinweg).
In de zomer zijn adders het meest actief. De kans op een ontmoeting is het grootst in het voorjaar op een zonnige ochtend, dan zijn ze nog niet zo snel. Je vindt ze op kale plekjes in het zand, op de heide of langs/op fiets- en wandelpaden waar ze het meest profiteren van de zon.
Ze verstopt zich het liefst op een plekje waar veel voedsel te vinden is met veel beschutting zodat we dit reptiel niet snel kunnen vinden.
De slang leeft vooral rond de grote rivieren in Nederland. Als je een ringslang in het wild wilt zien, maak je de meeste kans in de gebieden rond het IJsselmeer en in Utrecht, Gelderland, Overijssel, Drenthe en Friesland.
Dit zijn vooral eilanden als Ierland, IJsland en een aantal eilanden in de Grote Oceaan. Ook komen geen slangen voor op het zuidelijkste puntje van Zuid-Amerika, op Antarctica en in uiterst noordelijk Europa en Azië en noordelijk Noord-Amerika, dicht bij de Noordpool.
Hoe giftig is de adder? De adder is de enige gifslang in Nederland. Het gif van de adder is een gevaarlijke cocktail van gifstoffen, zoals bloedgif en zenuwgif, die de prooi verlammen.
Vlak na de geboorte zijn jonge adders bijzonder kwetsbaar en worden ze bedreigd door een groot aantal natuurlijke vijanden: zoogdieren (zoals egel, bunzing, vos, das en wild zwijn), vogels (zoals buizerd, reiger, bosuil, ekster en raaf), reptielen (zoals gladde slang) en zelfs amfibieën.
De dieren eten vooral muizen en kleine hagedissen.Soms eten ze ook kikkers of vogeltjes. Vijanden Adders hebben ook vijanden. De slangen worden namelijk gegeten door bepaalde slangenarends en egels.
De adder is de enige giftige, wilde slang in Nederland. Als ze in een prooi bijt, bijvoorbeeld een muis, spuit ze gif met haar tanden in. Als het een grote prooi is, laat de adder haar prooi weer los.
Er ontstaat lokale zwelling en intense pijn ter hoogte van de beet.De huid krijgt een donkerpaarse kleur en er verschijnen kleine bloedstortingen rond de bijtplaats. Na 2 tot 3 dagen trekt dit langzaam weg. Daarnaast kunnen ook algemene symptomen voorkomen.
Het verspreidingsgebied van de gladde slang in Nederland omvatte ooit grote delen van de hogere zandgronden. Het zwaartepunt van de verspreiding ligt tegenwoordig op de Veluwe.
Naast zwellingen kun je last krijgen van buikpijn, diarree en overgeven. In sommige gevallen (ongeveer tien procent) zijn de gevolgen heftiger: het slachtoffer kan in een shock raken of last krijgen van verlammingsverschijnselen. Alleen een enkele keer heeft de beet een dodelijke afloop.
Inlandtaipan. De inlandtaipan is de giftigste slang ter wereld en leeft in het midden van Australië. Hij kan 20 jaar oud en 3 meter lang worden. Een beet van de inlandtaipan bevat genoeg gif om 100 mensen, 250.000 muizen of twee Afrikaanse olifanten te doden.
De ringslang is een watergebonden slang. Hij heeft ronde pupillen, gekielde schubben en twee duidelijke gele en zwarte vlekken achter de kop. Het is de grootste slang in Nederland (tot 1,20 m). Hij is niet giftig en bijt zelfs niet als hij gevangen wordt.
De adder is beschermd in Nederland, wat betekent dat je geen slangen mag doden, verwonden of vangen - dit geldt ook voor de eieren van de slangen.
In Nederland kun je drie inheemse soorten slangen tegenkomen: de adder, de ringslang en de gladde slang.
Sonja Slot vond deze adder in het natuurgebied De Engbertsdijksvenen. Hoewel adders geen waterslangen zijn, kunnen ze uitstekend zwemmen.
De symptomen van een adderbeet kunnen zeer uitgebreid zijn. 12 Pijn na de beet kan minimaal zijn. Meestal ontstaat snel een lokaal hemorragisch oedeem, dat zich geleidelijk van de plaats van de beet over de gehele extremiteit en zelfs over een deel van de romp kan uitbreiden en zeer lang kan blijven bestaan.
Probeer de slang niet zelf te vangen of te doden. Dode slangen kunnen nog enige uren reflexmatig bijten en het slangengif blijft nog zeer lange tijd giftig. Leg geen tourniquet aan op de getroffen ledemaat. Snij het gif niet uit de wond en zuig de wond niet uit.
Bij een slangenbeet zijn er een of twee kleine wondjes te zien die snel zwellen. De huid wordt rood en de beetplaats is pijnlijk. Het gif kan stoornissen in de vitale functies veroorzaken evenals misselijkheid, braken en spierkramp.
De Nederlandse adder mag dan meevallen, maar in Europa zijn wel degelijk echt gevaarlijke slangen te vinden. De zandadder die in de Balkan woont, is de giftigste soort van het continent. 'In Frankrijk heb je de aspisadder, een dier met een verraderlijk gif.
Wanneer de adder in de poot van je hond heeft gebeten, kun je het best een drukverband aanleggen en de poot spalken zodat deze niet kan bewegen. Je probeert beter niet de wond uit te zuigen of open te snijden of de poot af te binden. Ook de poot koel houden wordt afgeraden.
Anders dan zoogdieren hebben slangen geen middenrifspier om het longvolume te reguleren. In de plaats ademen ze door een reeks spieren rond hun extreem lange ribbenkast te activeren.