Wegname van de poliep via de plasbuis De TUR-blaas is de aangewezen behandeling. Op het einde van de ingreep wordt een sonde geplaatst die een tot twee dagen ter plaatse blijft. Na het verwijderen van de sonde, kan de patiënt nog enkele dagen wat bloed bij de urine zien of nu en dan een klontertje uitplassen.
Als er tumoren in de blaas worden gevonden dan kunnen deze goedaardig of kwaadaardig zijn. De goedaardige tumoren zijn poliepen (papillomen). Maar blaaspoliepen kunnen ook kwaadaardig zijn. Indien er sprake is van blaaskanker dan zijn er kwaadaardige tumoren gevonden.
Het orgaan ligt onderaan in de buikholte, is ongeveer zo groot als een grapefruit en is elastisch: de blaas kan groter en kleiner worden. Blaaskanker is een ziekte waarbij in de blaas ongecontroleerd, kwaadaardige cellen beginnen groeien. In een vroeg stadium spreekt men vaak over een blaaspoliep.
Blaaspoliepen zijn uitstulpingen van de bekleding van de blaas. Deze uitstulpingen zijn meestal kwaadaardig, daarom spreken we ook van blaaskanker. Er zijn veel verschillende vormen van blaaskanker. Blaaspoliepen zijn meestal oppervlakkig met een goede prognose.
De eerste 2 weken na de operatie mag u niet fietsen. De eerste 2 weken na de operatie mag u geen zwaar werk verrichten (meer dan 5 kilo tillen). De eerste 2 weken na de operatie mag u geen geslachtsgemeenschap hebben. Soms heeft u een branderig gevoel bij het plassen in de eerste week na de operatie.
Meestal blijft u na de operatie nog een of twee nachtjes in ons ziekenhuis. U heeft een katheter gekregen. Als uw urine de dag na de operatie helder is, verwijderen we de katheter. Als het plassen goed gaat, kunt u aan het eind van die dag naar huis.
Zwaar tillen, zware huishoudelijke werkzaamheden en bijvoorbeeld sporten, zijn activiteiten die u beter kunt vermijden. Fietsen en autorijden kunt u, als u zich beter voelt, weer hervatten. Wij adviseren om tot 6 weken na de operatie extra aandacht te besteden aan het eten van vezelrijke voeding.
Verwijderen van een poliep
Over het algemeen doet dit geen pijn omdat er geen pijnzenuwen in een poliep zitten. Voor grote poliepen kan een grotere operatie (klinische therapeutische hysteroscopie) in dagbehandeling nodig zijn.
De grootte van de poliep en hoe ver de poliep in de darm ligt, bepalen hoe lang de ingreep duurt. De ingreep duurt meestal tussen de 45 en 90 minuten. Soms lukt het niet om de poliep te verwijderen of geeft de ingreep een te grote kans op problemen.
Door middel van een kleine operatie (transurethrale resectie of TUR) kunnen de poliepen via de plasbuis verwijderd worden. Bij meer dan vijftig procent van de patiënten keren blaaspoliepen echter terug. Sommigen kunnen daarbij langzaam kwaadaardig worden en verder de blaaswand ingroeien.
Bloed of pijn bij het plassen zijn vaak de eerste klachten van blaaskanker. Blaaskanker groeit meestal langzaam. In het begin hebben de meeste mensen weinig of geen klachten. Blaaskanker wordt daarom vaak toevallig ontdekt.
De meeste mensen met blaaskanker hebben in het begin geen klachten. Als de tumor groeit, kun je last krijgen van bloed in je urine. Opvallend is dat je hierbij geen andere klachten hebt, zoals pijn of het gevoel van een blaasontsteking.
Ook zijn met een CT-scan uitzaaiingen in de longen te zien. Je kunt een CT-scan krijgen als blijkt dat je spierinvasieve blaaskanker hebt.
Blaaskanker zaait meestal uit naar de lymfeklieren, longen, lever en botten.
Er zijn verschillende onderzoeken om blaaskanker op te sporen. Een urineonderzoek kan afwijkende cellen vinden. Daarna is verder onderzoek nodig om te zien waar de tumor precies zit. Een echografie (onderzoek met geluidsgolven) van de nieren en van een gevulde blaas kan al een idee geven en is pijnloos.
Blaastumoren kunnen zowel goed- als kwaadaardig zijn. Goedaardige tumoren van de blaas worden goedaardige poliepen of benigne papillomen genoemd. De kans dat een tumor in de blaas goedaardig is, is ongeveer 5%. De resterende 95% is kwaadaardig; dan is sprake van kanker.
Het gebeurt regelmatig dat u de eerste 24 uur na de operatie geen ontlasting hebt. Dat is normaal. Als de ontlasting langer dan 48 uur uitblijft, wordt het risico op persen en pijn groter.
De meeste poliepen in de darm zijn goedaardig. Soms groeit een poliep in 10 tot 15 jaar tijd uit tot een kwaadaardig gezwel (een darmtumor). Dit gebeurt bij 1 op de 20 darmpoliepen.
Meestal wordt 1 week na de operatie ook begonnen met een neusspray die aangroei van poliepen moet voorkómen. Volledige genezing van het neus- en neusbijholten-slijmvlies is meestal pas bereikt na 4-6 weken. Gedurende die periode kan korstvorming en overvloedige slijmvorming met soms bloedige bijmenging optreden.
De belangrijkste risicofactoren voor darmpoliepen zijn het eten van veel vlees, overmatig alcoholgebruik, roken, te weinig lichaamsbeweging en overgewicht. De kans op het ontstaan van poliepen is mogelijk groter bij mensen die veel dierlijke vetten en vlees eten.
Poliepen kunnen terugkeren, dus soms moet deze behandeling worden herhaald.
Als u voor neuspoliepen geopereerd bent kan het zijn dat de poliepen weer terugkomen. Dit komt vaak voor. De operatie verandert namelijk niets aan de eigenschappen van uw neusslijmvlies.
Zorg ervoor dat u niet te veel druk zet/perst als u moet plassen en let op de juiste houding: rechtop zitten, voeten gespreid op de grond en probeer te ontspannen. Let er op dat u goed uit plast bij ieder toiletbezoek. Drink per dag gemiddeld 1,5 tot 2 liter water.
Sinds begin 2021 kunnen vrouwen met een verzakking in dagbehandeling geopereerd worden in het Martini Ziekenhuis. Een narcose of ruggenprik en opname op een verpleegafdeling is niet meer nodig. De operatie gebeurt onder sedatie (een roesje) en lokale verdoving.
Bij blaaskanker is het moeilijk vast te stellen of iemand echt genezen is. Ook na een behandeling die gericht is op genezing, kan de ziekte terugkomen. Als de ziekte terugkomt, is dat meestal binnen vijf jaar. Bij oppervlakkige vormen van blaaskanker is de kans dat de ziekte binnen vijf jaar terugkomt gemiddeld 55%.