West-Slavische stammen waren de Abodriten, Veleti, Lutici, Sorben en ook de stam waaruit zich later de Polen zouden ontwikkelen, de Polanen. De eerste pogingen tot de vorming van een staat door de West-Slaven vond plaats ten zuiden van het huidige Polen, in het gebied van het huidige Tsjechië en Slowakije.
Polen ontstaat als zelfstandig land in de tiende eeuw, wat gepaard gaat met een zekere mate van kerstening en germanisering. Vierhonderd jaar later verbindt Polen zich met zijn oosterbuur, het groothertogdom Litouwen; een personele unie die in 1573 overgaat in het Pools-Litouwse Gemenebest.
Het Koninkrijk Polen werd in 1025 opgericht en zou zich later samenvoegen tot het Pools-Litouwse Gemenebest, destijds een van de grootste rijken in Europa. Vanaf de 18e eeuw werd Polen opgedeeld door rivaliserende grootmachten, waardoor het in 1795 geheel van de kaart verdween.
Polen werd na de Tweede Wereldoorlog een zogeheten satellietstaat van de Sovjet-Unie. Het land was officieel onafhankelijk, maar werd in feite geregeerd door de Sovjets. Het communistische rijk breidde zich flink uit, maar erg rustig was het er niet.
Polen, dat in de 10e eeuw door zuiver Slavische stammen, de zogenaamde West-Slaven, die zich na de volksverhuizing tussen de Oder en de Weichsel gevestigd hadden, gesticht werd, heeft weliswaar zijn Slavisch karakter niet verloren, maar de niet-Slavische elementen treden bij de bevolking van het huidige Polen in ...
Van 1944 tot 1952 was de officiële naam nog Republiek Polen (Polska Rzeczpospolita). In 1944/1945 verdreef het Rode Leger en het Poolse Volksleger het Duitse leger uit Polen. Polen werd als staat hersteld.
In november 1918, na 123 jaar afwezigheid op de politieke kaart van Europa, herwon Polen haar onafhankelijkheid.
Door vrij verkeer van arbeid tussen Nederland en de rest van de Europese Unie stijgt het aantal arbeidsmigranten in Nederland al jaren. De meesten van hen komen uit Polen en andere EU-landen.
Eeuwenlang was Oekraïne gewoon onderdeel van het Russische tsarenrijk, maar het waren de communisten die het land in 1921 na drie jaar onafhankelijkheid promoveerden tot de 'Oekraïense Socialistische Sovjetrepubliek', een van de vijftien republieken die de Sovjet-Unie vormden.
Het land kent een donkere geschiedenis, maar zit tegelijkertijd ook vol kleur en leven. Kleurrijke steden zoals Krakau en Hanzestad Gdańsk en het frisse groen en blauw van het oerbos en de Mazurische meren tonen de veerkrachtigheid van het land. Dit zijn de meest bijzondere bezienswaardigheden van Polen.
De Russische oud-president Dmitri Medvedev, nooit verlegen om een straffe uitspraak, stelde voor dat Polen dan ook maar de Duitse namen teruggeeft van de vroegere Duitse steden die in 1945 bij Polen werden gevoegd, dus Danzig voor Gdansk, Stettin voor Szeczin en Breslau voor Wroclaw.
Het nationale gerecht van Polen is bigos (letterlijk: stoofpot voor jagers) dat een mix is van gesneden witte kool, zuurkool en champignons met verschillende soorten vlees. Het vlees varieert van varkensvlees (vaak gerookt), ham, spek, rundvlees, kalfsvlees, worst tot wild. Ook typisch Pools is pierogi.
Ongeveer 97% van de bevolking is rooms-katholiek. Ca. 1,5% behoort tot de Russisch-Orthodoxe Kerk en 0,5% is protestants, van wie de meeste lutheranen.
Polen is qua oppervlakte ruim zeven keer zo groot als Nederland. De ligging is in de loop de eeuwen talloze malen veranderd, de laatste keer na de Tweede Wereldoorlog, en het land is zelfs een periode van de landkaart verdwenen (1772-1918).
De officiële taal in Polen is het Pools. Het is net als het Russisch een Slavische taal. Naast het Pools wordt als tweede taal Russisch, Duits en Engels gesproken.
Het woord Polen is afkomstig van het Poolse woord Pole, hetgeen veld of vlakte betekent. Onder koning Casimir de Grote (1333-1370) moderniseerde Polen; de Universiteit van Krakau (1364) werd opgericht, de economie groeide sterk en het land werd uitgebreid in oostelijke richting.
Indo-Europese nomadenstammen worden als de eerste bewoners op de Krim beschouwd (circa 8e-7e eeuw voor Christus). In de eeuwen daarna werd de Krim door verschillende volkeren bewoond en gekoloniseerd, wat de eeuwenlange multinationale bevolking verklaart.
Het land vormde van 1917 tot 1991 als Russische Socialistische Federatieve Sovjetrepubliek (RSFSR) de kern van de Sovjet-Unie. Rusland is een onafhankelijk land en invloedrijk lid van het Gemenebest van Onafhankelijke Staten (GOS). In diplomatieke zaken wordt Rusland gezien als de opvolgerstaat van de Sovjet-Unie.
De meeste van hen kwamen uit Syrië (57000; 4,5% van het aantal inwoners met een niet-Nederlandse nationaliteit), gevolgd door Indiers (42.000; 3,3%), Chinezen (41.000; 3,3%) en Indonesiërs (13000; 1,1%). Afrika vormde het derde werelddeel waaruit inwoners met een niet-Nederlandse nationaliteit kwamen.
De vier grootste niet-westerse groepen in Nederland hebben een Turkse (397 duizend), Marokkaanse (386 duizend), Surinaamse (349 duizend) of Antilliaanse (151 duizend) achtergrond. Deze vier groepen groeiden de afgelopen jaren alleen nog door de geboorte van de tweede generatie.
In absolute cijfers heeft Den Haag, met bijna 12.000, het grootste aantal Poolse ingezetenen.
Nadat Polen en Litouwen in 1569 tot één staat werden verenigd, besloot het parlement zich in Warschau te vestigen, omdat de stad zo centraal was gelegen. Nog belangrijker werd de stad toen koning Zygysmunt III in 1596 besloot de hoofdstad van Polen te verplaatsen van Krakau naar Warschau.
Polen opgedeeld
In 1596 werd de Poolse hoofdstad verplaatst van Krakau naar Warschau. Het was een eerste signaal dat de bloeiperiode van Krakau ten einde liep.
Dat door de Sovjet-Unie uitgeruste leger nam deel aan de bevrijding van Warschau. Wat de Duitsers van Warschau overlaten is niet meer dan een gigantische puinhoop. Vrijwel alle gebouwen zijn verwoest en het grootste deel van de bevolking is gedeporteerd. Inwoners van Warschau ruimen puin na de bevrijding.