Om een goede samentrekking op woordniveau te maken, moet je je aan enkele grammaticale regels houden. Wat je weglaat moet in beide delen dezelfde vorm en betekenis hebben. Niet juist zijn bijvoorbeeld in- en uitverkocht (ingekocht en uitverkocht) en straat- en linkerarm (straatarm en linkerarm).
Bij een samentrekking kies je ervoor delen van woorden, woordgroepen of zinnen weg te laten in plaats van ze telkens te herhalen. Voorbeelden zijn land- en tuinbouw, oude en nieuwe boeken en hoofd- en kleine letters.
Foutieve samentrekkingen
Als er bij een samentrekking geen sprake is van dezelfde betekenis, dezelfde grammaticale functie en dezelfde plek in de zin, dan gaat het om een foutieve samentrekking. Enkele voorbeelden daarvan zijn: Hij heeft een diploma en daar hard voor gewerkt.
Samengestelde woorden worden ook wel samenstellingen genoemd.
Samenstellingen worden in de regel aaneengeschreven, bijvoorbeeld: bierglas, hogeschool, tienkamp, wandelschoenen, badkamerdeurklink. Als er tussen de delen van een samenstelling klinkerbotsing optreedt, is een koppelteken verplicht: milieu-inspectie, auto-ongeluk.
Simpele regel: altijd aan elkaar
Samenstellingen (woorden uit twee of meer zelfstandige naamwoorden) schrijf je altijd aan elkaar, zonder spaties dus. Het is bijvoorbeeld autoverzekering en niet auto verzekering. Ook langere woorden schrijf je aan elkaar, tenzij er verwarring ontstaat.
Een voorbeeld van een foutieve samentrekking is 'Die film is erg goed en mag je niet missen! ' In 'Die film is erg goed' is die film onderwerp; in '(die film) mag je niet missen' is die film lijdend voorwerp. Omdat die film niet dezelfde functie heeft, is deze samentrekking niet juist.
Een bijwoordelijke bijzin van voorwaarde noemt de voorwaarde waaraan dat wat in de hoofdzin staat, moet voldoen. Je kunt de dat/als-constructie verbeteren door de bijzin die met als begint, achteraan de zin te plaatsen.
Foutieve beknopte bijzin betekenis
Een beknopte bijzin is een bijzin zonder onderwerp, persoonsvorm en gezegde. Als je er een gewone bijzin van maakt, moet het onderwerp van deze bijzin hetzelfde zijn als het onderwerp van de hoofdzin. Als dit niet het geval is, krijg je een foutieve beknopte bijzin.
Een foutieve inversie is een fout in de woordvolgorde van de zin. De volgorde is meestal onderwerp + persoonsvorm + de rest van de zin. Bij een foutieve inversie verwissel je het onderwerp en de persoonsvorm van plaats, terwijl dit niet zou moeten.
Gelijkwaardige woorden
Woorden die gelijkwaardig aan elkaar zijn, worden volgens de meeste taalautoriteiten niet aan elkaar geschreven maar verbonden met een koppelteken. Woorden zijn gelijkwaardig als ze tot dezelfde woordsoort behoren (e.g., zelfstandig naamwoord of bijvoeglijk naamwoord).
Een samenstelling is een woord dat uit twee of drie woorden bestaat. Deze woorden moet je in het Nederlands gewoon aan elkaar vast schrijven. Voorbeelden: fiets + sleutel = fietssleutel.
In het volgende voorbeeld staat een foutieve inversie: 'Op zaterdag gaan we altijd voetballen maar vandaag was ik ziek'. In deze zin is er geen sprake van een vragende zin. Ook begint de zin niet met een ander zinsdeel dus is er een foutieve inversie.
Met materialen als beton en staal kunnen stevige constructies gebouwd worden. Zij kunnen krachten goed opvangen, zeker als ze in combinatie met elkaar gebruikt worden. Ook de vorm is heel belangrijk voor een constructie. Een voorbeeld van een sterke, starre vorm is de driehoek.
Formuleren betekent: in woorden omzetten. Als je schrijft wil je gedachten omzetten in woorden. Je wilt dat de lezer van jouw tekst begrijpt wat je wilt zeggen.
Sommigen van jullie kennen hem misschien als de dat/als-constructie. Maar ook voor andere voegwoorden geldt dat je ze beter niet achter elkaar kunt zetten. Twee voegwoorden naast elkaar? Niet doen.
Een weglatingsstreepje geeft aan wanneer een deel van het woord is weggelaten. Als er dus geen deel is weggelaten hoef je het streepje ook niet te plaatsen. Met andere woorden alleen als het oorspronkelijke woord aan elkaar werd geschreven schrijf je een streepje, waren het losse woorden, dan komt er geen streepje.
Een stijlfout houdt in dat je zonder opzet afwijkt van de stilistische conventies van een taal. Dit betekent dat je de fout niet bewust maakt om een bepaald effect te bereiken, maar dat het om een fout gaat die er per ongeluk tussendoor glipt.
Een koppelteken is een leesteken dat onderdelen van samenstellingen of samenkoppelingen met elkaar verbindt. Het heeft de vorm van het kortste liggende streepje en komt daarmee uiterlijk overeen met het afbreekstreepje en het weglatingsstreepje: in de typografie wordt voor alle drie de tekens een divisie gebruikt (-).
Koffiezetten, koffiedrinken, pianospelen en vioolspelen zijn daarin bijvoorbeeld als samenstelling opgenomen, maar gas geven, gitaar spelen en cello spelen niet. In een aantal gevallen zijn beide schrijfwijzen verdedigbaar.
Het koppelteken (-) is het korte liggend streepje dat gebruikt wordt om de delen van sommige samenstellingen, afleidingen en samenkoppelingen te verbinden.