Binnen een erf mag u uw motorvoertuig alleen parkeren op een daarvoor aangewezen plek. Als een erf ook een zone is waarbij een parkeerschrijf gebruikt moet worden, dan zijn de artikelen 25 en 26 van toepassing.
Je mag op een erf alleen stapvoets rijden. Dit betekent niet harder dan 15 kilometer per uur. Je mag je auto op een erf alleen op plekken parkeren die als parkeerplaats zijn gemarkeerd. Het erf is een plek voor kinderen, voetgangers en fietsers.
Stilstaan is zowel toegestaan aan de rechterzijde als aan de linkerzijde van de rijbaan. In verband met de veiligheid geniet het de voorkeur om aan de rechterzijde stil te staan. Stilstaan en parkeren mag je in principe overal waar het niet verboden is.
U heeft een vraag over het parkeren van uw auto in een woonerf. In een woonerf is parkeren voor bestuurders van motorvoertuigen alleen toegestaan op die plaatsen die als zodanig zijn aangeduid of aangegeven.
Woonerven bestaan sinds 1976 onder de woonerfregeling. Daarnaast waren er informele boerenerven en winkelerven. In 1989 zijn deze verschillende soorten erven onder de noemer 'erf' samengevoegd in de regeling van woonerf naar erf. De snelheidslimiet op een erf is 15 km/uur (oorspronkelijk aangeduid als stapvoets).
Woonerf. Binnen een woonwerf mogen voetgangers op de rijbaan wandelen en kinderen mogen er spelen. Daarom mag je er maximaal maar 20 km/uur rijden.
Hoe gebruik je de parkeerschijf? Je mag maximaal 2 uur parkeren, behalve als een opschrift of onderbord een kortere parkeertijd geeft.
Het woonerf is een straat of plein(tje) waarbij de nadruk zeer sterk ligt op de verblijfsfunctie: wonen, spelen, wandelen enzovoort. Doorgaand verkeer is op een woonerf niet mogelijk. De filosofie hierachter is dat de auto "te gast" is in het woonerf.
Op een woonerf gelden geen speciale voorrangsregels. Voetgangers en fietsers hebben dus niet altijd voorrang op een woonerf, zoals sommige mensen denken. Bij het inrijden of verlaten van een woonerf kan er sprake zijn van een uitrit, waar bestuurders al het andere verkeer voor moeten laten gaan.
Er wordt bijvoorbeeld vaak op de stoep geparkeerd. Dit soort parkeergedrag valt onder 'hinderlijk parkeren'. Weggebruikers horen te weten dat je niet op een stoep of voor een uitrit mag parkeren. Hiervoor zijn dus geen extra maatregelen, zoals gele strepen, extra borden, paaltjes of witte kruizen nodig.
Stilstaan en parkeren zijn gedefinieerd in de regelgeving: Stilstaan doe je enkel wanneer je iemand laat in- of uitstappen of je auto in- of uitlaadt, of dat nu 1 minuut of 1 uur duurt. Parkeren doe je wanneer je langer stilstaat dan nodig voor het in- of uitstappen of in- of uitladen.
U verlaat het erf altijd middels een uitrit. U kunt een uitrit herkennen aan diverse kenmerken. Het verlaten van een uitrit wordt gezien als bijzondere manoeuvre, u dient dus het overige verkeer voor te laten gaan. Dit is ook het geval wanneer er geen sprake is van een woonerf maar een ander soortige uitritconstructie.
Op een fietsstrook (onderbroken of ononderbroken streep en fietssymbool) mogen ze niet parkeren en niet stilstaan. Wel mogen auto's over een fietspad met onderbroken streep rijden om bijvoorbeeld af te slaan of naar een parkeerplaats te rijden. Kinderen onder de acht jaar mogen alleen achterop in een zitje.
Net als 30km/uur-gebieden kent ook een erf geen fietsvoorzieningen en zijn eventuele kruispunten gelijkwaardig.
In rustige straten kan de ruimte herverdeeld worden door ze om te vormen tot 'woonerf'. Auto's mogen er maximaal 20 km/u rijden en voetgangers en fietsers mogen de volledige breedte van de openbare weg gebruiken. Dit geeft meer ruimte aan voetgangers en fietsers en maakt fysieke afstand mogelijk.
Parkeren is het laten stilstaan van je voertuig, anders dan het direct laten in- of uitstappen van passagiers of voor het laden en lossen. Nog simpeler gezegd, parkeren is wat niet onder stilstaan valt. Voorbeelden van parkeren: Boodschappen doen en de auto achterlaten.
Het is verboden een voertuig dat, met inbegrip van de lading, een lengte heeft van meer dan 6 meter of een hoogte van meer dan 2.40 meter op wegen binnen de bebouwde kom en in recreatiegebieden van de gemeente te parkeren.
De persoon voor wiens eigendom je geparkeerd staat, kan aan de politie vragen om je voertuig weg te takelen. De politie is hiertoe niet verplicht. Normaal zal ze eerst proberen uit te zoeken wie de eigenaar is van het voertuig, zodat deze zijn of haar voertuig vrijwillig kan verplaatsen.
In een erf is de maximumsnelheid 15 km/h. Dit geldt voor alle bestuurders.
Als je een uitrit verlaat, denk bijvoorbeeld aan een woonerf of een parkeerplaats, moet je al het andere verkeer voorrang geven.
Binnen de bebouwde kom mogen motorvoertuigen maximaal 50 km per uur.Buiten de bebouwde kom mogen motorvoertuigen 130, 100 of 80 km per uur afhankelijk van de weg waarop zij rijden. De grens van de bebouwde kom volgens de Wegenverkeerswet is voor de meeste mensen duidelijk, maar het is zeker niet de enige grens.
Verlaat u een erf of een 30 kilometerzone met een uitritconstructie (bijvoorbeeld hoogteverschil door een oprit) dan moet u alle weggebruikers voor laten gaan. Is er geen sprake van een uitritconstructie dan heb je te maken met een gelijkwaardige kruising en dan gelden de normale voorrangsregels.