Cent is een van vijf muntnamen die het meest in de spreuken voorkomen. Deze munt is in 1816 ingevoerd als 1/100 deel van een gulden. De naam, die waarschijnlijk is ontleend aan het Amerikaans Engels, waar de cent in 1786 als 1/100 deel van de dollar was ingevoerd, gaat uiteindelijk terug op Latijn centum 'honderd'.
Een cent (afgekort c of ¢) is het honderdste (naar het Latijn: centum, "honderd") deel van veel munteenheden.
Een muntje van 1 cent uit Monaco, uit 2001 of 2002, is om en bij de 100 euro waard. Hetzelfde geldt voor een muntje van 2 cent uit het Vaticaan uit 2002 of 2003.
De tien cent Koningin Wilhelmina 1944 D is tijdens de bezetting geslagen in Amerika en bestemd voor Nederland en heeft een oplage van 25.400.000. Van deze oplage zijn slechts enkele stuks in circulatie en daardoor is de tien cent Wilhelmina 1944 D zeer zeldzaam.
1 en 2 eurocent blijven wettig betaalmiddel
U kunt met deze munten afrekenen. Heeft een winkelier vooraf duidelijk gemaakt dat hij afrondt? Dan hoeft hij geen munten van 1 en 2 eurocent wisselgeld te geven.
Bijna 2 jaar geleden kwam de doodsteek voor de kleine centjes.Sinds eind 2019 mogen winkeliers het eindbedrag afronden tot op 5 cent. Daardoor verloren de muntjes van 1 en 2 cent in de praktijk hun nut.
Ook de bijnaam rooie of rooie rug (en vandaar, enigszins vulgair, alleen rug) voor een biljet van duizend gulden vindt zijn oorsprong in de 19e eeuw, toen deze biljetten een rode achterzijde hadden.
Een dubbeltje is een klein voormalig Nederlands geldstuk, een munt, oorspronkelijk van zilver, met een waarde van een tiende gulden. Het muntstuk van 10 eurocent wordt ook wel een dubbeltje genoemd.
Binnen zo'n serie is de kleur van de muntjes hetzelfde en is het muntje met meer waarde een stukje groter dan de vorige. Om dus te voorkomen dat de duurste munten te groot gaan worden, begint de nieuwe serie met een wat kleiner muntje dan de grootste van de vorige serie. Dus: 10 cent is kleiner dan 5 cent.
In Spanje kun je tol betalen met contant geld. Let op: meestal niet met biljetten van 100 en 200 euro en munten van 1 en 2 cent.
Sinds 1 december 2019 ronden we cashbetalingen af op 5 cent. De munten van 1 en 2 cent blijven wel nog geldig als betaalmiddel.
De kosten voor het storten zijn 3% met een minimum van €9,95. Per jaar mag je maximaal €10.000 aan contant geld storten. Muntgeld storten is niet mogelijk.
Muntgeld neem je op bij een van de muntautomaten in de bouwmarkten van Gamma en Karwei of in de Geldmaatwinkels. Check de Locatiewijzer voor de plaats en openingstijden van de automaten van Geldmaat.
Goede doel. Wie nu al van zijn rosse centjes af wil: heel wat banken en handelszaken zamelen de koperen muntjes in voor het goede doel. Bij BNP Paribas Fortis kunnen klanten in alle kantoren muntjes van 1, 2 en 5 eurocent deponeren. De opbrengst gaat naar Voedselbanken.
Deze poster laat de geschiedenis van de 50 uitgegeven Nederlandse bankbiljetten zien van 1814 tot 2002. Van het eerste biljet (waardepapier) tot bijvoorbeeld de Zonnebloem (50 gulden) en de Snip (100 gulden) ze staan allemaal chronologisch gerangschikt van waarde (5 gulden tot 1000 gulden) op deze unieke poster.
Heb je thuis nog oude Nederlandse guldens of bankbiljetten? Of wil je weten wat de waarde van je centen en stuivers is? Gooi deze oude munten en biljetten vooral niet weg!Deze bankbiljetten kun je namelijk nog inleveren bij de Nederlandsche Bank tot het jaar 2032.