Agressief gedrag kan verschillende oorzaken hebben. Het kan te maken hebben met het karakter van je kind, maar ook met de vrienden met wie je kind omgaat. De oorzaak kan ook liggen in spanningen en stress. Het is ook mogelijk dat je kind moeite heeft om emoties te beheersen.
Soms kan een manier van kijken, iets zeggen of een bepaalde houding al agressie uitlokken. De basis voor agressief gedrag is zeer complex en dus lastig te doorgronden. Verschillende mensen kunnen totaal anders reageren op eenzelfde gebeurtenis.
Als eerste vormt het agressieve gedrag een uiting (reactie) op frustratie. Deze vorm (frustratie-agressie of emotionele agressie genoemd) is een poging van de agressor zijn innerlijke 'emotionele druk' te ontlasten. Ten tweede kan agressief gedrag worden ingezet een gewenst doel/belang te realiseren.
Kenmerken kunnen zijn: Chagrijnig. Negatieve gevoelens, boosheid en frustratie uiten. Niet of slecht luisteren en/of communiceren.
Luister naar de oorzaak
Meestal ligt de aanleiding voor frustratieagressie in regels, afspraken, begrenzing of gedragscorrectie. De agressie kan gericht zijn tegen jou als persoon. Maar even goed krijg je de agressie over je heen omdat jij het systeem, de instelling, de regelgeving of de autoriteit vertegenwoordigt.
Wie emoties opkropt, wordt op den duur ziek of raakt gefrustreerd. Af en toe je boosheid ventileren, is dus best gezond. Maar als je andermans grenzen overschrijdt, (bewust) schade berokkent aan iets of iemand, of als je met je woede iets probeert te af te dwingen ten koste van de ander, dan is er sprake van agressie.
Door op een juiste manier te ademen en te bewegen kun je boze gevoelens opzij zetten en meer ontspannen. Dit zorgt ervoor dat je minder snel geïrriteerd raakt en boze gevoelens niet opgekropt worden. Je kunt daarmee dus een explosie van woede in de vorm van een woedeaanval voorkomen.
Door psychiatrische aandoeningen en hersenbeschadigingen kunnen kinderen of volwassenen soms zeer onrustig, agressief of angstig zijn. Als dit niet op een andere manier goed onder controle is te krijgen, schrijven artsen rustgevende medicijnen voor. Meestal is dat een antipsychoticum, zoals risperidon of pipamperon.
Er zit iets anders achter
Veel volwassenen hebben ook nooit geleerd om hun gevoel te herkennen en reageren uit gewoonte altijd boos. Met een muur van boosheid schrik je mensen af en ben je minder kwetsbaar. Toch is het goed om je af te vragen of er iets anders achter jouw boosheid zit.
Antisociaal gedrag: Als je antisociaal gedrag laat zien word je niet alleen vaak boos, maar doe je ook dingen die echt niet mogen. Bijvoorbeeld schreeuwen, pesten, liegen en vechten. Ook maak je wel eens dingen stuk of steel je. En het kan zijn dat je weleens spijbelt of wegloopt.
Als je meerdere keren 'ja' hebt geantwoord of als je dit gedrag bij jezelf herkent, is het tijd om hulp te zoeken. Praat met iemand die je vertrouwt, bel 1712 of ga langs bij een hulpverlener. Hulp zoeken is niet gemakkelijk en vergt veel moed, maar besef dat de situatie wellicht nooit vanzelf beter wordt.
begrip tonen en een gevoelsreflectie geven. vragen stellen en doorvragen naar de oorzaken van de frustraties. samenvatten om te controleren of je de ander goed hebt begrepen. het gesprek afronden met een aanbod dat je waar kunt maken en dat voor de ander acceptabel is.
Frustratie-agressie is een van de meest voorkomende vormen van agressie. Het ontstaat door een opeenstapeling van irritaties en negatieve ervaringen. Uiteindelijk zorgt dit voor een uitbarsting van emoties. Frustratie-agressie is daarom ook niet gericht aan jou: het is woede die iemand richt op zichzelf.
Psychopathologische agressie: deze vorm zie je vaak in combinatie met middelengebruik (drank/drugs, medicatie) of als gevolg van neurologische of psychiatrische aandoeningen, zoals dementie en PTSS. Doordat je niet precies weet wat er in het hoofd van de cliënt omgaat is het lastig in te schatten hoe hij zal handelen.
Er zijn verschillende manieren om met de gevoelde boosheid om te gaan. Je kunt je boosheid uiten, of niet uiten. Je boosheid uiten kan gebeuren op een adequate manier, maar ook op een niet- adequate manier. Wanneer boosheid direct en op een niet-ade- quate manier wordt geuit, spreken we van agressie.
Agressie kent diverse uitingsvormen: ➢ verbaal (schelden, beledigen, vijandige boodschappen uitzenden, bedreigen); ➢ psychisch (lastig vallen, onder druk zetten, intimideren, bedreigen, irriteren); ➢ fysiek (dreigende houding aannemen, schoppen, slaan, bijten, vastgrijpen).
Instrumentele agressie is meestal doelgericht en daarom meer overwogen en minder emotioneel. Vijandige agressie gaat samen met verhoogde emotionele lading bij de dader (woede, maar ook angst of depressie) en is vaker impulsief en in reactie op situaties.
Het gaat dus om feitelijke agressie én om gevoelens van onveiligheid die worden veroorzaakt door vijandig, vernederend of intimiderend gedrag.
Agressie en geweld worden vaak in één adem genoemd maar zijn niet hetzelfde. Iedere vorm van gewelddadig gedrag is altijd agressief, maar andersom zijn agressieve gedragingen niet altijd gewelddadig.
Wat gebeurt er bij boosheid of woedeaanval in de hersenen? Kenmerkend voor een driftbui is dat lichaam en geest volledig zijn overgenomen door wat we ook wel het "reptielenbrein" noemen. Dit is het deel van de hersenen wat voor overleving zorgt en gereguleerd wordt door met name onze emoties.