Vrouwelijke woorden zijn vaak herkenbaar aan hun vorm. Woorden die eindigen op: -heid, -nis, -ing, -st, -schap, – de, -te, -ij, -ie, -iek, -ica, -theek, -(i)teit, -tuur, -ade, -ide, -ode, -ude, -age, – ine, -se, -ee, -ose, -osis, -xis en -itis zijn meestal (maar dus niet altijd!)
Het woordgeslacht zie je aan een (o), (m) of (v) achter het woord in het woordenboek. Bij onzijdige woorden gebruik je altijd het lidwoord “het” of “een”. Mannelijke en vrouwelijke woorden krijgen altijd “de” of “een” als lidwoord.
Een aantal vrouwelijke woorden is aan de vorm te herkennen: woorden op -de, -te, -heid, -ij, -ing, -ie, -theek, -teit en -nis zijn doorgaans vrouwelijk. Ook de-woorden op -tuur en -schap worden over het algemeen als vrouwelijk beschouwd.
Zelfstandig naamwoorden met het lidwoord 'het' zijn altijd onzijdig. Hiernaar verwijs je met 'het' en 'zijn'. De-woorden zijn daarentegen mannelijk of vrouwelijk. Hiernaar verwijs je respectievelijk met 'hij' en 'hem' en met 'zij' en 'haar'.
In het Nederlands hebben alle woorden een geslacht. Het-woorden zoals het huis, het licht en het kantoor zijn allemaal onzijdig.
In tegenstelling tot veel moderne talen, zoals het Duits en de Romaanse talen, maakt het moderne Engels geen gebruik van grammaticaal geslacht. Aan elk zelfstandig naamwoord wordt een mannelijk, vrouwelijk of onzijdig geslacht toegekend, ongeacht of het zelfstandig naamwoord een biologisch geslacht heeft. Zo is bijvoorbeeld table vrouwelijk in het Frans (la table) en mannelijk in het Duits (ein ...
in de meeste gevallen wanneer het woord eindigt op: -heid, -nis, -ing, -schap, -de, -te, -ij, -st. De onderneming en haar personeel. Een paar uitzonderingen zijn: het schilderij, het waterschap, het gezelschap, het burgerschap.
Vrouwelijke uitgang of vrouwelijke cadens, een term in de muziektheorie voor een zin of beweging die eindigt op een onbeklemtoonde noot of zwakke cadens .
Als een de-woord mannelijk is, staat er in woordenboeken en spellinglijsten een m achter.Bijvoorbeeld: boom, de (m.).Bij vrouwelijke woorden staat er een v achter, bijvoorbeeld: begroting, de (v.). Als er alleen de achter een woord staat, is het mannelijk én vrouwelijk.
Is het 'de bloem' of 'het bloem'?
Het is 'de bloem', want bloem is mannelijk en vrouwelijk. Als je het aanwijst is het 'die bloem'.
Namen van steden, gemeenten, landen, regio's en werelddelen zijn doorgaans onzijdig.
Is het 'de koffie' of 'het koffie'?
Het is 'de koffie', want koffie is mannelijk.
Is het 'de museum' of 'het museum'?
Het is 'het museum', want museum is onzijdig.
Sommige de-woorden zijn mannelijk, bijvoorbeeld bal, film, strijd. Andere zijn vrouwelijk, bijvoorbeeld informatie, regering, gunst. Een groot aantal de-woorden kan zowel mannelijk als vrouwelijk zijn. Dat geldt bijvoorbeeld voor stad, vaas, school, deur, taal, groep en jas.
Bijvoorbeeld: 'de krant, de manier waarop hij hem plagerig vasthoudt' (krant is vrouwelijk) en 'mijn hand hangt zo mistroostig, de manier waarop hij hem in zijn eigen handen neemt' (ook hand is vrouwelijk).
Twee vrouwelijke uitzonderingen zijn zelfstandige naamwoorden die eindigen op -son of -ion. Deze zijn beide vrouwelijk (een handig ezelsbruggetje om te onthouden is van een vrouwelijke zoon met een strijkijzer). Een uitzondering op deze uitzondering is 'avion' (vliegtuig), dat mannelijk is.
We gebruiken het bezittelijk voornaamwoord haar om naar vrouwelijke woorden te verwijzen (de regering en haar standpunt) en het bezittelijk voornaamwoord zijn om naar mannelijke en onzijdige woorden te verwijzen (de koning en zijn besluit, het comité en zijn rapport).
Boum ! is vaak geslachtloos . Het is une onomatopée (=een onomatopee) voor een geluid, zoals “Bang!” of “Crash!” Van dat geluid krijgen we ook het Franse zelfstandig naamwoord un boum, in de mannelijke vorm. Un boum betekent “een schokgolf, een knal” (J'ai entendu un boum = ik hoorde een hard geluid).