Oververhitte vleermuizen zoeken verkoeling op buitenmuur. Foto: Dierenambulance Woudenberg e.o. Dat heeft als gevolg dat vleermuizen soms noodgedwongen moeten verhuizen naar een koelere plek (overdag vliegende vleermuizen) of dat vleermuizen overdag (bijna) buiten hangen voor wat frisse (minder hete lucht).
Vleermuizen zijn echte liefhebbers van de zon. Niet om zelf lekker in te zonnen, maar door de warmte die ze geeft.
In de zomer vinden we kolonies van deze soorten vooral in bomen. Ze gebruiken dan vaak verlaten spechtenholen. Watervleermuizen gebruiken voor de winterslaap vooral mergelgroeven, forten, bunkers en ijskelders. Rosse vleermuizen daarentegen gebruiken holle bomen niet alleen in zomer, maar ook als winterslaapplaats.
Overdag slapen vleermuizen hangend op hun kop of weggekropen op plekken waar ze moeilijk te bereiken zijn voor hun vijanden (roofvogels, uilen, katten, marters). Ze zitten op warme, droge, donkere plekken. Bijvoorbeeld in een spouwmuur, onder dakpan- nen van een modern gebouw of in een boomholte.
Heb je een vleermuis in huis ontdekt? Dan kun je het beste het raam openzetten en het licht uitdoen. Het duurt in dat geval vaak niet lang voordat een vleermuis weer naar buiten vliegt. Een vleermuis in huis bestrijden is niet mogelijk, enkel een vleermuis verjagen door ramen open te zetten is toegestaan.
Wanneer het gaat over de verspreiding van levensbedreigende virusinfecties, wordt geregeld in de richting van de vleermuizen gekeken. Maar zolang mensen hen niet opeten of met blote handen aanraken, valt er niets te vrezen.
Het kan gebeuren dat ze zo soms rakelings langs je heen scheren. Hun sonar heeft hen echter al lang laten weten dat jij geen smakelijk insect bent maar een groot, te mijden voorwerp. In je haren vliegen - en erin verstrikt raken - doen ze dus niet.
Stinkende uitwerpselen van vleermuizen
De stank van de uitwerpselen van vleermuizen wordt vaak vergeleken met de geur van rottend knoflook. Maar in combinatie met de urine van ratten, zal de ammoniaklucht van de urine overheersen.
in een enkel geval maakt de kolonie, of een deel ervan, ook voor en na de kraamtijd van een woning gebruik. de meeste vleermuizen verhuizen regelmatig. ze zoeken iedere keer een plek op met de gunstigste temperatuur. Soms wonen ze op een plek een maand, soms een week of maar enkele dagen voordat ze alweer verhuizen.
Vleermuizen mijden daglicht en jagen daarom 's nachts op insecten. Ze hebben daarbij weinig concurrentie van andere diersoorten, en de duisternis zorgt ervoor dat roofdieren hen niet zien. Tenminste, als kunstlicht het donker niet verstoort.
Overdag kom je zelden vleermuizen tegen, ze vliegen en jagen vooral 's nachts. Hun vermogen tot echolocatie en het bezit van vleugels biedt hun de mogelijkheid om 's nachts op insecten te jagen en een unieke ecologische niche te bezetten.
De vleermuis zal enkele rondjes door de ruimte cirkelen. Dat is zijn manier om met behulp van zijn echolocatie de omgeving te verkennen. Al snel zal hij het open raam ontdekken en hierdoor naar buiten vliegen.
Dat vleermuizen in uw tuin rondvliegen hoeft er helemaal niet op te wijzen dat ze ook in uw huis verblijven. Meestal zijn ze gewoon op zoek naar voedsel. Vleermuizen zijn grote insecteneters en zorgen ervoor dat u minder last hebt van insecten rond uw woning. Zo vangen ze tot 1000 muggen per nacht.
Vleermuizen bijten niet tenzij ze zich bedreigd voelen bijvoorbeeld wanneer mensen hem proberen op te pakken. Vleermuizen veroorzaken veel overlast. Deze dieren maken nauwelijks geluid en hebben een zeer droge ontlasting waardoor ze niet stinken.
Mensen kunnen slechts geluiden tot 20 kHz horen, dus voor de meeste mensen zijn vleermuizen niet hoorbaar. Met behulp van een ultrasoonontvanger, een zogenaamde batdetector, zijn de geluiden van vleermuizen voor mensen hoorbaar te maken.
In het vroege voorjaar en late najaar jagen vleermuizen vooral aan het begin van de nacht. In de periode dat ze jongen moeten voeden, jagen de vrouwtjes de hele nacht. Wel keren zij dan halverwege terug om hun jong te zogen.
Vleermuizen gaan het liefst 's nachts op pad om eten te zoeken. Dan gaan ze vaak met een heleboel tegelijk hun schuilplaats uit. Ze zoeken naar muggen, nachtvlinders, torren en vliegen. Midden in de nacht jagen kan lastig zijn.
Ze hebben ongeveer het formaat van muizenkeutels. Omdat vleermuizen veelal onder een dakbeschot of andere hoge plek kruipen blijven de uitwerpselen op de muur geplakt. Ook kunt u op het dak keutels vinden. In de keuteltjes zijn vaak delen van insecten terug te vinden zoals schilden of vleugeltjes.
Probeer dat te voorkomen door vleermuizen met handschoenen te pakken als dat nodig is. Een jonge of gewonde vleermuis kun je voorzichtig in een doosje vegen, zodat je ze niet hoeft aan te raken. Moet je ze wel oppakken, trek dan geen vuurvaste lashandschoenen of ovenwanten aan, want dan voel je de vleermuis niet.
Het zijn insecteneters en hun gebit is niet geschikt om te knagen. Zij maken ook geen nest. Wel kunnen hun uitwerpselen voor vervuiling zorgen en kan het in-en uitvliegen voor geluidsoverlast zorgen. Als een vleermuis per ongeluk in een woning terecht komt helpt het meestal een raam of een deur open te zetten.
Via wondjes, maar ook via de slijmvliezen van de ogen of de mond, kan het virus het lichaam binnenkomen. Het virus kan vervolgens het zenuwstelsel binnendringen en via de zenuwbanen uiteindelijk in de hersenen komen. De ziekte is dan altijd dodelijk.
Als u ergens een levende of dode vleermuis ziet liggen, dan kan het zijn dat hij hondsdolheid heeft. Raak hem niet aan! Hondsdolheid is een ernstige ziekte bij dieren, en mensen kunnen het krijgen via dieren. Zonder behandeling met medicijnen is de ziekte dodelijk.
Als je gekrabd of gebeten wordt door een vleermuis, moet je de wond langdurig wassen onder stromend water. Daarna moet je zo snel mogelijk medische hulp zoeken. Je krijgt dan, afhankelijk van de wond, vaccinaties en/of antistoffen toegediend.
Om in het donker op insecten te kunnen jagen, maken vleermuizen slim gebruik van echolocatie: ze maken met hun stembanden korte piepjes en luisteren of deze terugkaatsen (echoën) van objecten en insecten in de ruimte om hen heen.