De kanker is een ongecontroleerde groei van afwijkende of abnormale cellen in het slijmvlies van de baarmoederhals (1) (ook cervix genoemd). Hij kan zich op twee plaatsen ontwikkelen: ter hoogte van de ectocervix (3) of baarmoedermond en met het blote oog zichtbaar tijdens een gynaecologisch onderzoek.
Baarmoederhalskanker ontstaat door een infectie met het humaan papillomavirus (HPV). De periode tussen het oplopen van een infectie en het ontstaan van kanker bedraagt verschillende jaren. Tussen het allereerste begin en het uiteindelijke ontstaan van baarmoederhalskanker kan wel 10 tot 15 jaar liggen.
De zelfafnameset is er voor vrouwen die het moeilijk vinden om een uitstrijkje te laten maken bij de huisarts. Met een zelfafnameset kunt u zich laten testen op het humaan papillomavirus (HPV). Met de zelfafnameset kunt u niet testen of u ook ongewone (afwijkende) cellen in uw baarmoederhals heeft.
De arts brengt een speculum (eendenbek) in de schede (vagina) in en opent dan het speculum. Zo wordt de baarmoederhals, het onderste deel van de baarmoeder, zichtbaar. De arts neemt met een houten spatel of een borsteltje cellen van de baarmoederhals af en strijkt ze uit op een glaasje.
HPV komt veel voor. De persoon met wie je samen bent kan het virus dus bij zich dragen zonder dit zelf te weten. En dan kan jij ook besmet raken. Ook als je 1 seksuele partner in je hele leven hebt, kan je het van die partner krijgen.
Zo kan de gynaecoloog op een monitor zien of er afwijkingen aan de baarmoeder en/of de eierstokken zijn. Dat kunnen bijvoorbeeld vleesbomen en zwellingen van de eierstokken zijn. Als blijkt dat er in de baarmoederholte een afwijking zit, zoals een poliep, moet verder onderzoek gedaan worden.
Voor het opsporen van baarmoederhalskanker zijn beide methoden effectief en betrouwbaar. Met de zelfafnameset neemt u zelf thuis vaginaal materiaal af uit uw vagina. Het laboratorium test de zelfafnameset op HPV humaan papillomavirus (humaan papillomavirus). Voor een uitstrijkje gaat u naar de huisartsenpraktijk.
Alle vrouwen van 30 tot en met 60 jaar krijgen een uitnodiging voor het maken van een uitstrijkje bij de huisarts. Eerst wordt uw uitstrijkje alleen getest op HPV. HPV is het virus dat een klein risico op baarmoederhalskanker geeft.
De zelfafnameset voor baarmoederhalskanker is net zo betrouwbaar als het uitstrijkje bij de huisarts, zo maakte het Amsterdam UMC vorige week bekend. De zelftest is nu nog beperkt beschikbaar, alleen voor vrouwen die liever niet naar de dokter gaan voor het bevolkingsonderzoek. Je moet er zelf om vragen.
Klachten die veel voorkomen zijn bijvoorbeeld: Veranderingen in de vaginale afscheiding; Abnormaal bloedverlies, dus buiten de menstruatie om; Contactbloedingen, bijvoorbeeld bij het inbrengen van een tampon of tijdens het vrijen.
Wat is de overleving van baarmoederhalskanker? Gemiddeld zijn 10 jaar na de diagnose nog 62 van de 100 vrouwen in leven. Let op: dit zijn gemiddelde cijfers voor alle mensen met deze soort kanker. Jouw vooruitzichten kunnen anders zijn dan het gemiddelde.
“Vrouwen hoeven voor een uitstrijkje helemaal niet in eerste instantie naar de huisarts. Ze kunnen het ook thuis met de zelf-afname-test doen, zonder eendenbek!” Dat zegt hoogleraar gynaecoloog Ruud Bekkers van het Catharina Ziekenhuis in Eindhoven.
Symptomen. Meestal pijnloze, zichtbare en voelbare oppervlakkige zwellingen op de slijmvliezen of de huid van de genitaliën en anus, maar ook intern in de vagina, de baarmoederhals of het plaskanaal. Deze virussen worden overgedragen door seksueel contact.
Het lijkt een beetje op de kop en de snavel van een eend. De arts kan hiermee de vagina een beetje openen zodat de binnenkant van de vagina en ook de baarmoedermond onderzocht kunnen worden. Een eendenbek kan wat raar aanvoelen in de vagina, maar hoort geen pijn te doen.
Baarmoederhalskanker komt vooral voor bij jonge vrouwen tussen de 35 en 45 jaar. Dit is anders dan bij de meeste kankersoorten.
Het is bewezen dat elke 5 of 10 jaar deelnemen meestal genoeg is om tumoren op tijd te ontdekken. Baarmoederhalskanker ontstaat vaak heel langzaam. Als er bij het uitstrijkje op 40- of 50-jarige leeftijd geen HPV is gevonden, dan volgt de nieuwe uitnodiging pas 10 jaar later.
Er zijn geen afwijkingen gevonden in de baarmoederhals. Dit betekent dat u een laag risico heeft op baarmoederhalskanker. Er is geen verder onderzoek nodig. Er is in het controle-uitstrijkje niet gekeken of het HPV humaan papillomavirus (humaan papillomavirus) nog aanwezig was.
Als het afweersysteem HPV niet opruimt, kunnen er afwijkende cellen ontstaan. Dit heet dysplasie en kan het voorstadium van baarmoederhalskanker zijn. Zijn de cellen een beetje afwijkend? Dan kan het lichaam die cellen herkennen en zelf opruimen.
De baarmoederhalscellen zien er bij een afwijkend uitstrijkje anders uit dan normaal. Meestal gaat het om cellen die niet kwaadaardig zijn, maar die op lange termijn wel kwaadaardig zouden kunnen worden. De uitslag van dit onderzoek wordt pap genoemd en is ingedeeld in vijf groepen. Bij iedere groep hoort een advies.
Vaginaal toucher
Nadat de gynaecoloog het speculum heeft verwijderd, brengt hij of zij 1 of 2 vingers in de vagina. De gynaecoloog legt de andere hand op je buik. Zo krijgt de gynaecoloog een indruk van de ligging en de grootte van de organen onder in je buik, zoals de baarmoeder, baarmoederhals en eierstokken.
Bij echografie brengen we weefsels en organen in beeld met behulp van geluidsgolven. In het geval van de gynaecologische echo beoordelen we de baarmoeder, baarmoederholte, eierstokken en eileiders. Er zijn verschillende soorten gynaecologische echo's: de inwendige (vaginale) en de uitwendige.
Bij het inwendig onderzoek brengt de gynaecoloog een spreider (speculum of eendenbek) naar binnen om de vagina en de baarmoedermond te kunnen zien.
Naar schatting tussen 70 en 80% van de seksueel actieve bevolking krijgt ooit een HPV-infectie. Dit omdat HPV heel gemakkelijk wordt doorgegeven. Je hoeft er zelfs geen seks (in de vorm van penetratie) voor te hebben. Vanaf je eerste partner heb je kans om besmet te raken met het virus.
Bij baarmoederhalskanker met uitzaaiingen naar de longen, lever of botten wordt u meestal niet meer beter. U kunt wel een behandeling krijgen om uw klachten minder erg te maken of langer te leven. Bijvoorbeeld bestraling of chemotherapie. U beslist samen met de gynaecoloog welke behandeling u wilt.
HPV krijg je door seksueel contact met iemand die HPV heeft. Ook door het aanraken van de penis of vagina en door orale seks kun je HPV krijgen. HPV is heel besmettelijk en geeft meestal geen klachten, daarom kan iemand met HPV zonder dat de persoon het weet iemand anders gemakkelijk besmetten.