Angst, onzekerheid, boosheid, somberheid, eenzaamheid en verdriet.Het zijn voorbeelden van nare gevoelens die je kunt hebben als je kanker hebt (gehad). Je kunt hulp krijgen om met die gevoelens om te gaan.
- Kankerpatiënten ontwikkelen ook vaker angstige en depressieve klachten.Hiervan weten we dat ook dit het cognitief functioneren kan beïnvloeden. - Verwerking en psychologische klachten kosten vaak tijd en energie. Ze gaan vaak gepaard met vermoeidheid en slaapproblemen.
Gedragsveranderingen kunnen veroorzaakt worden door de tumor, de behandelingen en door gebruik van bepaalde medicijnen, zoals dexamethason of medicijnen tegen epilepsie. Patiënt en naasten ervaren door veranderingen in gedrag vaak onzekerheid, ongemak en soms ook schaamte.
Bijna de helft van de (ex-)kankerpatiënten geeft aan last te hebben van cognitieve klachten, namelijk verminderde aandacht en problemen met het geheugen. Opvallend is dat vooral het aantal patiënten dat 'veel last' heeft van deze klachten fors hoger is dan in de algemene bevolking.
Veelvoorkomende lichamelijke klachten van mensen met kanker in de terminale fase zijn pijn, misselijkheid/braken, vermoeidheid, anorexie (gebrek aan eetlust) en obstipatie. Pijn komt bij 70-90 procent van de kankerpatiënten voor, anorexie bij 40-80 procent.
Mensen die sterven, hebben vaak weinig of geen behoefte meer aan voedsel en vocht. Ze kunnen snel in gewicht afnemen. Het lichaam verandert: de wangen vallen in, de neus wordt spits en de ogen komen dieper in hun kassen te liggen.
Chronische kankerpijn wordt ook aanhoudende pijn genoemd en is altijd aanwezig. Naast aanhoudende pijn kunt u ook last hebben van doorbraakpijn bij kanker. Doorbraakpijn is pijn die vaak plotseling opkomt en snel weer verdwijnt of minder wordt. Het is pijn die boven op pijn komt die u al langer heeft (chronische pijn).
Roken en meeroken vormen het grootste risico op kanker. Tabaksproducten en de rook ervan bevatten stoffen die het DNA in lichaamscellen kunnen beschadigen. Beschadigd DNA kan ertoe leiden dat een cel ontspoort en dat kanker ontstaat.
Een hersentumor heeft vaak grote invloed op je leven. Door de tumor werken je hersenen vaak minder goed. Dit heeft bijvoorbeeld invloed op je lichamelijk functioneren, je denken, hoe je je voelt en op je gedrag. Een hersentumor heeft ook effect op het leven van je naasten.
Uit een analyse van gegevens uit meerdere onderzoeken blijkt volgens Lonneke Van Tuijl van het UMCG dat depressie en angst geen verband houden met een hoger risico op de meeste soorten kanker.
Er zijn meerdere symptomen bij een hersentumor. De belangrijkste zijn: aanhoudende hoofdpijn, uitvalsverschijnselen, epileptische aanvallen of verandering in verstandelijk vermogen en gedrag. De symptomen zijn vaak afhankelijk van de plaats, grootte en de soort van de tumor.
Veranderingen in de geestelijke functie, stemming of persoonlijkheid.
U kunt zich slaperig, verward en niet in staat om na te denken voelen. Depressie en angst, vooral als ze zich plotseling ontwikkelen, kunnen een vroeg symptoom zijn van een hersentumor . U kunt ongeremd worden of zich op manieren gedragen die u nooit eerder hebt gedaan.
Gedragsverandering is een complex proces waarbij oud gedrag moet worden losgelaten en nieuw gedrag moet worden aangeleerd. Het veranderen van gedrag gaat over concreet en merkbaar gedrag. Het is niet voldoende om meer kennis te krijgen, andere gedachten of nieuwe inzichten.
Kanker en de behandeling vragen veel van je lichaam. Ook slecht slapen, weinig bewegen, pijn of een verminderde eetlust kunnen ervoor zorgen dat je moe bent. Na de behandeling duurt het vaak nog een paar maanden voor die vermoeidheid minder wordt. Het kost gewoon tijd en energie om te herstellen.
Je hersenen regelen je gedrag en persoonlijkheid. Als door een hersenaandoening schade ontstaat in de hersenen, kan je gedrag veranderen. Wat dit precies betekent, is voor iedereen anders: de een doet bijvoorbeeld veel minder dan eerst, terwijl een ander plotseling allerlei dingen doet zonder erover na te denken.
Hoge inname rood vlees. Hoge inname bewerkt vlees en vleeswaren. Te veel zout. Alcohol.
Zo komen vermoeidheid, pijn, benauwdheid en verlies van eetlust veel voor. In de terminale fase komen ook symptomen als gewichtsverlies, sufheid en verwardheid vaak voor.
Je voelt je niet helder, suffig, vergeetachtig, verstrooid of wat verward en kan moeite hebben met je te concentreren of met het oplossen van problemen. Het lukt misschien niet (of moeizaam) om op woorden te komen en wat je wil zeggen. Het lijkt alsof je wartaal uitspreekt. Je kan je intens moe voelen en wazig zien.
Angst, onzekerheid, boosheid, somberheid, eenzaamheid en verdriet. Het zijn voorbeelden van nare gevoelens die je kunt hebben als je kanker hebt (gehad). Je kunt hulp krijgen om met die gevoelens om te gaan.
Alvleesklierkanker heeft slechtste overlevingscijfers van alle kankersoorten. Op 15 november is het Wereldalvleesklierkankerdag. Alvleesklierkanker heeft de slechtste overlevingscijfers van alle soorten kanker in Nederland.
De kans op overleving is fors toegenomen bij darmkanker, nierkanker, slokdarmkanker en ook bij veel soorten bloed- en lymfeklierkanker. Kankersoorten met een 5-jaarsoverleving hoger dan 80% zijn huidkanker, borstkanker, prostaatkanker en minder vaak voorkomende kankersoorten zoals hodgkinlymfoom en zaadbalkanker.
Je kunt moe zijn door chemotherapie of bestraling
Beschadigde cellen moeten weer herstellen en dode kankercellen moeten opgeruimd worden. En dat kost het lichaam energie. Soms krijgt iemand een infectie of andere klachten door de behandeling. Ook daar kun je moe van zijn.
Pijn komt voor bij 45% van de patiënten met kanker in de laatste 1-2 weken voor het overlijden (Teunissen 2007).