Minder werken vanaf 62 jaar is onder voorwaarden mogelijk. Het gaat erom of er genoeg pensioen en/of ander vermogen aanwezig is, de (woon)lasten laag zijn, realistische financiële behoeften enzovoort.
Vervroegd pensioen met 60 jaar is mogelijk als je daar zelf de financiële middelen voor hebt. Je hebt op deze leeftijd namelijk geen recht op een AOW-uitkering. En je hebt je pensioenleeftijd nog niet bereikt. Vaak mag je al wel van je eigen pensioen gebruik maken, maar dat gaat wel ten koste van je latere pensioen.
Als je 60 jaar of ouder bent, wil je misschien minder uur per dag werken. Je kunt je werkgever verzoeken om maximaal 7,5 uur per dag te hoeven werken. Je werkgever past je arbeidsduur per dag hier op aan.
Rekenvoorbeeld: 5 jaar eerder stoppen met werken
Als u 5 jaar eerder wilt stoppen met werken, dan gaat dat om een periode van 60 maanden die u moet overbruggen. Wanneer u € 3.000 per maand wilt kunnen uitgeven in deze periode, betekent het dat u 60 (maanden) x 3.000 (euro) = € 180.000 nodig hebt.
Komt u zelf in aanmerking voor deze regeling? Wel is er een aantal voorwaarden verbonden aan de 80/90/100-regeling. Ten 1e kunt u er pas na een bepaalde leeftijd gebruik van maken. In de ene cao is dat vanaf 61,5 of 62 jaar, maar er zijn ook sectoren waar werknemers op hun 57e al af kunnen bouwen.
Voor verschillende beroepen is in de cao een seniorenregeling opgenomen. Een ander woord voor seniorenregeling is generatieregeling. De seniorenregeling is bedoeld om medewerkers vanaf 60 jaar minder te belasten. Senioren kunnen dankzij deze regeling minder uren per week werken zonder grote financiële gevolgen.
Ga je 32 uur werken, dan is je parttime percentage 80%. Je brutosalaris wordt dan 0,8 x € 2.500,- = € 2.000,-. Je netto-inkomen is dan € 1.814,-. Met één dag minder werken ga je er in salaris dus netto € 298,- op achteruit.
In veel pensioenregelingen kunt u al voordat u de standaard pensioengerechtigde leeftijd bereikt, stoppen met werken. Maar doordat uw pensioen eerder ingaat, wordt de uitkering een stuk lager. U moet namelijk langer rondkomen met uw pensioengeld. Ook heeft u minder jaren waarin u het pensioen opbouwt.
Probeer op 35-jarige leeftijd één tot anderhalf keer uw huidige salaris te sparen voor uw pensioen. Op 50-jarige leeftijd is dat doel drieënhalf tot zes keer uw salaris. Op 60-jarige leeftijd kan uw pensioenspaardoel zes tot elf keer uw salaris zijn.
Dit geldt echter wel tot een bepaald bedrag: de zogeheten RVU-drempelvrijstelling. Die bedraagt in 2024 € 2.182 bruto per maand. Voor 2025 is dit bedrag dus vastgesteld op bruto € 2.273 per maand. Ook als de werkgever geen eindheffing hoeft af te dragen, vormt de RVU-uitkering voor de werknemer wel belast inkomen.
Voor oudere werklozen bestaan 3 soorten uitkeringen: Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) Wet inkomensvoorziening oudere werklozen (IOW) Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ)
Meer vermoeid zijn, een gebrek aan energie of spierkracht en ook erectieproblemen kunnen voorkomen. Bij vrouwen heeft de veranderende hormoonhuishouding een veel directer effect. Ze merken het aan een steeds onregelmatiger wordende menstruatie. Tot deze uiteindelijke helemaal wegblijft.
Veel senioren van boven de 60 zoeken parttime banen die flexibiliteit, een gevoel van zingeving en aanvullend inkomen bieden . Of u nu op zoek bent naar werk voor 60-jarigen zonder ervaring of naar functies die passen bij uw specifieke vaardigheden, er zijn genoeg mogelijkheden beschikbaar.
Ook als je niet werkt of niet gewerkt hebt, heb je recht op AOW. Voorwaarde is wel dat je in Nederland woonde. Voor elk jaar dat je in Nederland hebt gewoond, bouw je 2% van je AOW-uitkering op. Als alleenstaande heb je in 2024 recht op € 1.541,53 bruto AOW per maand, ofwel € 1.459,53 netto AOW.
Maar je kunt je pensioen eerder laten ingaan. Je kunt je pensioen vanaf je 55ste laten ingaan. Je moet je pensioen dan wel helemaal laten ingaan. Je kunt vanaf je 60ste voor een deel met pensioen gaan en voor een deel blijven werken.
Met pensioen gaan op 62-jarige leeftijd kan een goede keuze zijn als uw financiële situatie veilig is, u gezondheidsproblemen hebt of u klaar bent om van uw pensioenjaren te genieten . Als u echter kunt blijven werken en de uitkeringen kunt uitstellen, kunt u later genieten van een comfortabeler pensioen.
Je wilt weten wat je met je prepensioen kunt doen. Het antwoord is: je prepensioen gaat standaard in op je 62ste. Je kunt je prepensioen ook eerder of later laten ingaan.
Het is een geweldige leeftijd om met pensioen te gaan, maar voor velen is het nog iets te vroeg . Zo jong met pensioen gaan betekent vertrouwen op een salaris dat ruim boven het gemiddelde ligt en een solide beleggingsstrategie hebben ontwikkeld. Het betekent ook dat je op jonge leeftijd een goed privépensioen opent met uitstekende groeivooruitzichten.
In principe kun je vanaf 62 jaar met SWT (brugpensioen). De vereiste loopbaanvoorwaarde is in dat geval 40 jaar, voor zowel mannen als vrouwen. In uitzonderlijke gevallen mag je zelfs nog vroeger op brugpensioen. Om aanspraak te maken op het SWT moet je wel aan een aantal strenge voorwaarden voldoen.
Eerder stoppen met werken kost tussen de 6 en 8 procent van je pensioen voor ieder jaar dat je eerder met pensioen gaat. Dat klinkt als een simpel rekensommetje, maar dat is het niet.
Er zijn echter overwegingen en gevolgen. De norm van 65 jaar komt deels voort uit oude regels rondom Social Security-uitkeringen. Toen het Social Security-programma begon, konden werknemers vanaf 65 jaar ongekorte pensioenuitkeringen ontvangen. Dat aantal is gestegen tot 66 of 67, afhankelijk van uw geboortejaar.
Vervroegd pensioen
Financieel heeft dit enkele gevolgen. Per jaar dat u minder werkt, vermindert uw pensioen ongeveer met 1/45ste. Stopt u bijvoorbeeld na 42 jaar met werken, dan vermindert uw pensioen ongeveer met 3/45ste.
Met een 32-urige werkweek, meestal verdeeld over 4 dagen werken, houdt een werknemer namelijk nog een extra vrije dag per week over, waardoor er net wat extra tijd én energie overblijft. Dit laatste is ook direct een ander groot voordeel van 32 uur werken; doordat er meer energie overblijft, wordt er beter gepresteerd.
Vanaf 60 jaar kun je 1/5 korter werken; dit kost je 7,5% van je loon maar je pensioenopbouw blijft 100%. Vanaf 62 jaar kun je 1/5 korter werken; je houdt jouw volledige loon en pensioenopbouw.
Als je vier dagen per week gaat werken, werk je nog 80% van wat je eerst deed.Dan gaat je brutosalaris dus met 20% omlaag: 20% van € 2.500 is € 500. Het nieuwe brutoloon wordt dan (€ 2.500 – € 500 =) € 2.000.