Het varken is een zoogdier uit de familie der varkens. In 1777 publiceerde Johann Christian Polycarp Erxleben de wetenschappelijke naam Sus domesticus voor het gedomesticeerde varken, als de naam voor een soort.
Vrouwtjes zijn meestal in hun tweede jaar geslachtsrijp, mannetjes in hun vierde of vijfde jaar. Wilde zwijnen worden acht tot tien jaar oud. In gevangenschap 15 tot 30 jaar.
Overdag houden wilde zwijnen zich doorgaans schuil in hun nest (leger), dat zich meestal in dichte dekking bevindt. De aanwezigheid van wilde zwijnen kan best worden vastgesteld aan de hand van loopsporen, zoelplekken waar ze hun modderbad nemen, schuurbomen, wroetsporen en uitwerpselen.
Een vrouwtje wordt een zeug of bagge genoemd. Jonge of eenjarige wilde zwijnen heten biggen of frislingen. Tweejarige wilde zwijnen heten overlopers.
Oudere zeugen krijgen grotere worpen. Het aantal jongen is ook afhankelijk van de voedselsituatie en de conditie van de zeug in de periode van bevruchting. Meestal krijgt een zeug één worp per jaar, maar mocht de eerste worp vroeg verloren gaan, dan kunnen de zwijnen nog in de zomer een tweede worp krijgen.
Eigenlijk waren de wilde zwijnen overdag actief, echter door de dreiging van de jacht hebben zij hun activiteiten in de schemering en 's nachts verplaats. Wilde zwijnen verbergen zich voor de mensen en zijn in principe ongevaarlijk.
Ja, wild zwijn kun je eten. Wild zwijn procureur bijvoorbeeld kan bijzonder smakelijk zijn, evenals het rugfilet en wild zwijn wat in wildstoof met hertenvlees en kruiden is verwerkt. Belangrijk aandachtspunt is dat u enkel wild zwijn eet wat u koopt bij een slagerij.
Een wild zwijn kan bijna een meter hoog springen en over hekken van ruim 1,5 meter klimmen, zodat een hek van minimaal 1 meter 20 hoog moet worden geplaatst.
nieuws Wie met de kerstdagen wild op het menu heeft staan, moet het vlees goed doorbakken. Wild, en dan vooral wilde zwijnen en edelherten kunnen besmet zijn met het hepatitis E virus. Door het eten van rauw of onvoldoende gebakken vlees van besmette dieren kunnen mensen het virus ook krijgen.
Bekend is dat wilde zwijnen goed kunnen zwemmen. Boerma: "In Overijssel zijn in het verleden overigens wel vaker wilde zwijnen gespot." Voor wilde zwijnen geldt dat buiten de leefgebieden een nulstand wordt nagestreefd. Dit betekent dat de soort in andere gebieden niet mag voorkomen.
Zwijnen kunnen bijten, omdat ze denken dat ze voer kunnen krijgen. Bij een confrontatie waarbij het kiezen van een andere route niet kan: blijf rustig, ga niet rennen want dan zet je ze aan tot actie.
De beste manier om te ontkomen is de hoogte opzoeken: in een boom klimmen of op een auto gaan staan. Everzwijnen kunnen niet klimmen. Als je nergens in kan klimmen, kan je het dier proberen te verjagen door in de handen te klappen. Probeer intussen de afstand tussen u en het everzwijn langzaam te vergroten.
Het meest toegepaste lokvoer voor wilde zwijnen in Nederland is maïs, uitgestrooid op de voerplek.
Dit komt doordat regenwater over de verharde laag naar de bermen afstroomt. Vocht betekent een betere vegetatie en dichter wortelstelsel. Dit zorgt weer voor een rijker bodemleven langs de bermen en vandaar dat de zwijnen hier dus graag wroeten.
Wilde zwijnen zijn alleseters; omnivoren dus. Ze eten o.a. eikels, kastanjes, wortels en knollen, maar ook wormen, larven en soms staan er zelfs knaagdieren op het menu. Ze wroeten daarbij vaak in de bodem, op zoek naar alles wat eetbaar is.
Het geslacht van de varkens (Sus) bevat tien soorten, waaronder het wild zwijn (Sus scrofa). Het wild zwijn komt van oorsprong voor in Nederland en wordt ook wel everzwijn of ever genoemd. Deze everzwijn is de wilde voorouder van ons varken, het boerderijdier.
Vlees van een geschoten wild zwijn wordt altijd onderzocht op trichine. Deze rondworm kan bij mensen een infectie veroorzaken. Meer informatie over deze ziekte Trichinellose vindt u op de website van het RIVM.
Voor kip en vlees zoals gehakt, hamburgers en worst geldt: verhit het door en door voordat je het opeet. Daarmee voorkom je een voedselinfectie. Een uitzondering: vlees uit 1 stuk van runderen en varkens (varkenshaas, biefstuk, rosbief) kun je rosé eten. Maar ook bij dit vlees is doorbakken de meest veilige keuze.
Hoe smaakt Wild Zwijn? Bij de smaak van Wild Zwijn geldt: “hoe ouder het dier, hoe krachtiger de smaak van het vlees”, maar over het algemeen is Wildzwijn vlees zacht en fijn van smaak.
Hij wordt met gemak ingehaald door het jachtluipaard, dat tot 100 kilometer per uur kan halen. Maar ook het edelhert (67 km/u), de haas (65 km/u) en zelfs het everzwijn (55 km/u) zouden de Jamaicaan verslaan in een wedstrijdje sprinten. Ook de zwemmers van het dierenrijk doen het beter dan die van ons.
In Nederland zijn enkele leefgebieden aangewezen voor wilde zwijnen zoals de Veluwe en Nationaal Park De Meinweg. Voor overige gebieden geldt een provinciaal 'nulstandbeleid' wat betekent dat er formeel geen enkel wild zwijn mag leven.
In 2019 waren er nog 4800 wilde zwijnen en afgelopen zomer dus al 10.000. De enorme toename komt vooral door de grote hoeveelheid voedsel in de bossen. Er gingen de afgelopen jaren nauwelijks zwijnen dood van de honger en ze konden zich optimaal voortplanten.
Het vlees van jonge wilde zwijnen is heerlijk fijn en zacht van smaak, waar het vlees van oudere soortgenoten juist krachtig en mals is, met een typerende wild smaak. Bovendien is het vlees van Wild Zwijn ook nog eens een stuk magerder dan dat van het varken!
Wat zijn de lekkerste delen van het wild? De beste stukken vlees verschillen per dier. Wild konijn heeft in het voorjaar en de zomer een minder goede smaak dan in de herfst of winter. Het beste stuk van de haas is de rug, en voor de ree, hert en wild zwijn zijn dat de rug én de achterbout.