Ook bij baby's en peuters komen de symptomen van diabetes type 1 voor, maar deze zijn als ouder vaak lastiger te herkennen.
Verschijnselen waarmee kinderen met diabetes te maken krijgen zijn onder andere: Dorst en droge mond, veel drinken, veel plassen (soms bedplassen), dunner worden, vermoeidheid, terugkerende infecties en verminderd zicht. Daarnaast is het mogelijk dat uw kind een hypo of hyper krijgt.
Je krijgt neonatale diabetes als baby, meestal in de eerste 6 maanden van je leven. De alvleesklier maakt vaak te weinig insuline aan.Hierdoor blijft de bloedsuiker te hoog.Dat komt door een foutje in het DNA.
Diabetes type 1 treedt gewoonlijk op vóór het 35e levensjaar, echter kan ook op latere leeftijd tot ontwikkeling komen. Over het algemeen begint diabetes type 1 abrupt met een plotseling optreden van symptomen en klachten zoals vaak plassen, abnormale dorst, onverklaarbaar gewichtsverlies of vermoeidheid.
Bij hypoglycemie maakt uw kindje te weinig glucose aan. Dat is niet goed want glucose is een belangrijke energiebron voor uw baby, vooral voor de hersenen. Uw kindje moet na de geboorte zelf glucose opnemen uit de voeding die het krijgt en daarmee de bloedsuikers op peil houden. Soms gaat dat niet meteen goed.
Fladderen: uw kindje maakt onrustige of fladderende bewegingen. Meestal komt dit door een te laag bloedsuikergehalte in het bloed. Soms zie je heftigere trillingen van armen of benen of smakken. Dat kan een teken zijn van een soort epileptische aanval.
Als je kind op jonge leeftijd went aan suiker, zal hij er later ook meer behoefte aan hebben.Het gevolg hiervan is een grotere kans op gewichtsproblemen of tandbederf. Als je het geven van zoetigheid zo lang mogelijk uitstelt, krijgt je kind de kans om een voorkeur voor andere smaken te ontwikkelen.
Diabetes type 1 ontstaat meestal al op jonge leeftijd, maar kan op elke leeftijd ontstaan.
De levensverwachting van mensen van 45 jaar met diabetes type 1 leven is gemiddeld 13 jaar lager dan mensen zonder diabetes. Voor een 45-jarige met diabetes type 2 is dat gemiddeld 4 jaar lager. Als mensen ouder worden blijft er een verschil in levensverwachting tussen deze groepen bestaan, maar dit wordt wel kleiner.
Diabetes type 1 is multifactoriëel erfelijk. Dit betekent dat erfelijke aanleg, samen met omgevingsfactoren ervoor zorgen dat iemand de ziekte kan krijgen. Vaak weten we niet welke factoren dat zijn. Of we weten niet op welke manier die factoren belangrijk zijn.
Meer over diabetes bij kinderen. Veel mensen denken dat een kind alleen diabetes krijgt, omdat het te zwaar is of teveel snoept. Dit klopt niet. Kinderen krijgen bijna altijd diabetes, omdat de alvleesklier niet werkt, waardoor er teveel suiker (glucose) in het bloed zit.
Er bestaan twee vormen, een tijdelijke en een blijvende. Het beloop hangt af van de genen die zijn aangedaan. De tijdelijke vorm heet voorbijgaande neonatale diabetes, en ontstaat doordat de bètacellen minder insuline afgeven dan ze zouden moeten doen. De andere vorm is blijvend, permanente neonatale diabetes.
Volgens het Voedingscentrum hebben baby's en kinderen van 1 tot 3 jaar gemiddeld 1000 kcal per dag nodig. Als we de adviezen van de World Health Organisation (WHO) daarop loslaten, wordt geadviseerd dat deze kinderen per dag maximaal 12,5-25 gram suikers binnenkrijgen.
In het kort. Je moet insuline spuiten als je bloedsuiker heel hoog is. Of als je bloedsuiker niet normaal wordt met een dieet. Insuline is niet schadelijk voor je baby.
Momenteel is er geen bekende behandeling om diabetes type 1 te voorkomen of te genezen. Behandeling van de symptomen met insuline is noodzakelijk om te overleven.
Diabetes type 1 kunt u helaas niet voorkomen. Diabetes type 2 is vaak wel te voorkomen door uw leefstijl te verbeteren.
Genetische aanleg, vooral door de zogeheten HLA-genen, kan veel zeggen over je kans op diabetes, maar lang niet bij iedereen. Bij 85% van de mensen met diabetes type 1 komt de ziekte helemaal niet voor in de naaste familie. In tegenstelling tot diabetes type 2, waarbij erfelijkheid een veel grotere rol speelt.
Diabetes heet ook wel suikerziekte. De meest voorkomende soort is diabetes type 2: negen van de tien mensen met diabetes hebben diabetes type 2. Zij hebben te weinig insuline in het lichaam en reageren daar ook niet meer goed op. Er zijn ook mensen bij wie het afweersysteem de cellen aanvalt die insuline aanmaken.
Diabetes is een chronische ziekte. Iedereen kan diabetes krijgen. Er is een verhoogde kans op diabetes indien het al in de familie voorkomt. Diabetes is geen besmettelijke ziekte.
Bij kinderen wordt van hypoglykemie gesproken, wanneer de bloedsuikerspiegel lager is dan 2,8 mmoll, ongeacht het wel of niet optreden van symptomen.
Suiker kan de (doorkomende) tandjes van je kindje aantasten.Bovendien kan hij zich als een echte zoetekauw ontwikkelen en dat is op de lange termijn niet goed voor zijn gezondheid. Kies voor voeding die van nature al zoet is, zoals fruit en worteltjes.
Want hoeveel suiker mag een kind eigenlijk per dag? Volgens onderzoek van de American Heart Association mogen kinderen tussen de 2 en 18 jaar niet meer dan zes theelepels suiker (dit komt overeen met 25 gram en 100 calorieën) per dag binnenkrijgen.