Bloedonderzoek. Met een bloedonderzoek wordt onderzocht of er sprake is van bloedarmoede, van een ontsteking of een slechte voedingstoestand. Heeft jouw bloed een te laag eiwitgehalte dan kan dit een aanwijzing zijn voor de ziekte van Crohn. Om meer zekerheid te krijgen is verder onderzoek noodzakelijk.
We onderzoeken uw ontlasting, om uit te sluiten dat u een bacteriële infectie hebt en om te kijken of er sprake is van een ontsteking. Beeldvormend onderzoek, zoals een echografie, röntgenonderzoek en een CT-scan of MRI-scan. Coloscopie. In de meeste gevallen stellen we de diagnose door een kijkonderzoek.
De ziekte zit meestal aan het eind van de dunne darm, in de dikke darm en bij de anus. De belangrijkste symptomen en klachten ontstaan door de ontstekingen in de darm: buikpijn. vermoeidheid (een van de meest gehoorde klachten, ook als de ziekte rustig is)
Ontlastingsonderzoek. Om ziekteactiviteit in de darmen vast te stellen, kunnen we onderzoeken of het ontstekingseiwit calprotectine in uw darmen zit. In uw ontlasting kunnen we ook zien of u een bacteriële infectie of darmparasiet heeft.
Inflammatoire darmziekten zorgen voor diarree en (ernstige) buikpijn. Heel vaak zie je dat deze klachten in bepaalde periodes heel erg aanwezig zijn en andere periodes bijna niet. De periode dat de klachten aanwezig zijn vlammen de klachten als het ware weer op.
Stress en de buik
Dit zorgt voor een verhoogde hartslag, meer adrenaline en een sneller reactievermogen. Dit heeft wel als gevolg dat er minder bloed naar de darmen gaat. De darmfuncties worden hierdoor vertraagd. Dit kan leiden tot verschillende darmklachten, zoals maagpijn, verstopping en een opgeblazen buik.
Uit onderzoek uit 2015 onder bijna 300 mensen met de ziekte van Crohn en colitis ulcerosa blijkt dat er wel overeenkomsten zijn tussen voedingsmiddelen die mensen mijden omdat ze er last van krijgen: pittig eten, gekruid eten, koolzuurhoudende dranken, melkproducten, energiedranken.
Met de moderne diagnostiek, behandeling en controle is de levensverwachting van mensen met Crohn of colitis ulcerosa gelijk aan die van leeftijdsgenoten.
De ziekte van Crohn wordt meestal ontdekt tussen 15 en 30 jaar. Het kan echter op elke leeftijd ontstaan. De ziekte komt iets vaker voor bij vrouwen dan bij mannen. Ongeveer een vijfde tot een kwart van de patiënten is jonger dan 20 jaar.
Bloedonderzoek. Met een bloedonderzoek wordt onderzocht of er sprake is van bloedarmoede, van een ontsteking of een slechte voedingstoestand. Heeft jouw bloed een te laag eiwitgehalte dan kan dit een aanwijzing zijn voor de ziekte van Crohn. Om meer zekerheid te krijgen is verder onderzoek noodzakelijk.
Zorg voor een normaal vezelgehalte. Een aantal jaren geleden werd gedacht dat lichtverteerbare en/of stoppende voeding gunstig was bij de ziekte van Crohn. Daarom werd aangeraden om wit brood, beschuit en witte rijst te eten in plaats van volkorenproducten.
Veel te drinken: ongeveer 2 tot 3 liter per dag. Meer zout te gebruiken (2 gram (= ½ afgestreken theelepel) extra bij matige diarree en 4 gram extra bij forse diarree). Je kunt bijvoorbeeld bouillon of soep drinken, hierin zit veel zout. Zoutrijke producten te eten zoals rauwe ham, kaas, zoutjes en haring.
Bij de ziekte van Crohn kunt u een opvlamming herkennen door het (opnieuw) krijgen van klachten zoals: diarree met of zonder bloed- en/of slijmbijmenging. buikpijn. gewichtsverlies.
De ziekte van Crohn is niet te genezen, maar over het algemeen goed te behandelen. De behandeling heeft als doel om de ziekte rustig te houden. Dit wordt ”in remissie” genoemd. Er zijn verschillende factoren die waarschijnlijk een ziekteaanval of opvlamming kunnen uitlokken.
De ziekte van Crohn en colitis ulcerosa zijn chronische ziekten die een aantal duidelijke symptomen hebben. De ziekten kennen allebei rustige en actieve perioden. De gevolgen van de beide ziekten kunnen ernstig en soms zelfs levensgevaarlijk zijn.
De precieze oorzaak van Crohn is niet bekend. Wel lijken er bepaalde zaken een rol te spelen, zoals erfelijkheid en omgevingsfactoren zoals stress, voeding, overmatige hygiëne en een 'westers leefpatroon'. Ook stellen wetenschappers dat roken de trigger kan zijn om de ziekte van Crohn te ontwikkelen.
De meeste mensen met een chronische darmziekte kunnen prima werken met IBD en zijn vaak ook tevreden over hun werk. Plezier op het werk, zich nuttig voelen en met collega's werken, worden genoemd als positieve aspecten van het werk. Ook is men op het werk minder met de ziekte bezig.
Colitis ulcerosa en de ziekte van Crohn zijn chronische darmontstekingen. Bij een chronische darmontsteking is er een verhoogd risico op dikke darmkanker, vooral wanneer de ziekte vele jaren actief is geweest.
Sommige mensen denken dat bananen verstopping in de darm zouden veroorzaken. Dit is onjuist; bananen zijn vezelrijk fruit en, in combinatie met voldoende vocht, gaan ze juist verstopping tegen. Ook bevatten ze belangrijke vitamines, mineralen en sporenelementen en geen vet.
Bij colitis ulcerosa ontstaan de ontstekingen alleen in de dikke darm en de endeldarm. Bij de ziekte van Crohn komen de ontstekingen in het hele spijsverteringskanaal voor: van mond tot anus. Bij colitis ulcerosa beperken de ontstekingen in de darm zich tot de slijmvlieslaag.
Een opgezette buik kan gepaard gaan met buikpijn of andere maag- of darmklachten. Kenmerkend aan een opgezette buik is hetgeen waar dit symptoom zijn naam aan ontleent: je voelt en ziet daadwerkelijk dat je buik is opgezet. Hij is boller en staat strakker dan normaal. Bewegen, aanraken of zitten kan ongemakkelijk zijn.
Last van de onderrug kan gerelateerd zijn aan darmklachten of pijnlijke en opgezwollen darmen. Rugpijn en stekende of zeurende pijn in de buik kunnen bijvoorbeeld te wijten zijn aan opgezette darmen en winderigheid. De buik kan door allerlei redenen ongemakkelijk aanvoelen en meteen ook rugklachten veroorzaken.
Serotonine speelt een sleutelrol
Een veranderde activiteit van serotonine kan daarom stoornissen veroorzaken zowel in de darm- als in de hersenfunctie. Dit verklaart ook het verband tussen psychische problemen (bijvoorbeeld depressie en paniekstoornis) en darmklachten.
Meestal wordt een chronische darmziekte ontdekt tussen het vijftiende en dertigste levensjaar, maar ook is het mogelijk dat iemand pas op latere leeftijd wordt geconfronteerd met deze diagnose. Crohn komt in het algemeen iets vaker voor bij vrouwen en colitis ulcerosa juist iets vaker bij mannen.