De Pangasius die wèl te koop is op de Europese markt is dus al helemaal niet schadelijk voor de gezondheid van de consument. Reportages in de media suggereren dat pangasius (Pangasius hypophthalmus) 'vol vergif' is, omdat deze in staat is te overleven in de 'zwaar vervuilde Mekong Rivier'.
Pangasius heeft de reputatie een ongezonde vis te zijn die veel zware metalen, bacteriën en antibioticaresten bevat. In 2012 controleerden wij de pangasius in de Belgische winkels onder meer op de aanwezigheid van zware metalen, pesticidenresiduen en sporen van antibiotica, en stelden weinig problemen vast.
Qua voedingswaarde is pangasius minder vetrijk dan kabeljauw. Een filet van 100 gram is goed voor ongeveer 76 kcal en 0,7 gram verzadigde vetten. Pangasius is een omstreden vis omdat het veel schadelijke stoffen en antibiotica zou bevatten. Maar de kwekers passen de veiligheidsnormen de laatste jaren strikter toe.
Maar welke vissen kan je dan nog wel met een gerust hart eten? Wel, met schelvis, heek, tong, Alaska pollak, kabeljauw, koolvis en pladijs zit je goed. En ook mosselen, garnalen, kreeft en sint-jacobsschelpen zijn een goede keuze.
Over het algemeen bevat vette vis een goede portie aan eiwit, hieronder valt de pangafilet. De vis beschikt per 100 gram over wel 16 gram aan eiwit. Eiwit is een zeer belangrijke voedingsstof waar je zeker genoeg van moet binnenkrijgen. Het is namelijk de bouwstof van je lichaam en onderhoudt en verstevigt je spieren.
Risico's kweekvis
Bij gekweekte vis, zoals pangasius en tilapia, kunnen chemicaliën en antibiotica (geneesmiddelen die bacteriën bestrijden) gebruikt worden. Dit brengt een probleem met zich mee, namelijk resistente bacteriën.
Reacties. Tussen de eerste tweer zit geen enkel verschil, het zijn synoniemen van elkaar. Pangasius is de Latijnse naam van de vis. Deze naam is in het Nederlands onveranderd overgenomen, of hij wordt als Panga verkocht.
Roofvissen zoals zwaardvis, marlijn, snoekbaars, tonijn en haai zijn ook minder veilig. Dat komt doordat roofvissen aan het eind van de voedselketen zitten en andere dioxine houdende vissen eten. Deze vissen bevat vooral veel methylkwik. Tonijn bijvoorbeeld kunt u beter niet meer dan één keer per maand eten.
Vis eten is hartstikke gezond, maar meer is niet altijd beter. Meer dan twee porties per week vis eten levert niet of nauwelijks extra effect op. Alleen mensen die een verhoogd risico lopen op hart- en vaatziekten of eerder een hartinfarct of beroerte hebben doorgemaakt, kunnen wel baat hebben bij meer vis.
Gemiddeld staat er 1 keer per 2 weken vis op het menu. De Hartstichting adviseert om 1 keer per week vis te eten, bij voorkeur vette vis. Uit onderzoek blijkt namelijk dat het eten van een portie vis per week je kans op hart- en vaatziekten verlaagt.
Pangasius is een magere vis. Het is goed voor de gezondheid om twee keer per week vis te eten. Vis is licht verteerbaar en heeft gezonde vitamines en mineralen. Daarnaast bevat Pangasius veel onverzadigde vetten.
In landen als Thailand, Cambodja, Vietnam en Indonesië wordt pangasius gekweekt. Dit vindt plaats in vijvers of kooien in de rivier. Zeker 90 procent van alle pangasius wordt gekweekt in de Mekong-rivierdelta. De vissen kregen krijgen eiwitrijk voedsel, vaak vismeel, toegediend zodat ze snel groeien.
Goede keuzes zijn bijvoorbeeld zalm, garnalen, ansjovis, krab, forel en haring. Deze bevatten weinig zware metalen. Eet vis zoals tonijn, zwaardvis en haai maximaal 1 keer per week anders krijg je snel te veel kwik binnen en dat is schadelijk voor je gezondheid.
Forel, gewone makreel en zalm, mosselen, haring, krabben, garnalen en oesters zijn aan te bevelen.
De pangasius is een omnivoor en eet dus alles. Je kan zowel plantaardige voeding als dierlijke voeding geven in de vorm van droogvoer, diepvriesvoer en levend voer. In de handel vind je voor deze vis voer dat ook in de commerciële aquacultuur gebruikt wordt. Hiervan groeien ze goed.
Het voorkomt hart- en vaatziekten
Pangasius kan veel ziektes helpen voorkomen. Je lichaam heeft onverzadigde vetten nodig om gezond te blijven. Het vlees van de vis is daar een perfecte bron voor! Het helpt de bloedstroom bevorderen en zorgt voor een goede gezondheid van je hart.
Rundvlees
Het behoort tot de gezondste vleessoorten die er zijn. Rundvlees is een natuurlijke bron van vitamine B3, B12, zink en ijzer. Het vetgehalte in het vlees hangt ook af van de diersoort, het lichaamsdeel en natuurlijk het voer. Mager rundvlees bevat minder dan tien gram vet per 100 gram vlees.
Vis eten is gezonder dan vlees, doordat je bij het eten van vis een hoog gehalte aan onverzadigde vetzuren zoals omega 3 binnenkrijgt. Vlees daarentegen bevat alleen verzadigd vet, wat onder andere een stijging kan geven van het LDL-cholesterol. Daarnaast is rood vlees moeilijker te verteren voor de darmen.
Lage kwikgehaltes (minder dan 50 microgram per kilogram) werden aangetroffen in haring, zalm, forel en inktvis. Hogere kwikgehaltes zaten in brasem, kreeft, makreel, snoek en tonijn. De kwik-kampioen was zwaardvis, met 1.212 microgram kwik per kilogram.
In vis zitten speciale visvetzuren, die goed zijn voor hart en bloedvaten. Ze zitten vooral in vette vis, zoals makreel, zalm, sardines en haring. Het goede nieuws: deze visvetzuren blijven goed behouden bij het inblikken van vis.
Zowel verse als ingeblikte vis heeft gezondheidsvoordelen. De voedingswaarde is vrijwel gelijk. Dat komt doordat vis in blik zo snel verwerkt wordt. Al binnen 24 uur wordt de vangst ingeblikt, zodat de voedingswaarde intact blijft.
Er zitten 89 kilocalorieën in 1 stuk (120 gram) pangasius. Wil je weten hoe het zit met de andere voedingswaarden in 'pangasius'? In onze caloriechecker hieronder kom je te weten hoeveel vet, verzadigd vet, eiwit, koolhydraten, suikers en vezels erin zit.
Kabeljauw is rijk aan veel verschillende vitamines en mineralen die allemaal een gezonde werking hebben in het lichaam. Zo bevat kabeljauw onder andere vitamine B11 (foliumzuur), vitamine B12, kalium, fosfor en magnesium. Vitamine B11, ook wel foliumzuur genoemd, is nodig voor de aanmaak van rode en witte bloedcellen.
Kweekzalmen zijn – net als vleeskippen – doorgefokt op snelle groei, waardoor ze veel sneller groeien dan hun wilde soortgenoten. Dit leidt onder andere tot hartproblemen, misvormingen van de wervelkolom en hogere stressgevoeligheid. Zalmen met misvormingen hebben vaak hun hele leven ernstige last hiervan.