Onder de fijne motoriek verstaan wij hetgeen men met zijn handen kan grijpen, manipuleren en loslaten. Het draait allemaal om de “fijne” bewegingen van de armen, handen en vingers.
Grove motoriek gaat over grote bewegingen die kinderen maken, zoals zwaaien, kruipen, lopen en zwemmen. Fijne motoriek gaat over het uitvoeren van meer subtiele handelingen, zoals schrijven, knippen en tekenen.
Fijnmotorische vaardigheden kunnen ook worden beschreven als handigheid en omvat de coördinatie van kleine spieren en bewegingen van de handen, vingers, en ogen. De ontwikkeling van fijnmotorische vaardigheden begint met basisgrepen, zoals de palmaire (vuist)greep, en daarna de pincetgreep en oog-handcoördinatie.
In de loop van de basisschool worden de fijne bewegingen van je kind steeds beter. Je kind leert bijvoorbeeld tekenen, schrijven, en met mes en vork eten.
Grijpreflex. Raak je de handpalm van je pasgeborene aan, dan sluit hij reflexmatig direct zijn vuistje om je vinger. Dit is een erg stevige greep, je zou hem er zelfs aan op kunnen tillen! Ook bij de voeten treedt deze grijpreflex op.
De motorische ontwikkeling is onder te verdelen in de grove en de fijne motoriek. De grove motoriek van je baby zijn de grote bewegingen zoals kruipen, zitten en omrollen. De fijne motoriek van je kindje gaat om bewegingen waar je baby meer concentratie voor nodig heeft, zoals het oppakken van iets kleins.
Onder de fijne motoriek verstaan wij hetgeen men met zijn handen kan grijpen, manipuleren en loslaten. Het draait allemaal om de “fijne” bewegingen van de armen, handen en vingers. Denk hierbij aan knippen, plakken, tekenen of leren schrijven. Maar ook veters strikken en aankleden vallen onder de fijne motoriek.
Maar wat is nu precies fijne motoriek? Dit is het uitvoeren van gecoördineerde acties om voorwerpen met de hand, vingers en duim te pakken, te manipuleren en los te laten.
Bij de fijne motoriek draait het allemaal om de fijne bewegingen: grijpen naar een speeltje, hanteren van een voorwerp, het bouwen van een torentje, een vorm in een vormenstoof doen, knoopjes dichtdoen, veter strikken, tekenen, knippen, met een lepel eten of het vasthouden van een potlood.
Dit zijn uithoudingsvermogen, kracht, snelheid, coördinatie en lenigheid. Het beheersen van deze motorische vaardigheden zorgt voor een fors mindere kans op pijnklachten. Daarnaast vergroot het de sportprestaties en is er een meer actieve leefstijl op latere leeftijd aanwezig.
Motoriek is het kunnen bewegen. Er is een verschil in grove motoriek en fijne motoriek. Grove motoriek zijn grote bewegingen die kinderen met hun lijf maken zoals kruipen, lopen, rennen, springen, gooien of zwemmen. Fijne motoriek zijn kleine bewegingen van de hand en vingers, maar ook de tenen of mond.
Spelletjes voor de fijne motoriek
Laat uw kind lekker knutselen, tekenen, knippen, plakken en vingerverven. Spelletjes. Speel spelletjes zoals Dokter Bibber, Toren van Pisa, Mikado, Jenga en Ezeltje Strekje met uw kind.
Je kind leert kruipen, staan, zitten, lopen, fietsen, skaten, enzovoort. Hierbij gaat het om grote bewegingen met de romp, armen en benen. Dit noemen we ook wel de grove motoriek.
De grove motoriek omvat de grote bewegingen die je kind maakt. Denk aan lopen, springen, klauteren, rennen, huppelen en fietsen.
Ontwikkelingsgebieden stimuleren
Stimuleer tijdens deze activiteit verschillende ontwikkelingsgebieden. Tijdens het verven maakt het kind gebruik van zijn fijne motoriek. Daarnaast kan het kind zijn fantasie kwijt op papier. Hiermee stimuleer je de beeldende expressie.
Het omvat activiteiten zoals knippen met een schaar, schrijven, knoopjes vastmaken, puzzels maken, tekenen en schilderen, en het manipuleren van kleine voorwerpen zoals kralen of legoblokjes.
De fijne motoriek is de belangrijkste component van schrijfprestaties. Oefeningen die taakspecifiek zijn voor het schrijven vormen een goede voorbereiding, zeker in de begeleiding van zwakke schrijvers.
Het schrijven is een complexe taak waarbij veel gevraagd wordt van de fijn motorische vaardigheden. Bovendien spelen taal en spelling ook een grote rol, waardoor de aandacht en concentratie niet volledig op het motorische aspect kunnen worden gericht.
Bij fijne motoriek kun je denken aan, knippen, plakken, kleuren, tekenen, kralen rijgen of het leren schrijven. Maar ook voor het aan-en uitkleden heb je handigheid in de fijne motoriek nodig, denk bijvoorbeeld aan de rits, de knopen los of vast maken, veters strikken.
Spelen met klei : een must voor de fijne motoriek
Pletten, rollen, duwen, kneden, … niets is beter voor de fijne motoriek dan spelen met boetseerklei. Laat hem of haar de vingertjes in de klei stoppen, er tandenstokers insteken of kleine afdrukjes maken. Een fascinerende bezigheid voor jong en oud!
De fijne motoriek, die van belang is voor bijvoorbeeld schrijven, is te oefenen door met je handen bewegingen te maken: (nep-) piano te spelen, een pen te laten ronddraaien tussen je vingers, kleine balletjes te maken van klei, en kralen of muntjes in een potje te stoppen.
Om de grove en fijne motoriek van je baby te ontwikkelen, is het van belang dat je baby vaak de gelegenheid krijgt om te reiken, grijpen, schoppen en om vast te houden. Dit kun je bijvoorbeeld doen door je baby op een speelkleed te leggen in de box. Zo krijgt je baby de ruimte om te bewegen en te ontdekken.
Voor een goede fijne motoriek is het noodzakelijk dat de hersenen en spieren goed samenwerken. Om een indruk te krijgen van de fijne handmotoriek maakt de neuroloog gebruik van de Nine-Hole Peg Test (NHPT) – 9 staafjes in openingen test. Aangeraden wordt om met de minst aangedane hand te beginnen.
Ontwikkeling grove motoriek
De bewegingen van je baby zijn in het begin grof en ongecontroleerd. Geleidelijk aan leert hij steeds meer controle te krijgen over zijn bewegingen. Van omrollen naar tijgeren, kruipen, zitten, staan en lopen.