Met een echografie kan de arts in een zacht weefsel kijken en zo afwijkingen als misvormingen, tumoren of bloedklonters vaststellen.
Geluidgolven kunnen namelijk niet door lucht heen dringen. Dit betekent ook dat lichaamsdelen die veel lucht bevatten, niet goed te zien zijn met een echo. De geluidsgolven kunnen ook niet door bot heen. De geluidsgolven verplaatsten zich door het lichaam en worden door de organen teruggekaatst.
Het belangrijkste onderzoek om zeker te zijn of iemand al dan niet kanker heeft, is een biopsie: een kleine chirurgische ingreep waarbij een stukje weefsel verwijderd wordt om te onderzoeken onder de microscoop. Elk onderzoek wordt voorafgegaan door een gesprek met een arts.
De 20-weken echo is een redelijk betrouwbare methode om ernstige aangeboren afwijkingen te ontdekken. Kies je ervoor om deze echo te laten doen, houdt er dan rekening mee dat ook andere afwijkingen kunnen worden gezien. De echo brengt geen risico's met zich mee.
Met bevolkingsonderzoek kan men een bepaalde kankersoort in een vroeg stadium opsporen. Door deel te nemen aan bevolkingsonderzoek vergroot u de kans op vroegtijdige ontdekking en genezing van kanker.
Bij echografie brengen we weefsels en organen in beeld met behulp van geluidsgolven. Tijdens het maken van de echo zet de radioloog de echokop (transducer) op uw lichaam. Deze transducer zendt (onschadelijke) geluidsgolven uit, die door de organen in uw lichaam worden teruggekaatst.
Een echografie is een medische beeldvormingstechniek met ultrasone geluiden. De echo is bijvoorbeeld een standaardonderzoek bij een zwangerschap. Een echo kijkt naar de zachte weefsels: van de organen, zoals het hart, de lever, de milt, de alvleesklier, de nieren, de prostaat, de blaas, de lymfeklieren.
Letters, cijfers, tijden en data. Het ziet er misschien indrukwekkend uit, maar eigenlijk zijn dat vooral instellingen van het echoapparaat. Verder zie je de datum staan waarop de echo is genomen en de tijd. Soms staat ook de termijn erop, dat wil zeggen hoe lang je volgens de echometingen in verwachting bent.
Een inwendige echo doet zelden pijn. De echoscopist brengt de echokop voorzichtig naar binnen en eenmaal binnen wordt de echokop bewogen om zo de baarmoeder of eierstokken goed in beeld te krijgen. De echokop kan wel koud zijn en het bewegen kan je voelen. Je mag zelf op de monitor meekijken.
In grote lijnen zijn er drie soorten radiologische onderzoeken: onderzoeken die gebruik maken van röntgenstralen, zoals de klassieke röntgenopname of de CT-scan, onderzoeken op basis van geluidsgolven, met andere woorden de echografie, en technieken die werken met magneetvelden, de MRI.
Een echo. De echografie maakt uw lever, galwegen en alvleesklier zichtbaar op een beeldscherm. Zo kan de arts een mogelijke tumor zien.
De herkenning van een weke delen tumor is vaak moeilijk. Een zwelling kan lang onopgemerkt blijven als deze diep in het lichaam of in elastisch weefsel zit. Vage pijnklachten kunnen dan de eerste klachten zijn. Als de tumor net onder de huid zit, kunt u deze voelen als een zwelling of knobbeltje.
Een tumor is meestal onregelmatig van vorm en voelt heel hard aan, want bestaat uit vast weefsel. Ook een jonge volwassene (tot 40 jaar) kan klierzwellingen hebben ten gevolge van een infectie.
Ook de vormen van de tumoren verschillen. Een goedaardige tumor kenmerkt zich vaak door een ronde vorm. Een kwaadaardige tumor daarentegen groeit meer als een aardappel die begint uit te lopen. Deze 'sprieten' groeien door de wanden van omliggend weefsel en organen heen.
De radioloog bestudeert de gemaakte foto's. De uitslag is na 2 à 3 werkdagen bekend bij de behandelend arts. Van uw behandelend arts krijgt u de uitslag.
Kleurendoppleronderzoek laat de bloedstroom met kleuren zien. Alle bloed dat op het scherm naar boven stroomt is rood en alles wat naar beneden stroomt is blauw. Lichtere kleuren geven een snellere stroomsnelheid aan.
De sterkte van het echosignaal wordt door het echo-apparaat omgezet in zwart, wit of grijs. Zwakke echosignalen worden zwart gemaakt, sterke signalen wit en in het tussenliggende gebied zijn er verschillende grijswaarden.
De oncoloog neemt een beetje bloed af en in het laboratorium wordt bestudeerd of er in het bloed kanker 'zichtbaar' is. De belangrijkste soorten beeldvormend onderzoek zijn: scan, röntgenfoto en echo. Op alle soorten kan een arts weer andere dingen zien.
T1c: de tumor is tussen de 1 en 2 centimeter groot. T2: de tumor is tussen de 2 en 5 centimeter groot. T3: de tumor is groter dan 5 cm. T4: de tumor is in de omliggende weefsels gegroeid.
U kunt uitleggen wat u hebt, wat kanker is, waarom er iets aan moet worden gedaan, wat daarvan de gevolgen kunnen zijn en wat er de komende dagen en weken gaat gebeuren. U kunt ook vertellen dat u heel erg verdrietig bent omdat de dokter u heeft verteld dat u kanker hebt.
Het detailniveau is bovendien een stuk hoger dan van echografie. Het verschil met MRI is dat deze techniek geen röntgenstraling gebruikt maar magnetische velden. MRI maakt ook plakjes, net als CT, maar is minder in staat botstructuren zichtbaar te maken.
De radioloog beoordeelt de beelden na afloop van het onderzoek. Hij maakt een verslag en stuurt dit naar de arts die het onderzoek voor u heeft aangevraagd. Deze arts bespreekt met u de definitieve uitslag.
Het abdomen of de buikholte is het gedeelte van het lichaam tussen de onderkant van de ribbenkast en de bovenkant van de dijbenen. De inhoud van de buikholte wordt onder andere gevormd door de spijsverteringsorganen en het urinesysteem.